ECLI:NL:RBNNE:2021:4425
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing Wia-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheidsevaluatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 15 oktober 2021 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een Wia-uitkering aan eiser, die zich had ziek gemeld als productiemedewerker/machine-operator. Eiser had op 9 augustus 2018 gezondheidsklachten gemeld en zijn dienstverband was op 31 december 2018 beëindigd. Hij ontving vanaf 1 januari 2019 een Ziektewet-uitkering en vroeg op 17 mei 2020 een Wia-uitkering aan. Het primaire besluit van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om de Wia-aanvraag af te wijzen, werd door de rechtbank beoordeeld.
De rechtbank oordeelde dat het Uwv terecht had vastgesteld dat eiser op het toetsmoment van 6 augustus 2020 slechts 17,52% arbeidsongeschikt was, wat betekent dat hij in staat werd geacht om meer dan 65% van zijn oude loon te verdienen. De rechtbank concludeerde dat de medische beperkingen van eiser correct waren vastgesteld op basis van de beschikbare medische rapportages en dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de vastgestelde belastbaarheid. Eiser had geen objectieve medische informatie ingediend die zijn stelling dat hij meer beperkt was dan vastgesteld, kon onderbouwen.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de Wia-uitkering door het Uwv standhield. Eiser had geen inhoudelijke gronden van beroep aangevoerd tegen de arbeidsdeskundige beoordeling, en de rechtbank oordeelde dat hij in staat was om algemeen geaccepteerde arbeid te verrichten die in overeenstemming was met zijn medische beperkingen. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en een afschrift werd verzonden aan de betrokken partijen.