RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling Privaatrecht
Zaak\rolnummer: 6546740 VV EXPL 17-157
Vonnis in kort geding d.d. 11 januari 2018
1.
[A],
wonende te [woonplaats] aan de [adres] ;
2.
[B],
wonende te [woonplaats] aan de [adres] ;
3.
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Regiovervoer Groningen B.V.,
statutair gevestigd te Rotterdam,
eisers, hierna afzonderlijk [A] , [B] en Regiovervoer Groningen te noemen,
gemachtigde mr. K. van Kranenburg-Hanspians,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Connexxion Taxi Services B.V.,
statutair gevestigd te IJsselmuiden,
gedaagde, hierna Connexxion te noemen,
gemachtigde mr. B. Schouten.
PROCESGANG
Op de in de inleidende dagvaarding genoemde gronden hebben [A] , [B] en Regiovervoer Groningen gevorderd dat Connexxion bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, bij wijze van voorlopige voorziening wordt veroordeeld:
ten aanzien van [A] en [B]
om haar verplichtingen uit hoofde van de met ingang van 1 januari 2018 tussen deze werknemers en Connexxion op basis van overgang van onderneming ex artikel 7:662 e.v. BW bestaande arbeidsovereenkomst na te komen, [A] en [B] toegang te verlenen tot de werkplek in hun functie en aan hen het hen toekomende bruto maandsalaris en alle op hen van toepassing zijnde emolumenten, zoals deze voor 1 januari 2018 golden, op de gebruikelijke wijze te betalen;
om aan [A] en [B] een dwangsom te betalen van € 1.000,- voor elke dag dat Connexxion nalatig is om aan het bepaalde onder 1 te voldoen tot een (voorlopig) maximum van € 50.000,-, althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag
ten aanzien van Regiovervoer Groningen
3. om haar verplichtingen uit hoofde van de met ingang van 1 januari 2018 tussen haar en de werknemers van Regiovervoer Groningen, die genoemd staan op het als productie 4 door [A] , [B] en Regiovervoer Groningen in het geding gebrachte overzicht, op basis van overgang van onderneming ex artikel 7:662 e.v. BW bestaande arbeidsovereenkomst na te komen, hen toe te laten tot de werkplek en de betreffende werknemers het hen toekomende bruto maandsalaris en daarnaast alle op hen van toepassing zijnde emolumenten op de gebruikelijke wijze te betalen;
4. om binnen 24 uur na betekening van het in deze te wijzen vonnis een schriftelijke bevestiging aan de werknemers als bedoeld onder 3 te sturen waarin bevestigd wordt dat Connexxion aan de veroordeling sub 3 zal voldoen;
5. om aan Regiovervoer Groningen een dwangsom te betalen van € 1.000,- voor elke dag dat Connexxion nalatig is om aan het bepaalde onder 3 en 4 te voldoen tot een (voorlopig) maximum van € 50.000,-, althans een door de kantonrechter te bepalen bedrag;
ten aanzien van [A] , [B] en Regiovervoer Groningen
6. in de proceskosten met inbegrip van de nakosten ad € 131,- en in geval van betekening van het vonnis ad € 199,-, vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW daarover vanaf 14 dagen na de datum van het vonnis tot aan de dag der voldoening.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 3 januari 2018. [A] , Regiovervoer Groningen en Connexxion (beide deugdelijk vertegenwoordigd) zijn samen met hun gemachtigden ter zitting verschenen, waar zij hun wederzijdse standpunten (nader) uiteen hebben gezet, mede aan de hand van de door hun gemachtigden opgestelde pleitaantekeningen. [B] is niet verschenen. Verder was op de zitting een groot aantal personen aanwezig die in ieder geval tot 1 januari 2018 bij Regiovervoer Groningen in dienst waren. Van het verhandelde is door de griffier aantekening gehouden.
Het vonnis is bepaald op heden.
OVERWEGINGEN
De feiten
1. Als gesteld en erkend, dan wel niet (gemotiveerd) weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud van de overgelegde producties staat het volgende vast.
1.1.Het OV Bureau Groningen-Drenthe heeft in 2017 een aanbesteding georganiseerd in verband met het uitvoeren van Publiek Vervoer in Groningen en Drenthe. De aanbesteding bestond uit een aantal percelen. De aanbesteding is op 9 november 2017 (definitief) gegund aan een aantal vervoerders. Eén daarvan is Connexxion, aan wie het perceel Wmo- en Participatiewet-vervoer en Wsw-vervoer is gegund. Tot 1 januari 2018 was Regiovervoer Groningen contracthouder en dienstverlener van dat perceel.
1.2.Dit vervoer was (en is) de enige economische activiteit van Regiovervoer Groningen. De 54 werknemers, 19 uitzendkrachten en 9 gedetacheerden (in dienst van het SW-bedrijf Iedersz) werden allen voor dat vervoer ingezet.
1.3.Op partijen zijn de CAO Taxivervoer en de CAO Sociaal Fonds Taxi van toepassing. De regeling “Overgang personeel bij overgang vervoerscontracten” (hierna: OPOV) is onderdeel van de CAO Sociaal Fonds Taxi.
1.4.Het Sociaal Fonds Taxi (hierna: SFT) ziet toe op een correcte toepassing van beide cao’s. In artikel 2.1.2 van de OPOV-regeling is bepaald dat door de nieuwe vervoerder aan 75% van de betrokken werknemers van de zittende vervoerder een baanaanbod moet worden gedaan. Omdat volgens het SFT van de 54 eigen werknemers “slechts’ 49 op de OPOV-lijst hoorden, diende Connexxion aan 75% van de 49 eigen medewerkers van Regiovervoer een baanaanbod te doen.
1.5.In de (in de CAO Sociaal Fonds Taxi opgenomen) OPOV-regeling is verder onder meer het volgende bepaald: