Uitspraak
Uitspraak
1.De procedure
- het verzoekschrift met 25 producties inhoudende een verzoek ex artikel 843a Rv, ingekomen ter griffie op 23 februari 2022;
- brief van 28 februari 2022 aan de zijde van [eiseressen] met het betekeningsexploot van 23 februari 2022;
- brief van 5 april 2022 aan de zijde van [gedaagde] met het verzoek om aanhouding van de mondelinge behandeling;
- brief van 7 april 2022 aan de zijde van [eiseressen] met het verzoek de volledige zaak te behandelen tijdens de mondelinge behandeling;
- mededeling van de griffier aan beide partijen dat de mondelinge behandeling door zal gaan op11 april 2022;
- het incidenteel verweerschrift met betrekking tot de rechtsmacht aan de zijde van [gedaagde],ingekomen ter griffie op 8 april 2022;
- akte indienen nadere producties 26 en 27 ingebracht door [eiseressen], ingekomen ter griffie op8 april 2022;
- de mondelinge behandeling, gehouden op 11 april 2022, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt;
- de spreekaantekeningen aan de zijde van [eiseressen];
- de aantekeningen ten behoeve van de mondelinge behandeling aan de zijde van [gedaagde].
3.Het geschil in het incident
4.De beoordeling in het incident
Aanpassing van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de wijziging van het recht op inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden, onder nr. 7, en de brief van de Minister President van 1 november 2017 aan de tweede kamer (Kamerstuk 34 700, nr. 50).
5.De beslissing De rechtbank:
in het incident
maandag 30 mei 2022voor het indienen van een verweerschrift aan de zijde van [gedaagde];