ECLI:NL:RBNNE:2018:5385
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende vergunningen Wet natuurbescherming en de toepassing van de AVG
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 20 december 2018 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Het betreft een geschil tussen het college van gedeputeerde staten van de provincie Groningen en de Coöperatie Mobilisation for the Environment U.A. (MOB) en de Vereniging Leefmilieu, die bezwaar maken tegen de verleende vergunningen op basis van de Wet natuurbescherming (Wnb). De vergunninghouders hebben vergunningen aangevraagd voor hun bedrijfsplannen, die door de provincie zijn goedgekeurd. De verzoekers hebben tegen deze besluiten beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat zij van mening zijn dat de vergunningen niet voldoen aan de eisen van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de Habitatrichtlijn. De voorzieningenrechter overweegt dat er geen aanleiding is om in alle gevallen een voorlopige voorziening te treffen, en dat de regelgeving rondom de vergunningen niet op voorhand als onverbindend kan worden beschouwd. De rechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat de verzoekers niet voldoende specifieke gronden hebben aangedragen voor de schorsing van de vergunningen. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.