ECLI:NL:RBNNE:2021:3580

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
19 augustus 2021
Publicatiedatum
18 augustus 2021
Zaaknummer
18/124610-19
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het vervaardigen en in bezit hebben van afbeeldingen van seksuele gedragingen met minderjarigen

Op 19 augustus 2021 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het vervaardigen van afbeeldingen van seksuele gedragingen met een minderjarige en het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal. De verdachte, geboren in 1997, heeft in de periode van 1 september 2017 tot en met 17 februari 2018, heimelijk opnames gemaakt van een vriend die zich in de badkamer bevond. Dit gebeurde met een telefoon met camera, die niet op duidelijke wijze kenbaar was gemaakt. Daarnaast had de verdachte meer dan 1800 afbeeldingen en video's in zijn bezit, waarin seksuele gedragingen met minderjarigen te zien waren. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten en dat deze feiten een ernstige inbreuk op de privacy en integriteit van de betrokken minderjarigen vormden.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 180 dagen, waarvan 179 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar, en een taakstraf van 120 uren. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de persoonlijke situatie van de verdachte. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte geen strafblad had en dat hij inmiddels hulp had gezocht bij een psycholoog. De rechtbank heeft ook de overschrijding van de redelijke termijn in de straf verdisconteerd. De in beslag genomen goederen, waaronder telefoons en computers, zijn verbeurd verklaard, omdat deze zijn gebruikt bij het begaan van de feiten.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht
Locatie Groningen
parketnummer 18/124610-19
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 19 augustus 2021 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] 1997 te [geboorteplaats],
wonende te [straatnaam], [woonplaats].
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 5 augustus 2021.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. G. van der Zee, advocaat te Groningen.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. M.H.G. Scharenborg.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1. hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 september 2017 tot en met 17 februari 2018 te Groningen, (telkens) gebruik makende van een technisch hulpmiddel, te weten een telefoon met camera, waarvan de aanwezigheid niet op duidelijke wijze kenbaar was gemaakt, opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, te weten [slachtoffer], aanwezig in een woning en/ of op een andere niet voor het publiek toegankelijke plaats, te weten de badkamer in het pand aan de [straatnaam], een of meer afbeelding(en)/film(s) heeft vervaardigd.
2. hij op of omstreeks 17 februari 2018 te Groningen, in elk geval in Nederland, 1884, althans een (grote) hoeveelheid afbeeldingen, te weten foto's en/of video's en/of een of meer gegevensdragers (te weten een laptop en/of een systeemkast en/of een geheugenkaart), bevattende die afbeeldingen en/of foto's en/of video's, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verspreid en/of aangeboden, openlijk tentoongesteld, vervaardigd, ingevoerd, doorgevoerd, uitgevoerd, verworven, in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een
communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of een voorwerp oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een penis oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 18 PV)
en/of
het met de/een penis en/of vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of het met de/een vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met/de vinger/hand betasten/aanraken van het geslachtsdeel door een persoon die kennelijke de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 18 PV)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 19 PV)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 19 PV).

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van de bewijsmiddelen in het dossier en hetgeen verdachte ter terechtzitting heeft verklaard bewezenverklaring gevorderd voor het onder 1 en 2 ten laste gelegde. Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde kan daarbij enkel bewezen worden dat verdachte de kinderporno heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de bewezenverklaring van het onder 1 ten laste gelegde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Ten aanzien van de bewezenverklaring van het onder 2 ten laste gelede heeft de raadsvrouw zich aangesloten bij hetgeen de officier van justitie naar voren heeft gebracht.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht het onder 1 en 2 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring. Nu verdachte deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering.
Deze opgave luidt als volgt ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde:
1. de verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 5 augustus 2021;
2. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 5 maart 2018, opgenomen op pagina 102 van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2018041087 d.d. 10 oktober 2018, inhoudend de verklaring van [slachtoffer];
3. een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal Beschrijving kinderpornografisch materiaal d.d. 12 april 2018 (met bijlagen), opgenomen op pagina 8 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend de relatering van verbalisanten.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1 en 2 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. hij op tijdstippen in de periode van 1 september 2017 tot en met 17 februari 2018 te Groningen, gebruik makende van een technisch hulpmiddel, te weten een telefoon met camera, waarvan de aanwezigheid niet op duidelijke wijze kenbaar was gemaakt, opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, te weten [slachtoffer], aanwezig in een woning en op een andere niet voor het publiek toegankelijke plaats, te weten de badkamer in het pand aan de [straatnaam], films heeft vervaardigd.
2. hij op 17 februari 2018 te Groningen 1884 afbeeldingen, te weten foto’s en/of video’s van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit heeft gehad
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de/een penis en/of een voorwerp oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een penis oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 18 PV)
en/of
het met de/een penis en/of vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of het met de/een vinger/hand en/of mond/tong betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of borsten van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het met/de vinger/hand betasten/aanraken van het geslachtsdeel door een persoon die kennelijke de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt bij zichzelf ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 18 PV)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of opgemaakt is en/of poseert in een omgeving en/of in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van zijn/haar kleding ontdoet en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's/film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 19 PV)
en/of
het masturberen boven/bij en/of ejaculeren op het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele
strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling ([bestandsnaam] en/of [bestandsnaam], bladzijde 19 PV).
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
1.
gebruik makende van een technisch hulpmiddel waarvan de aanwezigheid niet op duidelijke wijze kenbaar is gemaakt, opzettelijk en wederrechtelijk van een persoon, aanwezig in een woning of op een andere niet voor het publiek toegankelijke plaats, een afbeelding vervaardigen, meermalen gepleegd;
2.
een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben, meermalen gepleegd.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake het onder 1 en 2 ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een taakstraf van 200 uren, met bevel, voor het geval dat verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis zal worden toegepast van 100 dagen. Daarnaast dienst aan verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden met een proeftijd van 3 jaren opgelegd te worden. De officier van justitie heeft bij zijn strafeis rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat aan verdachte een taakstraf opgelegd dient te worden. Daarnaast kan als stok achter de deur een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd worden. De raadsvrouw heeft, gelet op het feit dat verdachte inmiddels in een andere levensfase zit en de redelijke termijn fors is overschreden, gepleit om aan verdachte geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de rapportages van de reclassering, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft gedurende een half jaar heimelijk opnames gemaakt van een vriend van hem die stond te douchen in de badkamer. Verdachte deed dit door zijn telefoon (met daarin een videocamera) verdekt op te stellen tussen de shampooflessen. Het heimelijk filmen van personen in een doucheruimte levert een onaanvaardbare inbreuk op van de privacy van die personen. Wanneer deze opnames verspreid zouden worden via bijvoorbeeld het internet, zou dit grote gevolgen voor de personen kunnen hebben. Verdachte heeft hiermee geen enkele rekening gehouden, maar kennelijk ter bevrediging van zijn eigen behoeften filmopnames gemaakt.
Ook heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan het bezit van kinderpornografisch materiaal. Het ging daarbij om meer dan 1800 afbeeldingen en/of video’s. Bij het vervaardigen van kinderporno wordt op zeer grove wijze inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit en persoonlijke levenssfeer van de betrokken kinderen. Vaak zeer jonge kinderen worden door volwassenen gedwongen om zeer vergaande seksuele handelingen uit te voeren of te ondergaan. Het is algemeen bekend dat dergelijk seksueel misbruik kan leiden tot ernstige lichamelijke en psychische schade voor de slachtoffers.
Verdachte heeft bewust zijn weg gezocht in de wereld van de kinderpornografie en heeft door het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal bijgedragen aan het in stand houden van de wereldwijde, zeer kwalijke en schadelijke kinderporno-industrie.
Als uitgangspunt voor het bezit van kinderporno wordt volgens de LOVS een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden, waarvan een kort deel onvoorwaardelijk, en een taakstraf voor de duur van 240 uren gehanteerd. Verdachte heeft zich echter naast het bezit van kinderporno ook schuldig gemaakt aan het heimelijk filmen, zodat een hogere straf geïndiceerd is.
De rechtbank dient bij het bepalen van de straf echter ook rekening te houden met de persoon van verdachte. Dat heeft in dit geval een sterk matigende invloed op de straf.
De rechtbank heeft in aanmerking genomen dat verdachte geen strafblad heeft. Uit het rapport van de reclassering van 14 juni 2019 volgt verder dat verdachte niet meer in beeld is geweest bij de reclassering en dat de reclasseringsinterventies die zij in 2019 geadviseerd hebben niet langer uitvoerbaar zijn. De reclassering is dan ook van mening dat medio juni 2021 geen reclasseringsinterventies meer geïndiceerd zijn. Ter terechtzitting is voorts gebleken dat verdachte zelfstandig hulp heeft gezocht bij een psycholoog en dat de behandeling bij de psycholoog inmiddels is afgerond.
Verder is de rechtbank van oordeel dat er ten aanzien van beide feiten sprake is van een zodanig tijdsverloop, dat niet meer gezegd kan worden dat de behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden binnen een redelijke termijn, in de zin van artikel 6, eerste lid, van het EVRM. De rechtbank zal de overschrijding van bedoelde termijn verdisconteren in de straf.
Alles overziende acht de rechtbank oplegging van een voorwaardelijke gevangenisstraf met een taakstraf een passende straf. De rechtbank ziet zich echter, gelet op het bepaalde in artikel 22b, derde lid, Sr gehouden om daarnaast toch nog een minimale onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Met de invoering van dit artikel, het zogeheten taakstrafverbod, heeft de wetgever, voor onder meer het bezit van kinderpornografisch materiaal zoals hier aan de orde, uitgesloten dat een taakstraf wordt opgelegd, zonder dat deze straf wordt gecombineerd met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Het voorgaande brengt de rechtbank tot de conclusie dat een taakstraf voor de duur van 120 uren, in combinatie met een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen, waarvan 179 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, passend en geboden is.

Inbeslaggenomen goederen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de in beslag genomen telefoons (2x), computers (3x) en geheugenkaart verbeurd worden verklaard.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de in beslag genomen computers en geheugenkaart verenigd met het standpunt van de officier van justitie. De raadsvrouw heeft verzocht om de in beslag genomen telefoons aan verdachte terug te geven, nu hierop geen kinderpornografisch materiaal is aangetroffen.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht alle in beslaggenomen voorwerpen vatbaar voor verbeurdverklaring nu uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat deze goederen aan verdachte toebehoren en de bewezenverklaarde feiten met hulp van voornoemde goederen zijn begaan. Ook de telefoons worden verbeurd verklaard nu hiermee de heimelijke opnames zijn gemaakt.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 33, 33a, 57, 139f en 240b van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1 en 2 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 179 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.

een taakstraf voor de duur van 120 uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 60 dagen zal worden toegepast.
Verklaart verbeurd de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 1 stk telefoon, zwart, merk: HTC;
- 1 stk telefoontoestel, zwart, merk: Sony;
- 1 stk computer, zwart, merk: Alternate Notebook;
- 1 stk computer (omschrijving 978541);
-1 stk computer (omschrijving 978541a);
- 1 stk computer geheugenkaart 4gb, Kingston.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Schuth, voorzitter, mr. M.S. van der Kuijl en mr. H. Brouwer, rechters, bijgestaan door mr. S. Fokkert, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 19 augustus 2021.