3.1.ABN AMRO vordert dat de kantonrechter, oordelend in kort geding, bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
I. [gedaagde 2] zal veroordelen:
( a) zich, met onmiddellijke ingang na het wijzen van het vonnis, te onthouden van het voor zakelijke doeleinden benaderen van (ex-)klanten van ABN AMRO,
( b) zich, met onmiddellijke ingang na het wijzen van het vonnis, te onthouden van het verlenen van diensten op financieel gebied aan (ex-)klanten van ABN AMRO,
( c) om, binnen één week na het wijzen van het vonnis, schriftelijk de relatie met (ex-) klanten van ABN AMRO te verbreken, en
( d) aan ABN AMRO, binnen één week na de verzending van de onder (c) bedoelde brief, een afschrift van die brief, inclusief bewijs van verzending, te doen toekomen,
waarbij als “(ex-)klanten van ABN AMRO” moeten worden aangemerkt partijen die tijdens de laatste twee jaren van het dienstverband van [gedaagde 2] bij ABN AMRO een zakelijke relatie met ABN AMRO hadden, zulks op straffe van verbeurte een dwangsom van € 2.500,- voor iedere dag, of een gedeelte daarvan, dat [gedaagde 2] aan het vorenstaande niet voldoet;
II. [gedaagde 1] zal veroordelen:
( a) zich, met onmiddellijke ingang na het wijzen van het vonnis, te onthouden van het voor zakelijke doeleinden benaderen van (ex-)klanten van ABN AMRO,
( b) zich, met onmiddellijke ingang na het wijzen van het vonnis, te onthouden van het verlenen van diensten op financieel gebied aan (ex-)klanten van ABN AMRO,
( c) om, binnen één week na het wijzen van het vonnis, schriftelijk de relatie met (ex-) klanten van ABN AMRO te verbreken, en
( d) aan ABN AMRO, binnen één week na de verzending van de onder (c) bedoelde brief, een afschrift van die brief, inclusief bewijs van verzending, te doen toekomen,
waarbij als “(ex-) klanten van ABN AMRO” moeten worden aangemerkt partijen die
tijdens de laatste twee jaren van het dienstverband van [gedaagde 1] bij ABN AMRO een zakelijke relatie met ABN AMRO hadden, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 2.500,- voor iedere dag, of een gedeelte daarvan, dat [gedaagde 1]
aan het vorenstaande niet voldoet;
III. [gedaagde 2] en [gedaagde 1] gezamenlijk, ieder hoofdelijk, zal veroordelen in de kosten van deze procedure.