ECLI:NL:RBNNE:2022:1593
Rechtbank Noord-Nederland
- Verstek
- Rechtspraak.nl
Aanvullende prejudiciële vragen over informatieplichten bij op afstand gesloten overeenkomsten
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, op 29 maart 2022 een vonnis gewezen in een civiele procedure tussen Arvato Finance.nl, handelend onder de naam Afterpay, en een gedaagde die niet is verschenen. De zaak betreft een prejudicieel verzoek met betrekking tot de informatieplichten zoals vastgelegd in de artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek (BW). De kantonrechter heeft in een eerder tussenvonnis van 1 maart 2022 het voornemen uitgesproken om aanvullende prejudiciële vragen aan de Hoge Raad voor te leggen over de gevolgen van niet-naleving van deze informatieplichten in verstekzaken.
De kantonrechter heeft de vragen geformuleerd naar aanleiding van de landelijke richtlijn sanctiemodel essentiële informatieplichten en de EU-Richtlijn 2019/2161, die vanaf 28 mei 2022 van toepassing zal zijn. Eiseres is in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over deze vragen en heeft aangegeven geen opmerkingen te hebben. De kantonrechter heeft vervolgens besloten om de aanvullende vragen aan de Hoge Raad voor te leggen, waarbij de griffier is opgedragen om het procesdossier te zenden.
De vragen die aan de Hoge Raad zijn voorgelegd, betreffen onder andere de (gedeeltelijke) vernietiging van koopovereenkomsten wegens niet-naleving van essentiële informatieplichten, de rol van de rechter in dergelijke gevallen, en de wijze waarop prijsverminderingen moeten worden vastgesteld. De kantonrechter heeft benadrukt dat de antwoorden van de Hoge Raad van groot belang zijn voor de verdere beoordeling van de zaak en dat iedere verdere beslissing zal worden aangehouden totdat deze antwoorden zijn ontvangen.