Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.De verzoeken en de beoordeling daarvan
€ 250,00 per maand.
€ 2.571,00 per maand. Onder toepassing van de in het rapport Alimentatienormen weergegeven forfaitaire draagkrachtformule wordt de draagkracht van de man gesteld op (70% x [ € 2.571,00 - ( 30% x € 2.571,00 + € 1.000,00) =) € 560,00 per maand (bijlage I).
(€ 350,00) en [minderjarige 4] (€ 250,00) is tezamen € 1.190,00. Er is € 590,00 : € 1.190,00 x € 50 = € 24,79 per maand beschikbaar voor [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] , zijnde afgerond € 12,00 per kind. Nu de vrouw en de heer [Y] niet volledig in de behoefte van [minderjarige 5] en [minderjarige 4] kunnen voorzien, ziet de rechtbank geen aanleiding om de draagkracht van de vrouw op een andere manier te verdelen.
afgerond € 313,00 per maand. Daarmee zijn zij niet in staat om geheel in de behoefte van [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] te voorzien. Het tekort bedraagt € 277,00 (€590,00 - € 313,00). Partijen dienen ieder de helft van dit tekort te dragen, hetgeen neerkomt op € 138,00 per ouder. Dit leidt ertoe dat de man zijn zorgkorting niet geheel kan verzilveren
(€ 148,00). Hiervan mag de man (€ 148,00 - € 138,00=) € 10,00 verzilveren. Dit betekent dat de man niet zijn gehele draagkracht hoeft aan te wenden voor een bijdrage aan de kinderen, maar dat hij (€ 288,00 - € 10,00 =) € 278,00 dient te betalen. Dit komt neer op een bedrag van € 139,00 per kind, per maand (bijlage II).
€ 238,00 per maand. Daarmee zijn zij niet in staat om geheel in de behoefte van [de minderjarige 1] en [de minderjarige 2] te voorzien. Het tekort bedraagt € 352,00 en in beginsel dienen partijen ieder de helft van dit tekort te dragen, hetgeen neerkomt op € 176,00 per ouder. Aangezien het tekort aan gezamenlijke draagkracht van beide ouders om in de behoefte van de kinderen te voorzien twee keer zo groot is als de zorgkorting waar de man recht op heeft, kan de man de zorgkorting (€ 148,00) niet verzilveren. De man dient zijn volledige draagkracht aan te wenden voor een bijdrage aan de kinderen. Dit komt neer op een bedrag van € 107,00 per maand (bijlage IV). Aangezien dat moment pas in 2022 zal plaatsvinden, dient de bijdrage met ingang van 1 januari 2022 te worden geïndexeerd.
4.Beslissing
pro formadatum van
11 mei 2022;
11 mei 2022, of zoveel eerder als mogelijk de eindrapportage over het verloop van het hulpverleningstraject aan de rechtbank en partijen over te leggen, alsmede indien het hulpverleningstraject niet heeft geleid tot een positief resultaat, de eindrapportage tevens tegelijkertijd naar de RvdK te zenden;
om binnen twee wekenna ontvangst van de eindrapportage van het KKE daarop te reageren. Voorts dienen partijen zich uit te laten over de zorgkortingspercentage;
Arnhem-Leeuwarden.