ECLI:NL:RBNNE:2018:2700
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Onttrekking van een minderjarige aan het toezicht van Jeugdbescherming na spoeduithuisplaatsing
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 22 mei 2018 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die haar stiefdochter heeft onttrokken aan het toezicht van Jeugdbescherming Noord. De kinderrechter had op 15 mei 2017 een spoeduithuisplaatsing uitgesproken, maar de verdachte heeft haar stiefdochter opgehaald en verborgen gehouden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk handelde door de minderjarige te onttrekken aan het bevoegd gezag, ondanks dat zij wist dat de kinderrechter een machtiging tot uithuisplaatsing had verleend. Tijdens de zitting op 8 mei 2018 heeft de verdachte verklaard dat zij niet bewust was van de strafbaarheid van haar handelen en vertrouwde op de deskundigheid van een kinderconsulent. De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat het medeplegen niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. De rechtbank sprak de verdachte vrij van enkele onderdelen van de tenlastelegging, maar achtte het onttrekken van de minderjarige wel bewezen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren, waarvan de uitvoering voorwaardelijk is, met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft rekening gehouden met de omstandigheden waaronder het feit is gepleegd en de emotionele impact op de verdachte.