ECLI:NL:RBNNE:2017:4887

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
14 december 2017
Publicatiedatum
19 december 2017
Zaaknummer
18/940007-16
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor woninginbraken en heling met betrekking tot verdachte en medeverdachte

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 14 december 2017 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van meerdere woninginbraken en heling. De verdachte, geboren in 1997, werd beschuldigd van het verwerven en voorhanden hebben van goederen die van misdrijf afkomstig waren, waaronder een home-cinema-set en diverse horloges. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de home-cinema-set kort na de inbraak op Marktplaats had geplaatst en deze had verkocht. Tijdens de doorzoeking van de woning van de verdachte werden ook andere gestolen goederen aangetroffen, waaronder dasspelden en horloges. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet overtuigend kon aantonen dat hij de goederen op legale wijze had verkregen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld voor de woninginbraak en schuldheling, maar sprak hem vrij van enkele andere ten laste gelegde feiten. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 180 dagen, waarvan een deel voorwaardelijk, en een taakstraf van 120 uren. Tevens werd de verdachte veroordeeld tot schadevergoeding aan de benadeelde partij voor immateriële schade en proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/940007-16
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 14 december 2017 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1997 te [geboorteplaats] ,
wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van
20 juli 2017 en 30 november 2017.
Verdachte is op de eerste zitting verschenen, bijgestaan door mr. M.C. van Linde, advocaat te Groningen. Op de tweede zitting is verdachte niet verschenen. Zijn advocaat is wel verschenen, die verklaard heeft uitdrukkelijk tot de verdediging te zijn gemachtigd.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting van 30 november 2017 vertegenwoordigd door mr. T. Klooster.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
verdachte in of omstreeks de periode van 5 februari 2016 tot en met 11 februari 2016, in elk geval op of omstreeks 11 februari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld en/of te Assen, (althans) in de gemeente Assen, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een goed, te weten een home-cinema-set (van het merk Harmon Kardon, type-nummer Bds 470 3.0) en/of één of meer (gouden) dasspeld(en) en/of één of meer horlog(es) (onder meer van het/de merk(en) Timberland en/of Guess) heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl verdachte en/of verdachtes mededader(s) ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist(en), althans redelijkerwijs had(den) moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
verdachte in of omstreeks de periode van 5 februari 2016 tot en met 7 februari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen, aldaar, aan de [straatnaam] heeft weggenomen een
home-cinema-set (van het merk Karmon Kardon, type Bds 470 3.0) en/of één of meer (gouden) dasspeld(en) en/of één of meer horloge(s) (van het merk Guess) en/of een horloge (van het merk Timberland), in elk geval enig goed, (alles) geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of verdachtes mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich de toegang tot de plaats
des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
2.
verdachte in of omstreeks de periode van 9 januari 2016 tot en met 11 februari 2016, in elk geval op of omstreeks 11 februari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, in elk geval in Nederland, een goed, te weten een (foto)camera (van het merk Nikon) heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl verdchte ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
verdachte in of omstreeks de periode van 9 januari 2016 tot en met 10 januari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning, gelegen, aldaar, aan de Koeriersstraat (nummer 5), heeft weggenomen één of meer fiets(en) (van het merk Trek) en/of een horloge (van het merk Danish Design) en/of een hoeveelheid of hoeveelheden geld en/of fotoapparatuur (te weten (onder meer) een Nikon fotocamera (Body Fe 2 met standaardlens 50 mm/1,4), een Nikon 28 mm (groothoek)lens, een Nikon 85 mm lens, een Nikon 180 mm (tele)lens, een Fuji compact fotocamera, een Panasonic digitale (foto)camera en een flitser) en/of computerapparatuur (te weten (onder meer Toshiba Tecra R850-1hp Notebook en een Toshiba Hi-speed Port dockingstation) en/of één of meer tas(sen) (te weten (onder meer) een fietstas met daarin een bandenplakset, anwb kaarten, een axa kettingslot en (een) inbussleutel(s), een cameratas en een blauw/grijze sporttas), in elk geval enig goed, (alles) geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of verdachtes mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
3.
verdachte in of omstreeks de periode van 16 januari 2016 tot en met 11 februari 2016, in elk geval op of omstreeks 11 februari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, in elk geval in Nederland, een of meer goederen, te weten een zwarte koffer met horloges en/of een "Gisoni"-koffer met 31, in elk geval één of meer, horloges en/of twee, in elk geval één of meer, plastic tas(sen) met horloges en/of één of meer horloge(s) in plastic verpakt, heeft verworven, voorhanden gehad en/of overgedragen, terwijl verdachte ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
verdachte in of omstreeks de periode van 16 januari 2016 tot en met 23 januari 2016, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit een woning, gelegen, aldaar, aan de [straatnaam] heeft weggenomen een groot aantal horloges (van diverse merken) en/of computerapparatuur (onder meer een Apple Ipad (A1219) en/of een Apple Ipad Mini (A1489) en/of een Apple Macbook Pro en/of een Dell, type Latitude E6440, inclusief dockingsation en muis ) en/of kleding (onder meer (een) jas(sen) van het merk Hugo Boss, Mark Cain en/of Airfield Blazer en/of (een blouse(s) van het merk Hugo Boss en/of een (paar) (dames)schoenen van het merk Santoni) en/of een autosleutel en/of beeld- en/of geluidapparatuur (onder meer een mediaspeler (van het merk
Apple, type A1496) en/of communicatieapparatuur (onder meer een Smartphone/Apple Iphone 5C en/of Iphone/Ipad oplader(s)) en/of één of meer fotocamera's (van het merk Canon) en/of koffer (v.h. Samsonite) en/of een hoeveelheid/hoeveelheden parfumerieën/cosmetica), in elk geval enig goed, (alles) geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of verdachtes
mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich de toegang tot de plaats
des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming;
4.
verdachte in of omstreeks de periode van 24 oktober 2015 tot en met 11 februari 2016, in elk geval op of omstreeks 11 februari 2015, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, in elk geval in Nederland, een goed, te weten een (Tamrac-)rugzak met gereedschappen heeft verworven, voorhanden gehad, en/of overgedragen, terwijl verdachte ten tijde van de verwerving of het voorhanden krijgen van dit goed wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het een door misdrijf verkregen goed betrof;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
verdachte op of omstreeks 24 oktober 2015 en/of 25 oktober 2015, te Roden , (althans) in de gemeente Noordenveld, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit woning, gelegen, aldaar, aan de [straatnaam] heeft weggenomen computerapparatuur (te weten (onder meer) een Acer Aspire Nitro Notebook en een externe harde schijf) en/of fotoapparatuur (te weten (onder meer) één of meer Nikon lens/lenzen, één of meer Hoya lens/lenzen, een Seagull hoekzoeker, (een) grijskaartenset(s), één of meer Scandisk geheugenkaart(en)), en/of een hoeveelheid/hoeveelheden (gouden en/of zilveren) sieraden en/of één of meer horloge(s) en/of een (Tamrac) (camera)tas en/of een hoeveelheid/hoeveelheden gereedschap(pen), in elk geval enig goed, (alles) geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of verdachtes mededader(s), waarbij verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling voor de onder 1, 2, 3 en 4 primair ten laste gelegde opzetheling gevorderd.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat van de 4 ten laste gelegde feiten de primair ten laste gelegde schuldheling kan worden bewezen. Op basis van het dossier kan niet worden vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij de inbraken. Verdachte wist daarnaast niet dat de goederen die hij onder zich had van diefstal afkomstig waren. Hij had echter redelijkerwijs moeten vermoeden dat de goederen van misdrijven afkomstig waren.
Oordeel van de rechtbank
Feit 1
De rechtbank acht het onder 1 primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte daarvan zal worden vrijgesproken.
De rechtbank past ten aanzien van het onder 1 subsidiair ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 198 van het dossier met nummer 2014074327 d.d. 4 april 2016, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 1] :
Ik ben woonachtig in de woning gevestigd aan de [straatnaam] te Roden . Op vrijdag
05 februari 2016 omstreeks 12:30 uur heb ik samen met mijn echtgenote onze woning verlaten voor een weekendje weg en de woning goed afgesloten. Toen wij zondagavond 07 februari 2016 omstreeks 18:40 uur terugkwamen en onze woning via de voordeur binnen gingen zagen we dat in de woonkamer en keuken alle kastjes openstonden. We hadden toen al gelijk het idee dat er ingebroken was. Hierop zagen we dat vanuit het tv kastje in de voorkamer in ieder geval de dolby surroundset met bijbehorende geluidsboxen was weggenomen. Deze is van het merk Harman Kardon type BDS 470 en had 2 boxen en 1 subwoofer. Ook hebben ze de afstandsbediening en de handleiding meegenomen. Vanuit de nachtkastjes op de grote slaapkamer mis ik in ieder geval 3 horloges, te weten een Guess horloge met een metalen band en een witte wijzerplaat, een Timberland horloge met een blauwe band en een witte wijzerplaat en een Guess horloge met een bruine band en een crèmekleurige wijzerplaat. Van achter een luik onder het schuine dak op zolder is de doos van de surroundset weggenomen. Ik zag dat de cilinder van de deur verwijderd was.
2.
Een proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 14 maart 2016, opgenomen op pagina 260 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
De historische gegevens zijn gevorderd van de advertentie met nummer [nummer] van Marktplaats. Uit onderzoek is gebleken dat het volgende aangeboden goed qua model en type overeen kwam met het goed dat bij de inbraak aan de [straatnaam] te [woonplaats] was weggenomen: een Harman Kardon Home Cinemaset. Datum plaatsing advertentie: 07-02-2016, 15:23:52 uur. De advertenties werden op Marktplaats geplaatst met gebruik van meerdere accounts / emailadressen. De gebruikte emailadressen betroffen:
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com.
Uit de gegevens van Marktplaats bleek dat de bovenstaande 4 gebruikersaccounts allemaal waren aangemaakt met gebruik van het IP-adres [nummer] . Uit de gegevens bleek tevens dat met het genoemde IP-adres een account was aangemaakt dat gekoppeld was aan het e-mailadres [email] @hotmail.com.
3.
Een proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 210 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisanten:
Op donderdag 11 februari 2016 werd een pseudokoop gerealiseerd. Hierbij werden, na overdracht van de homecinemaset, twee verdachten aangehouden, te weten: [verdachte] en [medeverdachte] .
4.
Een proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 215 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisanten:
Naar aanleiding van het onderzoek naar gestolen goederen, heb ik, verbalisant,
samen met een collega onderzoek ingesteld in de auto, welke verdachte [medeverdachte] bestuurde, kort voor zijn aanhouding. In de kofferbak troffen wij een geluidsinstallatie aan in de bijhorende doos: een homecinemaset Harman Kardon Bds 470 3.0, kleur zwart, 2 boxen, 1 subwoofer, inclusief afstandsbediening.
5.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 237 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op vrijdag 12 februari 2016, ontving ik, verbalisant, de heer [slachtoffer 1] en zijn vrouw, op het politiebureau. Ik toonde hen de goederen die inbeslaggenomen waren. Van de goederen die er lagen herkende aangever [slachtoffer 1] het volgende goed; Homecinemaset, merk Harman Kardon Bds 470 3.0, kleur zwart. Tevens zaten daarbij 2 boxen, 1 subwoofer en een afstandsbediening.
6.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal binnentreden woning van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 161 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op donderdag 11 februari 2016 omstreeks 22:43 trad de hulpofficier binnen in de woning [straatnaam] , [woonplaats] , bewoond door [verdachte] . Hij betrad de woning ter doorzoeking ter inbeslagneming.
7.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 11 maart 2016, opgenomen op pagina 266 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Bij de doorzoeking in de woning aan de [straatnaam] te [woonplaats] werden de volgende goederen in beslag genomen:
  • Goed: 2 dasspelden, goud.
  • Goed: Horloge Timberland.
  • Goed: Horloge Guess. Uniek nummer: U13556g1
  • Goed: Horloge Guess. Uniek nummer: U13570g2
  • Goed: Horloge Guess. Uniek nummer: Gt85902g
  • Goed: Horloge Guess. Uniek nummer: U11622l3
  • Goed: Horloge Guess. Uniek nummer: 170581g1
8.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 17 februari 2016, opgenomen op pagina 245 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Ik, verbalisant, toonde mevrouw [slachtoffer 1] , wonende aan de [straatnaam] te Roden , de volgende goederen:
twee dasspelden; horloge Timberland; horloge Guess, registratienummer U13556g1; horloge Guess, registratienummer U13570g2; horloge Guess, registratienummer GT85902g; horloge Guess, registratienummer U11622l3 en horloge Guess, registratienummer: 170581g1.
Ik hoorde mevrouw [slachtoffer 1] zeggen dat zij de horloges herkende als haar eigendom, dan wel het eigendom van haar man, [slachtoffer 1] . Ik hoorde mevrouw [slachtoffer 1] zeggen dat haar man, [slachtoffer 1] , zeker wist dat de twee dasspelden, ook afkomstig waren uit hun woning.
Bewijsoverweging
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende. Vastgesteld kan worden dat de inbraak in de woning aan de [straatnaam] te Roden heeft plaatsgevonden tussen 5 februari 2017, 12:30 uur en 7 februari 2016, 18:40 uur. Daarnaast kan vastgesteld worden dat op 7 februari 2016 om 15:23:52 uur verdachte de home-cinema-set op Marktplaats heeft geplaatst. Na het plaatsen van de advertentie heeft korte tijd later, op 11 februari 2016, een pseudokoop plaatsgevonden, waarbij verdachte samen met de medeverdachte de bij de inbraak weggenomen home-cinema-set heeft verkocht.
Aan het enkele voorhanden hebben van de gestolen set kan niet zonder meer de conclusie worden verbonden dat verdachte het goed ook heeft gestolen, daarvoor dienen de feiten en omstandigheden beoordeeld te worden (ECLI:NL:HR:2010:BK2880). De home-cinema-set is heel kort na de inbraak, mogelijk zelfs nog dezelfde dag, maar in ieder geval hooguit 1,5 dag later, door verdachte op Marktplaats gezet. Hij heeft de set een aantal dagen later ook zelf, samen met de medeverdachte, verkocht. Op de dag van de verkoop zijn in de woning van verdachte ook de in de tenlastelegging genoemde dasspelden en horloges aangetroffen. Gelet op het korte tijdverloop tussen de inbraak en het plaatsen van de advertentie op Marktplaats wordt het ervoor gehouden dat verdachte de set, alsmede de andere weggenomen goederen, die in zijn woning zijn aangetroffen, zelf heeft gestolen. Dat is slechts anders als verdachte voor het voorhanden hebben een aannemelijke verklaring heeft gegeven. Verdachte heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat hij de goederen gekocht heeft van een niet nader aangeduide jongen uit Leek en dat hij die goederen mocht verkopen. Daarnaast zou diezelfde jongen verdachte hebben gevraagd of hij goederen bij hem mocht stallen. Deze verklaring van verdachte is niet te verifiëren en in het licht van het vorenstaande naar het oordeel van de rechtbank ongeloofwaardig. De rechtbank neemt daarbij tevens in aanmerking dat bij de doorzoeking in de woning van verdachte een sloten(cilinder)trekker is aangetroffen. Uit de aangifte blijkt dat bij de inbraak de cilinder uit het deurslot is verwijderd. Voor het voorhanden hebben van deze slotentrekker heeft verdachte geen (aannemelijke) verklaring afgelegd. De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte de inbraak heeft gepleegd.
Feit 2
De rechtbank past ten aanzien van het onder 2 primair ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 290 van voormeld dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 2] :
Ik woon alleen in mijn woning aan de [straatnaam] te Roden. Ik heb op 9 januari 2016 mijn woning verlaten. Ik had alle deuren en ramen afgesloten. Toen ik op 10 januari 2016 thuis kwam, ging ik via de garage mijn woning binnen. Ik zag toen dat het cilinderslot van de deur van de bijkeuken naar buiten weg was. Ik begreep dat er ingebroken was in mijn woning. Tevens was weggenomen een Nikon fotocamera.
2.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal binnentreden woning van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 161 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op donderdag 11 februari 2016 omstreeks 22:43 uur trad de hulpofficier binnen in de woning [straatnaam] , [woonplaats] , bewoond door [verdachte] . Hij betrad de woning ter doorzoeking ter inbeslagneming.
3.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 11 maart 2016, opgenomen op pagina 266 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Bij de doorzoeking in de woning aan de [straatnaam] te [woonplaats] werd het volgende goed in beslag genomen: een Nikon camera. Uniek nummer: 222149.
4.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 15 februari 2016, opgenomen op pagina 298 van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Naar aanleiding van de doorzoekingen met de daarbij aangetroffen goederen aan de
[straatnaam] , stelde ik, verbalisant, een onderzoek in. Ik zag een rechthoekige tas, met aan de binnenkant een blauwe voering. Hierin zag ik een Nikon camera (serienummer 222149) met de daarbij behorende lenzen. In het voorvakje van de tas trof ik een aankoopbewijs. Bij het adres van het aankoopbewijs las ik, [straatnaam] . Ik zag dat het aankoopbewijs was getekend op 30-06-2005. Om de eigenaar van deze goederen te achterhalen heb ik contact opgenomen met het RTIC van Noord Nederland. Ik sprak met een collega. Ik vroeg hem of hij kon achterhalen wie de betreffende persoon was, met de gegevens van het aankoopbewijs. Vervolgens gaf hij mij de volgende gegevens door: [slachtoffer 2] .
Bewijsoverweging
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende. Bij de doorzoeking in de woning van verdachte op 11 februari 2016 is de fotocamera aangetroffen die is weggenomen bij de inbraak in de woning van aangever in de periode van
9 januari 2016 tot en met 10 januari 2016. Op basis van de beschikbare gegevens in het dossier en het tijdsverloop tussen de inbraak en het aantreffen van de camera kan niet worden vastgesteld dat verdachte betrokken is geweest bij de inbraak. Vast staat daarentegen wel dat verdachte de fotocamera voorhanden had. Nu naar het oordeel van de rechtbank, zoals hiervoor reeds weergegeven, de door verdachte afgelegde verklaring niet te verifiëren en ongeloofwaardig is, kan niet worden vastgesteld hoe verdachte de fotocamera voorhanden heeft gekregen. Dat verdachte wist dat de camera van diefstal afkomstig was, kan daardoor evenmin worden vastgesteld. Aangenomen kan echter wel worden dat hij redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de fotocamera van misdrijf afkomstig was, nu het een diefstalgevoelig goed betreft welke verdachte, samen met andere van misdrijf afkomstig goederen, zonder aannemelijke verklaring, voorhanden had.
Feit 3
De rechtbank acht het onder 3 primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte daarvan zal worden vrijgesproken.
De rechtbank past ten aanzien van het onder 3 subsidiair ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte van Politie Noord-Nederland d.d. 3 februari 2016, opgenomen op pagina 305 van voormeld dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer 3] :
Ik ben samen met mijn partner en onze dochter woonachtig in de vrijstaande woning
gelegen aan de [straatnaam] te Roden. Op 16 januari 2016 hebben wij om 03.30 uur onze woning verlaten voor een korte vakantie. Wij hebben voor vertrek alle deuren van onze woning afgesloten. Op 23 januari 2016 toen we reeds onderweg waren naar huis werden we gebeld door de overbuurman. Hij deelde ons mede dat er in onze woning ingebroken was. We waren om 15.45 uur weer thuis.
Ik heb samen met twee compagnons een bedrijf voor horloges en sieraden. Ik heb af en toe bedrijfscollecties in huis maar ook privécollecties van horloges en sieraden. Dit was ook het geval de afgelopen weken. Ik had een deel van de bedrijfscollectie in twee zwarte hardplastic koffers, een zwarte Samsonite aktetas met een collectie horloges en een horloge collectie in 3 plastic tasjes. Ik zag gelijk dat deze koffers, aktetas en de 3 plastic tasjes niet meer in het kantoor aanwezig waren. Vanuit een kast zijn een reservesleutel van mijn leaseauto en een Iphone 5S met opladers weggenomen. Verder zag ik dat er een Ipad Mini (A1489) en een gewone Ipad (A1219) met opladers waren weggenomen. Uit een slaapkamer is een Dell laptop (Latitude E6440) met dockingstation en muis weggenomen en van de zolder een zwarte Samsonite reiskoffer.
De volgende goederen zijn ook weggenomen: Apple Macbook Pro, meerdere jassen van het merk Hugo Boss, een jas van het merk Marc Cain, een jas van het merk Airfield Blazer, twee blouses van het merk Hugo Boss, een paar damesschoenen van het merk Santoni, een Apple mediaspeler (A1496), een fotocamera van het merk Canon en diverse cosmetica en parfumerieën.
De aangerichte schade aan het huis betreft het geforceerde slot van de toegangsdeur en de sensor van de buitenlamp is vernield.
2.
Een proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 14 maart 2016, opgenomen op pagina 260 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
De historische gegevens zijn gevorderd van een aanbieder die diverse goederen te koop aanbood op Marktplaats. Uit onderzoek is gebleken dat de volgende aangeboden goederen qua model en type overeen kwamen met de goederen die bij de inbraak aan de [straatnaam] te Roden zijn weggenomen: een Dell Latitude, datum plaatsing advertentie: 31-01-2016, 17:26:05 uur en een Apple Ipad, datum plaatsing advertentie: 31-01-2016, 11:20:08 uur. De advertenties werden op Marktplaats geplaatst met gebruik van meerdere accounts / emailadressen. De gebruikte emailadressen betroffen:
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com
- [email] @gmail.com.
Uit de gegevens van Marktplaats bleek dat de bovenstaande 4 gebruikersaccounts allemaal waren aangemaakt met gebruik van het IP-adres [nummer] . Uit de gegevens bleek tevens dat met het genoemde IP-adres een account was aangemaakt dat gekoppeld was aan het e-mailadres [email] @hotmail.com.
3.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal binnentreden woning van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 161 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op donderdag 11 februari 2016 omstreeks 22:43 trad de hulpofficier binnen in de woning [straatnaam] , [woonplaats] , bewoond door [verdachte] . Hij betrad de woning ter doorzoeking ter inbeslagneming.
4.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 11 maart 2016, opgenomen op pagina 266 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Bij de doorzoeking in de woning aan de [straatnaam] te [woonplaats] werden de volgende goederen in beslag genomen: een zwarte koffer met horloges, een koffer met 31 horloges, 2 plastic tassen met horloges en horloges in plastic verpakt.
5.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verslag doorzoeking d.d. 12 februari 2016, opgenomen als aanvullend stuk bij voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op 11 februari 2016 werd onder leiding van de rechter-commissaris de woning perceel [straatnaam] te [woonplaats] betreden. De rechter-commissaris deelde mede dat in de woning een doorzoeking zou gaan plaatsvinden in de slaapkamer van de zoon van de hoofdbewoner, verdachte [medeverdachte] . Verdachte [medeverdachte] sliep volgens de hoofdbewoner af en toe op de zolderkamer.
6.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 11 maart 2016, opgenomen op pagina 266 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Bij de doorzoeking in de woning aan de [straatnaam] te Roden werden de volgende goederen in beslag genomen: 10 horloges in een zwarte doos.
7.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van Politie Noord-Nederland d.d. 12 februari 2016, opgenomen op pagina 317 van voormeld dossier, inhoudende als relatering van de verbalisant:
Op vrijdag 12 februari 2016, ontving ik, verbalisant, de heer [slachtoffer 3] en zijn vrouw, op het politiebureau. Ik toonde hen de goederen die inbeslaggenomen waren. Hij herkende de volgende goederen: een zwarte kunststof koffer met daarin 11 horloges, een zwarte kunststof koffer met horloges, een zwarte doos met horloges, een plastic tas met horloges en een kartonnen doos met horloges.
Bewijsoverweging
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende. Vastgesteld kan worden dat de inbraak in de woning aan de [straatnaam] te Roden heeft plaatsgevonden tussen 16 januari 2016, 03:30 uur en 23 januari 2016, 15:45 uur. Daarnaast kan vastgesteld worden dat op 31 januari 2016 om 11:20:08 uur de bij de inbraak weggenomen Apple Ipad en om 17:26:05 uur de bij de inbraak weggenomen Dell Latitude door verdachte op Marktplaats zijn geplaatst. Daarnaast zijn bij de doorzoeking op 11 februari 2016 van de woning van verdachte en de zolderkamer van de medeverdachte nagenoeg alle bij de inbraak weggenomen horloges teruggevonden.
Ook ten aanzien van dit feit geldt dat aan het enkele voorhanden hebben van de gestolen goederen niet zonder meer de conclusie kan worden verbonden dat verdachte de goederen ook heeft gestolen, daarvoor dienen de feiten en omstandigheden beoordeeld te worden. De Apple Ipad en de Dell laptop zijn heel kort na de inbraak door verdachte op Marktplaats gezet. Daarnaast zijn korte tijd later in de woning van verdachte en op de zolderkamer van de medeverdachte nagenoeg alle in de tenlastelegging genoemde horloges aangetroffen. Gelet op het korte tijdverloop tussen de inbraak, het plaatsen van de advertenties op Marktplaats en het aantreffen van de horloges wordt het ervoor gehouden dat verdachte samen met de medeverdachte de goederen zelf heeft gestolen, tenzij verdachte voor het voorhanden hebben een aannemelijke verklaring heeft gegeven. Verdachte heeft bij de rechter-commissaris verklaard dat hij de goederen gekocht heeft van een niet nader aangeduide jongen uit Leek en dat hij die goederen mocht verkopen. Daarnaast zou diezelfde jongen later aan verdachte hebben gevraagd of hij goederen bij hem mocht stallen. De jongen zou op dat moment onder andere een tas met horloges bij verdachte hebben gebracht. Zoals hiervoor ook al vermeld, is deze verklaring van verdachte niet te verifiëren en naar het oordeel van de rechtbank ongeloofwaardig. In de woning van verdachte zijn immers veel meer horloges terug gevonden dan het door hem genoemde aantal van 5. Daarnaast geeft verdachte in zijn verklaring aan dat medeverdachte [medeverdachte] geen andere betrokkenheid heeft gehad dan die ene keer dat hij verdachte naar Assen heeft gebracht met de auto, terwijl een deel van de bij de inbraak weggenomen horloges zijn teruggevonden op de zolderkamer van [medeverdachte] . Bovendien zijn de horloges in de originele verpakking aangetroffen. De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte de inbraak samen met de medeverdachte heeft gepleegd.
Feit 4
De rechtbank acht het onder 4 primair en subsidiair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank overweegt hierbij dat onduidelijk is op basis waarvan de Tamrac rugzak met gereedschappen, die gevonden is bij de doorzoeking in de woning van verdachte, zoals vermeld in het proces-verbaal van bevindingen opgenomen op pagina 266 van het dossier, gelinkt kan worden aan de inbraak in de woning aan de [straatnaam], aangezien in de aangifte wordt aangegeven dat er 5 lenzen in de tas zaten en overigens nergens uit kan worden afgeleid dat er gereedschappen in die camera tas van het merk Tamrac zaten. Nu van de inbraak in deze woning de betrokkenheid van verdachte evenmin kan worden vastgesteld, zal verdachte hiervan worden vrijgesproken.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1 subsidiair, 2 primair en 3 subsidiair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. subsidiair
verdachte in de periode van 5 februari 2016 tot en met 7 februari 2016 te Roden met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen, aldaar, aan de [straatnaam] heeft weggenomen een home-cinema-set (van het merk Karmon Kardon, type Bds 470 3.0) en (gouden) dasspelden en horloges (van het merk Guess) en een horloge (van het merk Timberland), toebehorende aan [slachtoffer 1] , waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft door middel
van braak.
2 primair
verdachte op 11 februari 2016, te Roden, een goed, te weten een (foto)camera (van het merk Nikon) voorhanden heeft gehad, terwijl verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van dit goed redelijkerwijs had moeten vermoeden dat het een door misdrijf verkregen goed betrof.
3 subsidiair
verdachte in de periode van 16 januari 2016 tot en met 23 januari 2016 te Roden, tezamen en in vereniging met een ander, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning, gelegen, aldaar, aan de [straatnaam] heeft weggenomen een groot aantal horloges (van diverse merken) en computerapparatuur (onder meer een Apple Ipad (A1219) en een Apple Ipad Mini (A1489) en een Apple Macbook Pro en een Dell, type Latitude E6440, inclusief dockingsation en muis en kleding (onder meer jassen van het merk Hugo Boss, Mark Cain en Airfield Blazer en blouses van het merk Hugo Boss) en damesschoenen van het merk Santoni en een autosleutel en geluidapparatuur (onder meer een mediaspeler van het merk Apple, type A1496) en communicatieapparatuur (onder meer een Smartphone/Apple Iphone 5C en Iphone/Ipad oplader(s)) en een fotocamera (van het merk Canon) en een koffer (Samsonite) en parfumerieën/cosmetica, toebehorende aan [slachtoffer 3] , waarbij verdachte en verdachtes mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft door middel van braak.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
1. diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
2. schuldheling.
3. diefstal door twee verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van het onder 1, 2, 3 en 4 primair ten laste gelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van
10 maanden met aftrek van de periode die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ervoor gepleit hooguit nog een taakstraf op te leggen. Verdachte heeft al een periode in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht. Nu dit consequenties heeft gehad voor verdachtes stage en bijbaan is een onvoorwaardelijke gevangenisstraf niet meer passend.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek op de terechtzitting en de over hem opgemaakte rapportage, het verdachte betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de raadsman.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een drietal vermogensdelicten, te weten twee woninginbraken en schuldheling. Bij de woninginbraken zijn de woningen volledig doorzocht, terwijl de bewoners (een aantal dagen) weg waren. Bij thuiskomst troffen de bewoners totale chaos aan en waren veel (kostbare) goederen weggenomen.
Dergelijke ernstige, ergerlijke feiten leiden tot gevoelens van onveiligheid bij de slachtoffers. Een ieder moet zijn woning veilig kunnen verlaten zonder dat anderen voor eigen gewin in de woning inbreken en goederen wegnemen. Het kost veel moeite om de puinhoop op te ruimen en het is kostbaar om de schade te herstellen en de weggenomen goederen te vervangen.
Verdachte had bovendien de gestolen goederen van een andere woninginbraak voorhanden en heeft daarmee nogmaals geprofiteerd van een misdrijf. De door de woninginbraak gecreëerde onrechtmatige vermogensrechtelijke toestand is door het handelen van verdachte in dat geval in stand gehouden. Dit alles rekent de rechtbank verdachte ten zeerste aan.
De reclassering heeft in haar adviezen van 29 juli 2017 en 24 november 2017 geadviseerd een werkstraf, alsmede een voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met reclasseringstoezicht en de bijzondere voorwaarden: melden bij Reclassering Nederland en een training Cognitieve Vaardigheden. De reclassering geeft aan dat uit het onderzoek naar voren is gekomen dat de financiën en het sociale netwerk van verdachte delict gerelateerd zijn. Verdachte woont op dit moment bij zijn moeder, gaat naar school en heeft inkomen. Hij lijkt te zijn geschrokken van de preventieve hechtenis. Hij zal zijn school niet af kunnen maken en zijn baan verliezen wanneer hij een onvoorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd krijgt.
Nu uit de adviezen van de reclassering blijkt dat verdachte zijn leven weer in positieve zin heeft opgepakt, acht de rechtbank het niet wenselijk verdachte alsnog een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen. Hij gaat naar school en heeft inkomen. Dat raakt hij kwijt als hij weer gedetineerd zou raken. Daarbij neemt de rechtbank ook in aanmerking dat verdachte, blijkens het hem betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie, slechts eenmaal eerder in beeld is geweest voor een diefstal en daar een transactie voor heeft ontvangen. De rechtbank zal dan ook een lagere straf opleggen dan door de officier van justitie geëist, waarbij er ook rekening mee wordt gehouden dat de rechtbank verdachte zal vrijspreken van het onder 4 ten laste gelegde.
Alles afwegende zal de rechtbank verdachte veroordelen tot een (deels voorwaardelijke) gevangenisstraf, waarvan het onvoorwaardelijke deel gelijk zal zijn aan de periode die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, onder oplegging van de algemene voorwaarden en de bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd. Daarnaast zal de rechtbank verdachte een werkstraf opleggen.

Benadeelde partij

[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum dat de schade is ontstaan, alsmede een bedrag van € 379,80 aan proceskosten, bestaande uit een bedrag van € 372,00 voor uren die de benadeelde partij niet heeft kunnen werken in verband met het politieonderzoek en het opruimen van het huis en een bedrag van € 7,80 aan kilometervergoeding voor bezoek aan het politiebureau.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren, aangezien de schade is veroorzaakt door de woninginbraak en de officier van justitie veroordeling heeft gevorderd voor de primair ten laste gelegde opzetheling.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, omdat hij gepleit heeft voor bewezenverklaring van de primair ten laste gelegde schuldheling en er geen rechtstreeks verband bestaat tussen dat feit en de gevorderde schade.
Oordeel van de rechtbank
Aangezien de rechtbank verdachte zal veroordelen voor de onder 1 subsidiair ten laste gelegde inbraak kan de benadeelde partij in de vordering worden ontvangen.
De benadeelde partij heeft vergoeding van immateriële schade gevorderd. In het geval geen sprake is van lichamelijk letsel, zoals hier aan de orde, kan op grond van artikel 6:106 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek slechts een vergoeding voor immateriële schade worden toegekend indien de benadeelde partij in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Geestelijk letsel kan pas worden aangemerkt als aantasting van de persoon, indien de psychische gevolgen voldoende ernstig zijn. Gevoelens van angst en schrik vallen niet onder het bereik van artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek. Ernstige psychische schade, als hiervoor bedoeld, is door de benadeelde partij niet aangevoerd. Gelet echter op het ongemak in verband met de puinhoop in huis zal de rechtbank billijkheidshalve een bedrag van € 150,00 aan immateriële schade toewijzen, te vermeerderen met de gevorderde wettelijke rente over dit bedrag vanaf 7 februari 2016.
De rechtbank zal verdachte voorts veroordelen in de reiskosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, ten bedrage van € 7,80. De vordering zal voor het deel dat betrekking heeft op de uren die de benadeelde partij niet heeft kunnen werken worden afgewezen, omdat die vordering niet is onderbouwd en daardoor niet vastgesteld kan worden dat die vrije uren niet doorbetaald zijn en de schade daadwerkelijk deze omvang heeft. De rechtbank zal verdachte wel veroordelen in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Nu vast staat dat verdachte tot het hiervoor genoemde bedrag aansprakelijk is voor de schade die door het bewezenverklaarde is toegebracht, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat de schade door verdachte wordt vergoed.

Inbeslaggenomen goederen

De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen goederen, die aantoonbaar afkomstig zijn van diefstal, moeten worden bewaard ten behoeve van de tot nu toe onbekend gebleven rechthebbende.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 36f, 57, 311 en 417bis van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 primair, 3 primair en 4 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 subsidiair, 2 primair en 3 subsidiair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezenverklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 180 dagen.

Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 152 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, welke hierbij wordt vastgesteld op 2 jaar, de hierna te noemen algemene of bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de (eventuele) uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Stelt als algemene voorwaarden:
1. dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
2. dat de veroordeelde ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
3. dat de veroordeelde medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht als bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.
Stelt als bijzondere voorwaarden:
1. dat de veroordeelde zich uiterlijk op 21 december 2017 meldt bij Reclassering Nederland, Leonard Springerlaan 21 te Groningen, telefoonnummer 050-3188188. Hierna dient veroordeelde zich te blijven melden zo frequent en zolang de reclassering dat noodzakelijk acht.
2. dat veroordeelde deelneemt aan een gedragsinterventie, te weten GI-RN Cognitieve Vaardigheden.
Draagt de reclassering op toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Veroordeelt verdachte voorts tot:

een taakstraf voor de duur van 120 uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 60 dagen zal worden toegepast.
Ten aanzien van 18/940007-16, feit 1 subsidiair:
Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 150,00(zegge: honderdvijftig euro) te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf
7 februari 2016.
Bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor het overige in zijn vordering niet ontvankelijk is en dat dit deel van de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op
€ 7,80(zegge: zeven euro en tachtig eurocent). Bepaalt dat de vordering van de benadeelde partij ten aanzien van de proceskosten voor het overige wordt afgewezen.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 1] te betalen een bedrag van
€ 157,80(zegge: honderdzevenenvijftig euro en tachtig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 3 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit € 150,00 vergoeding aan immateriële schade en € 7,80 aan proceskosten.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 1] daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en omgekeerd, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Gelast de bewaringvan de in beslag genomen goederen ten behoeve van de rechthebbende.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.I. Klaassens, voorzitter, mr. C.M.M. Oostdam en
mr. J.N.M. Blom, rechters, bijgestaan door mr. K. Offerein-Hulshoff, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 14 december 2017.
Mr. B.I. Klaassens en mr. J.N.M. Blom zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.