ECLI:NL:RBNNE:2018:3921

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
9 oktober 2018
Publicatiedatum
9 oktober 2018
Zaaknummer
18/930037-18
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkrijging en bezit van kinderpornografisch materiaal en diefstal van een fiets

Op 9 oktober 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het opzettelijk verwerven en in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal, alsook van diefstal van een fiets. De rechtbank oordeelde dat de verdachte opzettelijk op zoek was gegaan naar kinderpornografisch beeldmateriaal door actief te klikken op links op internet. Dit leidde tot de verwerving van afbeeldingen die seksuele gedragingen vertoonden waarbij minderjarigen betrokken waren. De rechtbank baseerde haar oordeel op verschillende bewijsmiddelen, waaronder verklaringen van de verdachte en proces-verbaal van de politie. De verdachte had ook een eerdere veroordeling voor soortgelijke feiten, wat de ernst van de situatie vergrootte. De rechtbank besloot dat de verdachte ter beschikking moest worden gesteld met voorwaarden, gezien zijn verstandelijke beperking en de noodzaak voor behandeling. De rechtbank legde geen straf op, omdat dit de behandeling zou kunnen belemmeren. Daarnaast werd de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke veroordeling afgewezen, omdat de rechtbank vond dat de verdachte zo snel mogelijk behandeld moest worden. De uitspraak benadrukte de ernst van kinderpornografie en de gevolgen voor de slachtoffers.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/930037-18
vordering na voorwaardelijke veroordeling parketnummer 19/830075-10
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 9 oktober 2018 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
25 september 2018.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. G.R. Stoeten, advocaat te Groningen.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. B. van der Burg.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 februari 2017 tot en met 29 mei 2017, in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een of meer afbeeldingen, te weten (digitale) fotobestanden en/of (digitale) filmbestanden op een of meer gegevensdragers
-of gegevensdragers, bevattende een of meer afbeeldingen-, heeft verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeelding(en) een of meer seksuele gedragingen zichtbaar was/waren, waarbij (telkens) een of meer personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had(den) bereikt, was/waren betrokken of schijnbaar was/waren betrokken, welke voornoemde seksuele gedraging(en) -zakelijk weergegeven- bestonden uit:
het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en/of
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen, de billen en/of de borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt en/of het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen, de billen en/of de borsten van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt (bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed en/of opgemaakt was en/of poseerde in een omgeving en/of met een of meer voorwerpen en/of in een (erotisch getinte) houding (op een wijze) die niet bij haar/zijn leeftijd paste en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/zijn kleding ontdeed en/of (waarna) door het camerastandpunt, de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht werden (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling (bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en/of
het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht/lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] ) (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte een gewoonte heeft gemaakt;
2.
hij op of omstreeks 15 april 2017, te [pleegplaats] , in de gemeente [gemeente] , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fiets (BMX), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling voor het onder 1 en 2 ten laste gelegde gevorderd.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte partieel moet worden vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde. Hij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte de afbeeldingen die onder de categorieën ‘deleted items’ en ‘temporary files’ vallen, niet in bezit heeft gehad. Voor het benaderen van deze bestanden is daarvoor bestemde software nodig, maar verdachte beschikte niet over die software. Nu hij deze afbeeldingen niet heeft kunnen benaderen, heeft hij er ook geen beschikkingsmacht over gehad. Ten aanzien van deze afbeeldingen moet verdachte worden vrijgesproken.
Voor het overige heeft de raadsman zich aan het oordeel van de rechtbank gerefereerd.
Oordeel van de rechtbank
Ten aanzien van feit 1
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1. De door verdachte op de terechtzitting van 25 september 2018 afgelegde verklaring, voor zover inhoudende:
Tijdens het bekijken van porno op internet heb ik op links doorgeklikt. Ik kwam zo op websites waarop kinderporno te zien was.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van binnentreden in woning d.d. 29 mei 2017, opgenomen op pagina 22 van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer [nummer] d.d. 8 februari 2018, - zakelijk weergegeven - inhoudende als relaas van verbalisant(en):
Op 29 mei 2017 trad ik binnen in de woning [straatnaam] , [woonplaats] , bewoond door [verdachte] .
In de woning werd inbeslaggenomen:
Volgnummer 1 [naam/type apparaat] , Goednummer: [nummer]
Volgnummer 6 Computer (portable) [naam/type apparaat] , kleur zwart, Goednummer [nummer]
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal en bijlage d.d. 18 juli 2017, opgenomen op pagina 57 e.v. van voornoemd dossier, - zakelijk weergegeven - inhoudende als relaas van verbalisant(en):
Goederen met digitale gegevens zijn op woensdag 14 juni 2017 voor nader
onderzoek aangeboden aan de afdeling Digitale opsporing van de nationale politie,
Eenheid Noord.
Na het verrichte onderzoek zijn (kopieën) van de in deze gegevensdragers aanwezige
bestanden ter beoordeling op maandag 19 juni 2017 aan ons verbalisanten
aangeboden.
Op maandag 19 juni 2017, zijn wij verbalisanten, begonnen met een nader
onderzoek naar het aangetroffen materiaal.
Alle in dit proces-verbaal genoemde goederen hebben wij, verbalisanten, visueel
gecontroleerd op de kennelijke aanwezigheid van kinderpornografisch materiaal.
Plaats aantreffen kinderpornografische foto- en filmafbeeldingen
De door ons in de Collectiescan opgenomen afbeeldingen zijn afkomstig uit diverse
locaties.
14 afbeeldingen zijn afkomstig uit de locatie "Accessible";
52 afbeeldingen zijn afkomstig uit de locatie "Deleted";
46 afbeeldingen zijn afkomstig uit de locatie "Temporary Internetfiles”;
De goederen met de onderstaande beslagcodes/serienummers zijn onderzocht en
daarop is wel strafbaar materiaal aangetroffen:
[nummer]
.
Opmerking verbalisanten: Goednummer [nummer] is abusievelijk in het
classificeersysteem VisX ingevoerd als goednummer [nummer] . De
afbeeldingen die zijn aangetroffen op deze laatst genoemde gegevensdrager horen
dus thuis op de gegevensdrager met goednummer [nummer] .
Algemene beschrijvingen aangetroffen materiaal
Over de collectie kinderpornografische afbeeldingen merken wij, verbalisanten, nog
het volgende op:
Het zijn nagenoeg alleen maar jongens in de leeftijd tussen 12 en 17 jaar oud. Wij
zagen een klein aantal meisjes met als verhouding ongeveer 95% jongens en
ongeveer 5% meisjes.
In de categorie Penetratie zagen wij verschillende vormen, namelijk penetratie van
het lichaam van en door een minderjarige met een penis of met de mond of tong
zowel oraal als anaal.
In de categorie Ontuchtige handelingen zagen wij verschillende vormen, namelijk
het met de vinger of hand betasten of aanraken van de geslachtsdelen of de billen
van of door een minderjarige en minderjarigen die zichzelf met de vinger of hand op
de geslachtsdelen betasten of aanraken.
In de categorie Poseren zagen wij minderjarigen geheel of gedeeltelijk naakt
poseren waarbij de nadruk werd gelegd op de geslachtsdelen en of borsten en
billen. Ook zagen wij enkele sadomasochistische elementen in de vorm van kooien,
riemen en bandages.
In de categorie Overige seksuele gedragingen zagen wij het houden van een penis
dicht bij het lichaam van een minderjarige
Virtueel Materiaal
Wij treffen ook realistische kinderpornografische virtuele afbeeldingen aan. Deze beelden waren realistisch voor wat betreft de ogenschijnlijke jeugdige/minderjarige leeftijd van de kinderen, zowel jongens al meisjes. Ook waren deze beelden realistisch voor wat betreft de bouw/ontwikkeling van de lichamen van de kinderen.
Wij zagen in deze afbeeldingen dat de ogenschijnlijk minderjarige kinderen de
seksuele handelingen in de categorieën zoals hierboven en in de collectiescan is
beschreven uitvoerden en of ondergingen.
Collectiescan
Penetratie: van het lichaam van een minderjarige oral met penis
van het lichaam van een minderjarige anaal met penis
van het lichaam van een minderjarige anaal met mond/tong
door een minderjarige oraal met penis
door een minderjarige anaal met penis
Bestandsnamen: [bestandsnaam] , [bestandsnaam]
Ontuchtige handelingen: betasten/aanraken van een minderjarige geslachtsdelen met vinger/hand
betasten/aanraken van een minderjarige billen met vinger/hand
betasten/aanraken door een minderjarige geslachtsdelen met vinger/hand
door een minderjarige zichzelf betasten/aanraken geslachtdelen met vinger/hand
Bestandsnamen: [bestandsnaam] , [bestandsnaam] , [bestandsnaam]
Poseren door minderjarige, met nadruk op geslachtsdelen/ borsten en billen door:
  • geheel naakt
  • gedeeltelijk naakt
  • sadomasochistische elementen
Bestandsnamen: [bestandsnaam] , [bestandsnaam]
Overige seksueel handelingen: houden van penis dicht bij lichaam minderjarige
Bestandsnamen: [bestandsnaam]
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 18 januari 2018, opgenomen op pagina 74 e.v. van voornoemd dossier, - zakelijk weergegeven - inhoudende als relaas van verbalisant(en):
Op 29 mei 2017 werd met toestemming van de bewoner onderzoek gedaan in perceel [straatnaam] , [vindplaats] . Tijdens dit onderzoek werden meerdere gegevensdragers in beslag genomen ten behoeve van het onderzoek.
Door digitaal rechercheur, [naam 1] , brigadier van politie, werkzaam bij de afdeling digitale expertise, is de volgende in beslaggenomen gegevensdrager van de verdachte [verdachte] veilig gesteld (gekopieerd):
Goednr
Omschrijving
Merk
[nummer]
Desktop
[naam/type apparaat]
Ik zag dat er op de gegevensdrager [nummer] op het internet, middels de
zoekmachine Google, gezocht was met verschillende zoekwoorden. Een korte weergave van de ter zake dienende zoekwoorden die door mij zijn aangetroffen:
-jonge jongens massage
-jonge jongens massage naakt
-naakte puber
Met behulp van het politiesysteem VizX, een systeem voor het classificeren van foto- en filmafbeeldingen aanwezig op inbeslaggenomen gegevensdragers, zijn er foto- en filmafbeeldingen aangetroffen welke te classificeren waren als strafbaar kinderpornografisch materiaal.
Hieronder benoem ik een aantal bestandsnamen van aangetroffen strafbare kinderpornografische foto-afbeeldingen op de gegevensdrager [nummer] , welke eveneens staan weergegeven in de Fotomap met kinderpornografische opnames:
- [bestandsnaam]
- [bestandsnaam]
- [bestandsnaam]
- [bestandsnaam]
- [bestandsnaam]
- [bestandsnaam]
Screenshot ‘Google Searches’
Search Term
Date/Time-(UTC) (dd-MM-yyyy)
Evidence number
naakte puber
15-05-2017
[nummer]
jonge jongens massage
31-03-2017
[nummer]
Jonge jongens massage naakt
31-03-2017
[nummer]
Screenshot locaties binnen de gegevensdrager waar bestandsnamen van
kinderpornografische afbeeldingen zijn aangetroffen.
URL
Last Visited Date
[bestandsnaam]
27-05-2017
[bestandsnaam]
28-05-2017
[bestandsnaam]
28-05-2017
[bestandsnaam]
28-05-2017
[bestandsnaam]
27-05-2017
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 11 januari 2018, opgenomen op pagina 85 e.v. van voornoemd dossier, - zakelijk weergegeven - inhoudende als relaas van verbalisant(en):
Op 29 mei 2017 werd met toestemming van de bewoner onderzoek gedaan in perceel [straatnaam] , [vindplaats] . Tijdens dit onderzoek werden meerdere gegevensdragers in beslag genomen ten behoeve van het onderzoek.
Door digitaal rechercheur, [naam 2] , brigadier van politie, werkzaam bij Team Digitale Opsporing, is de volgende in beslaggenomen gegevensdrager van de verdachte [verdachte] veilig gesteld (gekopieerd):
Goednr.
Omschrijving
Merk
[nummer]
Tablet
[naam/type apparaat]
Noot verbalisant: goednummer [nummer] is abusievelijk in het classificeersysteemVizX ingevoerd als goednummer [nummer]
Met behulp van het politiesysteem VizX, een programma voor het classificeren van aangetroffen foto-en filmafbeeldingen op inbeslaggenomen gegevensdragers, zijn strafbare kinderpornografische afbeeldingen aangetroffen op bovengenoemde gegevensdrager van de verdachte [verdachte] .
Onderstaande afbeelding werd binnen VizX op de locatie 'Accessible' aangetroffen:
[bestandsnaam]
De afbeelding is weergegeven in de fotomap behorende bij het proces-verbaal 'beschrijving kinderpornografisch materiaal' onder de naam Accessible [nummer] .
Ik zag dat de bewuste afbeelding binnen de app WhatsApp stond. Ik zag dat de afbeelding de volgende gegevens bevatte:
Naam: [bestandsnaam]
Type: Beelden
Gemaakt: 11-11-2016 15:15
Geopend: 11-11-2016 00:00
Aangepast: 11-11-2016 15:15
Bewijsoverweging
Op 29 mei 2017 is in de woning van verdachte onder meer een desktop computer en een tablet in beslag genomen. Deze goederen behoren verdachte toe. Zowel op de computer als op de tablet is kinderpornografisch beeldmateriaal aangetroffen. Op de computer zijn de beelden aangetroffen in de locaties ‘accessible’, ‘deleted’ en ‘temporary internetfiles’. Uit nader onderzoek is gebleken dat het beeldmateriaal afkomstig was van websites die laatstelijk op 27 en 28 mei 2017 zijn bezocht. Ook is gebleken dat tussen maart en mei 2017 op de desktop computer, middels de zoekmachine Google, gezocht is met zoektermen als ‘naakte puber’,‘jonge jongens massage’ en ‘jonge jongens massage naakt’. Zoektermen die naar het oordeel van de rechtbank duiden op interesse in kinderpornografie. Ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat hij de enige persoon is die pornografische websites op die computer heeft bezocht. Ook heeft verdachte verklaard dat hij - uit nieuwsgierigheid - via het doorklikken op websites kwam waar kinderpornografie te zien was.
Gelet op deze feiten en omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat verdachte opzettelijk op zoek is gegaan naar kinderpornografisch beeldmateriaal. Voorts gaat de rechtbank er van uit dat verdachte, door zijn actieve zoeken op internet naar kinderporno en het doorklikken op websites, naast de bestanden die in een ‘accessible’ cluster stonden, ook de bestanden die zich in de clusters ‘deleted’ en ‘temporary internetfiles’ bevonden op enig moment in de ten laste gelegde periode heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad. Dit geldt ook voor de kinderpornografische afbeelding die op de tablet is aangetroffen. Vast staat dat de afbeelding is geopend nadat die in een map van WhatsApp is opgeslagen, hetgeen een actieve en bewuste handeling impliceert die gericht is op het vastleggen en bekijken van dat beeldmateriaal.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat overtuigend kan worden bewezen dat verdachte in de ten laste gelegde periode kinderpornografisch beeldmateriaal heeft verworven en in zijn bezit heeft gehad.
Ook acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich door middel van een geautomatiseerd werk de toegang heeft verschaft tot deze kinderpornografische afbeeldingen.
Ten aanzien van feit 2
De rechtbank volstaat ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering, nu verdachte het hierna bewezen verklaarde duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend.
Deze opgave luidt als volgt:
De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 25 september 2018;
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal aangifte d.d. 15 april 2017, opgenomen op pagina 16 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer [nummer] d.d. 10 juli 2017, inhoudende de verklaring van [naam 3] namens [slachtoffer] .

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1 en 2 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij in de periode van 1 februari 2017 tot en met 29 mei 2017, in het arrondissement Noord-Nederland, meermalen, telkens afbeeldingen, te weten digitale fotobestanden en digitale filmbestanden op gegevensdragers bevattende afbeeldingen, heeft verworven en in bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk de toegang heeft verschaft, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar waren, waarbij telkens personen die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet hadden bereikt, waren betrokken of schijnbaar waren betrokken, welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en het oraal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt (bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen, de billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt en het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen, van een (andere) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt
(bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet had bereikt, waarbij deze persoon en/of de uitsnede van de afbeelding(en)/film(s) nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht werden (waarbij) de afbeelding(en) (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking had(den) en/of strekte(n) tot seksuele prikkeling
(bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] en/of [bestandsnaam] )
en
het houden van een penis bij/naast het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(bestandsnamen/bestandsnaam: [bestandsnaam] ).
2.
hij op 15 april 2017 te [pleegplaats] , in de gemeente [gemeente] , met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fiets (BMX), toebehorende aan [slachtoffer] .
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
1. Een gegevensdrager, bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd;
2. Diefstal.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de oplegging van een terbeschikkingstelling met voorwaarden gevorderd. Zij heeft tevens gevorderd om de voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair gepleit voor het opleggen van een voorwaardelijke gevangenisstraf met de bijzondere voorwaarden die door de reclassering worden geadviseerd, met uitzondering van de voorwaarden die toezien op verplichte medicatie.
Hij heeft hiertoe aangevoerd dat verdachte behandeling en begeleiding nodig heeft, maar dat de oplegging van een terbeschikkingstelling met voorwaarden in dit geval disproportioneel is. Op de gevendragers zijn enkel 14 afbeeldingen aangetroffen, waarvan een deel virtuele kinderpornografie was. Voorts heeft hij opgemerkt dat dezelfde voorwaarden die in het maatregelrapport worden geadviseerd ook als bijzondere voorwaarden kunnen worden opgelegd bij een voorwaardelijke straf.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en de over hem opgemaakte rapportages, het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de raadsman
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het verwerven en in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal. Ook heeft hij zich de toegang tot kinderpornografische afbeeldingen verschaft middels een geautomatiseerd werk.
Bij productie van kinderpornografische afbeeldingen en filmpjes worden kinderen op aangrijpende wijze seksueel misbruikt door volwassenen, soms zelfs door volwassenen die hen juist tegen dit soort handelen in bescherming behoren te nemen. Het behoeft geen betoog dat dit misbruik zeer nadelige gevolgen kan hebben (in de zin van psychische, emotionele en lichamelijke schade) voor deze kinderen en dat zij hierdoor ernstig kunnen worden geschaad in hun verdere ontwikkeling.
Verdachte heeft door het downloaden en bewaren van dit kinderpornografische materiaal bijgedragen aan het in stand houden van het systeem waardoor dit misbruik wordt geëxploiteerd.
Daarnaast heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan de diefstal van een fiets.
Voor enig vergelijk heeft de rechtbank gekeken naar de landelijke oriëntatiepunten van het LOVS. Als uitgangspunt voor het bezit/verwerven van kinderporno, zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang tot kinderporno verschaffen, wordt daar een taakstraf van 240 uren en een gevangenisstraf van zes maanden waarvan een kort gedeelte onvoorwaardelijk met bijzondere voorwaarden gehanteerd. De rechtbank hanteert deze straf als uitgangspunt.
In strafverzwarende zin houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat verdachte na de vorige veroordeling ter zake kinderpornografie hiermee niet is gestopt, maar is doorgegaan met het verwerven en opslaan van kinderporno.
Verdachte lijkt onverbeterlijk als het gaat om het downloaden van kinderpornografische afbeeldingen. Aldus is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een ernstige situatie.
De rechtbank heeft kennis genomen van de Pro Justitia rapportages betreffende verdachte, van 5 september 2018, opgemaakt door C.J.F. Kemperman, psychiater, en van 3 augustus 2018, opgemaakt door R.W. Blauw, psycholoog.
De psychiater heeft geconstateerd dat bij verdachte sprake is van een verstandelijke beperking en parafilie met gerichtheid op puberale jongens. Deze stoornis heeft diens gedragskeuze ten aanzien van feit 1 beïnvloed. Verdachtes zelfcontrole werd beperkt door de verstandelijke beperking. Hij kan oorzaak-gevolgrelaties niet goed overzien en hij kan zich beperkt in anderen inleven. Met name door de parafilie voelt hij zich aangetrokken tot jongens tussen elf en dertien jaar oud.
Door de psycholoog wordt gerapporteerd dat verdachte lijdende is aan een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens in de vorm van een licht verstandelijke beperking (die neigt naar een verstandelijke beperking van matige ernst). Het is niet uit te sluiten dat verdachte tevens voldoet aan de diagnostische criteria van een pedofiele stoornis met een niet-exclusieve voorkeur voor jongens.
Beide deskundigen adviseren om verdachte het onder 1 bewezenverklaarde in verminderde mate toe te rekenen.
De rechtbank kan zich met deze conclusie verenigen en neemt deze over en concludeert met betrekking tot de toerekeningsvatbaarheid van verdachte dat het bewezen verklaarde aan verdachte in verminderde mate kan worden toegerekend.
Uit de rapportages blijkt voorts dat zonder verbetering van de psychische gesteldheid het recidiverisico als hoog wordt ingeschat. Er is een sterk verband tussen de stoornissen en het ten laste gelegde, waarin ook een patroon herkenbaar is. De aanwezige stoornissen zijn van duurzame aard en de copingvaardigheden om impulsen in andere, adequatere banen te leiden zijn beperkt. Verdachte laat zich onvoldoende bijsturen door de reclassering en door de professionele ondersteuning vanuit het forensisch ACT-team.
Het is van belang dat verdachte een behandeling of training ondergaat waarin zijn copingvaardigheden worden verbeterd en waarin hij leert geen pornografische afbeeldingen meer te gebruiken van minderjarigen. Hierbij is controle van zijn computer en gegevensdragers van belang. Ook behandeling gericht op terugvalpreventie en het beter omgaan met seksualiteit met daarnaast begeleiding binnen een beschermde woonvorm met voldoende toezicht, zijn factoren die nodig zijn om de recidive afdoende te kunnen tegengaan. De begeleiding kan in vorm van bijzondere voorwaarden bij een voorwaardelijke veroordeling. Een terbeschikkingstelling met voorwaarden is ook een optie, alleen heeft verdachte aangegeven daaraan niet te willen meewerken.
Ook heeft de rechtbank kennisgenomen van het reclasseringsrapport van 3 september 2018, inhoudende het advies om aan verdachte de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden op te leggen. Voorts wordt vermeld dat in het verleden is gebleken dat een reclasseringstoezicht onvoldoende kader biedt om verdachte te weerhouden van recidive.
Er zijn twijfels over de leerbaarheid van verdachte. Hij houdt zich niet aan de regels en de afspraken, gaat zijn eigen gang en zoekt snel ruimte in de gemaakte afspraken. Zodra aan verdachte meer begeleiding wordt geboden, lijkt hij ondergronds te gaan door zijn eigen agenda op na te houden voor wat betreft delictgerelateerd gedrag.
Ter terechtzitting hebben de reclasseringswerkers het rapport nader toegelicht. Zij hebben daarbij aangegeven dat een terbeschikkingstelling met voorwaarden bij een eventuele stagnatie van de begeleiding en behandeling, kan worden omgezet in een terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege. Er kan hierdoor worden voorkomen dat verdachte niet of onvoldoende behandeld weer instroomt in de samenleving. Dit in tegenstelling tot een behandeling opgelegd als bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijke veroordeling, waarbij indien verdachte niet of onvoldoende meewerkt aan de voorwaarden niet een terbeschikkingstelling met verpleging maar een ‘kale’ ten uitvoer gelegde gevangenisstraf het gevolg zou zijn. Bij de uitvoering van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf met bijzondere voorwaarden, na veroordeling voor een soortgelijk delict, is gebleken dat verdachte niet in staat is zich te houden aan die voorwaarden. In het laatste geval zal verdachte opnieuw onvoldoende behandeld in de samenleving terugkeren met alle risico’s van dien.
De rechtbank overweegt dat aan de eisen die de wet stelt aan het opleggen van een terbeschikkingstelling met voorwaarden is voldaan. Bij verdachte bestond ten tijde van het plegen van het feit een ziekelijke stoornis van de geestvermogens, het bewezen en strafbaar verklaarde is een misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld en de veiligheid van anderen, alsmede de algemene veiligheid van personen eist de oplegging van die maatregel. Ter zitting heeft verdachte aangegeven dat hij zich zal houden aan de voorwaarden, hoewel hij enigszins moeite heeft met een verblijf in Trajectum of een soortgelijke zorginstelling.
Op basis van al het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat verdachte ter beschikking moet worden gesteld met de door de reclassering opgestelde voorwaarden.
Binnen dit kader kan de verdachte voor lange tijd gehouden worden aan de noodzakelijke behandelvoorwaarden en kan de maximale beïnvloeding en correctie worden geboden die nodig is om de recidive te verkleinen. Gelet op de noodzaak van behandeling en begeleiding, zal de rechtbank van het hierboven aangegeven uitgangspunt afwijken en geen staf opleggen. Een straf zou het spoedig aanvangen van de behandeling in de weg staan. De rechtbank volstaat aldus met de oplegging van de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden.
Met inachtneming van het arrest van de Hoge Raad van 30 januari 2018 (HR 2018: ECLI NL:HR: 2018:116), oordeelt de rechtbank dat de terbeschikkingstelling met voorwaarden bij omzetting naar een terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege in dit geval een gemaximeerde terbeschikkingstelling betreft. De misdrijven waaronder het bewezenverklaarde is gekwalificeerd kunnen niet zonder meer worden gekarakteriseerd als misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. (Vgl. HR 28 maart 2017, ECLI:NL:HR:2017:524). Voorts heeft de rechtbank geen feiten en omstandigheden vastgesteld waaruit gedragingen van de verdachte kunnen worden afgeleid die onmiskenbaar gericht zijn op voornoemd gevaar.
Nu naar het oordeel van de rechtbank geen sprake is van bedoeld gevaar, zullen de voorwaarden niet dadelijk uitvoerbaar worden verklaard.

Inbeslaggenomen goederen

De rechtbank acht de in beslag genomen voorwerpen, te weten Computer merk [naam/type apparaat] , serienummer [nummer] en (Tablet) [naam/type apparaat] (serienummer [nummer] ), vatbaar voor onttrekking aan het verkeer nu het onder 1 bewezenverklaarde hiermee is begaan en zij van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit daarvan door verdachte in strijd is met de wet of met het algemeen belang.
Ook het in beslag genomen goed [naam/type apparaat] is vatbaar voor onttrekking aan het verkeer nu die tot het begaan van het feit 1 bestemd is

Vordering na voorwaardelijke veroordeling

Bij onherroepelijk geworden vonnis van 14 december 2010, gewezen door de voormalige rechtbank Assen, is verdachte veroordeeld tot - voor zover hier van belang - een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaren. De proeftijd is ingegaan op 29 december 2010 en laatstelijk bij uitspraak van
18 december 2015 verlengd met twee jaar.
De officier van justitie heeft bij vordering d.d. 29 augustus 2018 de tenuitvoerlegging gevorderd van de bij voormeld vonnis voorwaardelijk opgelegde straf.
Ter terechtzitting heeft de officier van justitie de vordering gewijzigd en heeft de afwijzing ervan gevorderd.
De rechtbank is van oordeel dat, nu veroordeelde de in voormeld vonnis gestelde algemene voorwaarde niet heeft nageleefd, in beginsel tenuitvoerlegging dient te worden gelast van de niet ten uitvoer gelegde straf. Gelet op hetgeen op de terechtzitting is behandeld en besproken, acht de rechtbank het aangewezen dat verdachte in het kader van een terbeschikkingstelling met voorwaarden zo snel mogelijk wordt behandeld. Het toewijzen van de vordering zal een behandeling verstoren. De vordering zal derhalve worden afgewezen.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36b, 36c, 38, 38b, 57, 240b en 310 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1 en 2 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Gelast dat verdachte ter beschikking zal worden gesteld en stelt daarbij de volgende voorwaarden:
dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
dat de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
dat de veroordeelde ter overbrugging van een opname in Trajectum Hoeve Boschoord of een soortgelijke zorginstelling, zal verblijven in een beschermd-wonen-instelling, zulks ter beoordeling van de reclasseringsinstelling, en zich zal houden aan het (dag-) programma dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld;
dat veroordeelde zich laat opnemen in Trajectum Hoeve Boschoord of soortgelijke zorginstelling, zulks te bepalen door de voor plaatsing verantwoordelijke instantie, zolang de reclassering dat nodig acht en zich houdt aan de huisregels en aanwijzingen die de zorginstelling aan hem geeft in het kader van de behandeling;
dat veroordeelde zal meewerken aan de indicatiestelling en plaatsing, als tijdens de (klinische) behandeling een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst is, zulks ter beoordeling van de reclassering;
dat veroordeelde zich laat behandelen door het poli ambulante team Trajectum Hoeve Boschoord of een soortgelijke zorgverlener, zulks ter bepaling door de reclassering, in dien en zolang de reclassering dat nodig acht en dat hij zich houdt aan de huisregels en aanwijzingen die de zorgverlener aan hem geeft in het kader van de behandeling;
dat veroordeelde zich inzet voor het vinden en behouden van een passende
dagbesteding/werk, zulks ter beoordeling aan de reclassering;
8. dat veroordeelde aan de reclassering inzicht verschaft in zijn financiën en eventuele schulden, zolang de reclassering dat nodig acht en de hem hierbij gegeven aanwijzingen volgt;
9. dat veroordeelde op geen enkele wijze contact zal zoeken met minderjarigen en dat hij enkel omgang zal hebben met minderjarigen in aanwezigheid van begeleiders die weet hebben van zijn achtergrond. Ingeval er contact plaatsvindt, waarbij geen begeleiders zijn die weet hebben van zijn achtergrond, zal veroordeelde direct het contact verbreken;
10. dat veroordeelde geen zorg of verantwoordelijkheid draagt voor minderjarigen, zolang de reclassering dat nodig acht.
11. dat veroordeelde zich op welke wijze dan ook onthoudt van:
- het op digitale wijze met een seksuele intentie communiceren met minderjarigen;
- gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin kinderpornografisch
materiaal kan worden verkregen;
- gedragen die zijn gericht op internetomgevingen waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd;
terwijl het daarop uitgeoefende toezicht mede kan bestaan uit controle, door
reclassering of politie, van zijn computer(s) en andere apparatuur waarop afbeeldingen (kunnen) worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden
benaderd. Hij verleent hierbij ook inzicht in zijn telefoon, e-mail, sms en internetactiviteiten;
12. dat veroordeelde openheid van zaken geeft over het aangaan en onderhouden van sociale contacten en (partner)relaties en toestemming geeft aan de reclassering om contact te hebben met alle personen met wie hij omgaat, waaronder de persoon met wie hij een (liefdes)relatie heeft. Veroordeelde is hierbij ook bereid zijn partner bij de begeleiding te
betrekken. Relatiegesprekken zullen dan onderdeel uit kunnen maken van de begeleiding;
13. dat veroordeelde zich open en begeleidbaar opstelt en spanningen, ontwikkelingen en
wijzigingen in zijn situatie bespreekt met de reclassering. Hij volgt de voorschriften
en aanwijzingen van de reclassering op, waar het bespreken van de risicofactoren
onderdeel van uitmaakt.
Draagt de reclassering op de veroordeelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
Verklaart onttrokken aan het verkeerde in beslag genomen Computer merk [naam/type apparaat] , serienummer [nummer] , (Tablet) [naam/type apparaat] (serienummer [nummer] ) en [naam/type apparaat] .

Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer

19/830075-10:

Wijst af de vordering tot tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke straf, opgelegd bij vonnis van de meervoudige kamer van voormalige Rechtbank Assen d.d. 14 december 2010.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.C.M. Wolfert voorzitter, mr H.H.A. Fransen, en mr. M. van den Steenhoven, rechters, bijgestaan door mr. D.M.A. Jansen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 9 oktober 2018.
De voorzitter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.