ECLI:NL:RBNNE:2020:3839
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening omgevingsvergunning voor het vellen van een houtopstand in Groningen
Op 9 november 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen Stichting Bomenridders Groningen en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening tegen een omgevingsvergunning die is verleend voor het vellen van 279 bomen langs verschillende wegen in Groningen. De vergunninghouder, Stadsbeheer gemeente Groningen, had de vergunning aangevraagd vanwege de gevaarzetting die de bomen met zich meebrachten. Verzoekster, Stichting Bomenridders Groningen, heeft bezwaar gemaakt tegen deze vergunning en heeft een voorlopige voorziening aangevraagd omdat de vergunninghouder al was begonnen met het vellen van de bomen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een spoedeisend belang, aangezien de vergunninghouder de werkzaamheden zo snel mogelijk wilde voortzetten. De rechter heeft de argumenten van verzoekster, die onder andere stelde dat niet alle bomen risicobomen zijn en dat er onvoldoende onderbouwing is voor de noodzaak van het vellen, overwogen. Echter, de voorzieningenrechter oordeelde dat de kap van de gevaarzettende populieren gerechtvaardigd is en dat de vergunninghouder niet verplicht is om elke boom afzonderlijk te beoordelen.
De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het besluit van verweerder, eventueel na aanvulling van de motivering, in stand kan blijven. Het verzoek om een voorlopige voorziening is afgewezen, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op de maandag na de uitspraakdatum.