Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.[eiser 1.]
[eiser 2.],
STAAT DER NEDERLANDEN,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 22 maart 2017,
- de ten behoeve van de comparitie van partijen van 2 oktober 2017 ingediende productie 5 van NAM,
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 2 oktober 2017 met aangehecht de schriftelijke aantekeningen van partijen (die van [eiser] met een drietal producties) en de bij gelegenheid van de comparitie genomen akte houdende eiswijziging van [eiser] en akte houdende overlegging producties A tot en met G van [eiser] .
2.De feiten
Overige gebreken; Gevel staat hol en uit het lood". Als oorzaak daarvan is vermeld: "
Hoogst waarschijnlijk altijd zo geweest". Schade 7, die zich bevindt in de achtergevel, is omschreven als "
Deformatie, scheefstand: Deze gevel is in alle richtingen scheef en schuin". Als oorzaak daarvan is vermeld: "
Twijfelachtig, of zo gebouwd of in de loop der jaren zo verzakt". Schade 10, die zich blijkens de daarvan in het rapport opgenomen foto's in de buitengevels van de garage bevindt, is omschreven als "
Overige gebreken. diverse vorst en vochtschade". Als oorzaak daarvan is vermeld: "
achterstallig onderhoud". De schade-expert heeft de schade vastgesteld op een bedrag van € 3.437,81 (inclusief BTW).
Causaliteit
Los van de door Arcadis gerapporteerde schades namen wij inpandig op diverse plekken nog scheuren in muren in het pand waar. In onze optiek staat de gehele woning onder spanning waardoor de scheuren zich op diverse plaatsen blijven openbaren.
Ook bekeken wij de kapconstructie. Tijdens onze inspectie op de bovenverdieping namen wij waar dat de muren niet meer recht onder de sporen staan. Er is sprake van een zorgwekkende situatie en wij schatten in dat bij een geringe verplaatsing van de kapconstructie (bij trilling door beving) de ondersteuning ernstig in het geding komt en instorting zeer wel mogelijk is.
Het hierboven genoemde alsmede de complete deformatie van de linker zijgevel en de achtergevel alsook het gebrek aan samenhang met de dwarsmuren vormt in onze optiek een ernstig veiligheidsrisico bij een eventuele volgende en zwaardere beving. Overigens lezen wij ook in het door Arcadis opgestelde rapport op pagina 5 dat ook Arcadis de mening is toegedaan dat bij bijvoorbeeld een nieuwe hevige aardbeving een aanzienlijke toename van de schade niet is uit te sluiten, hetgeen zou kunnen bestaan uit gehele of gedeeltelijke instorting! Gepaste maatregelen lijken ons dan ook gewenst. Wellicht zouden deze moeten bestaan uit het uithuizen van de familie en het per ommegaande laten opstellen van een constructeursrapport teneinde op een zo kort mogelijke termijn een definitieve verantwoorde herstelsituatie vast te stellen.
Tot slot attendeerde claimant ons op de lekkage in de kelder. Ons is aangegeven dat de kelder voorheen voor opslag werd gebruikt. Echter sinds de beving blijft de kelder in verband met lekkageproblematiek ongebruikt. Mogelijkerwijs zal de kelder moeten worden geïnjecteerd teneinde de opgetreden lekkages te verhelpen.
Het geheel van de problemen op de locatie overziend, maakt dat wij de mening zijn toegedaan dat er sprake is van een zeer complexe casus. Er is sprake van een ouder pand met gevels van verschillende opbouw (metselwerk met specie deels met kalkmortel). Het heeft er de schijn van dat in het verleden ontstane deformaties sedert lange tijd waren gestabiliseerd en dat thans het deformatieproces in versneld tempo als gevolg van de bevingen weer een aanvang heeft genomen. De differentiatie in opbouw van het pand in combinatie met de aanwezigheid van een kelder maakt in onze optiek duurzaam herstel zeer problematisch. Op voorhand zien wij geen eenvoudige oplossing en adviseren wij mede in het licht van het veiligheidsrisico om op zeer korte termijn door een constructeur te laten bepalen welke maatregelen voor de woning noodzakelijk zijn teneinde op locatie een blijvende en veilige situatie te bereiken."
In deze bespreking is geconcludeerd:
dat de woning op grond van de ATC-20 bevindingen niet voldoet aan de normale eisen voor statische belasting;
waardoor het waarschijnlijk geacht moet worden dat bepaalde constructieonderdelen van het pand bij een licht aardbeving met een geringe grondversnelling (PGA < 0,1 g) niet meer stabiel zijn en kunnen instorten;
het pand in de huidige staat deCode Roodmoet krijgen.
De analyse toont aan dat de schade wordt veroorzaakt door de zettingsgevoelige ondergrond waarop de woning is gefundeerd. Deze ondergrond bestaat uit een circa 10 m dik kleipakket. Onder invloed van de hierop rustende belasting klinkt dit kleipakket in hetgeen gepaard gaat met zetting van de fundering. Het inklinken van de kleilaag onder invloed van belasting is een natuurlijk proces. Door het inhomogene karakter van de ondergrond, de diversiteit aan funderingstypen en een ongelijkmatige verdeling van belasting zal hierbij altijd sprake zijn van enige verschilzetting.
De achtergevel (…) staat hol. Aan de bovenzijde buigt de gevel naar binnen (…). Dit was volgens [eiser 1.] al zo op het moment dat hij de woning kocht.
de toegepaste metselverbanden en/of bakstenen variëren over de woning (kruisverband en halfsteensverband);
de linker zijgevel is volledig uitgevoerd in steens metselwerk (…); de rechter zijgevel is vanaf het niveau van de zoldervloer uitgevoerd in halfsteens metselwerk (…)
diverse (raam- en deur)openingen zijn in het verleden aangebracht, vergroot of dichtgezet (…) Zo ook de voordeur in de achtergevel van de woning; deze is grotendeels dichtgemetseld.
bij het vervangen van de raamkozijnen was het metselwerk reeds verzakt en vervormd; dit is terug te zien in afbeelding (…) waarin zichtbaar met behulp van specie en stukken baksteen openingen onder het kozijn zijn opgevuld. (…)
op diverse plekken zijn discontinuïteiten aanwezig in het metselverband (…)
in de gevels zijn diverse herstelde zettingsscheuren zichtbaar (…)
binnenwanden zijn verwijderd, verplaatst en/of gerealiseerd. het verband in de woning is daarmee op deze plekken verdwenen. Normaal gesproken worden metselwerkwanden bij aansluitingen in verband gemetseld, dat wil zeggen dat de stenen in elkaar grijpen. De aangeduide gemetselde binnenwanden hebben nauwelijks tot geen verband met de buitengevel (…)
de dakconstructie heeft diverse ingrepen ondergaan. Er zijn twee slaapkamers op zolder gebouwd. Om dit mogelijk te maken zijn verschillende constructieve elementen verwijderd en zijn er provisorische stempels (ter ondersteuning van de constructie) aangebracht;(…)"
De grondopbouw en draagvermogen zijn vastgesteld op basis van de sondeergrafieken (...) en laten zich als volgt karakteriseren:
Schade door bodemdaling is een lokaal verschijnsel. Het treedt pas op wanneer zettingsverschillen onder een gebouw tot een zodanige vervorming van het gebouw leiden dat de sterkte van het gebouw lokaal wordt overschreden.
Oorzaken die ten grondslag kunnen liggen aan de schade kunnen extern of intern van aard zijn. De volgende mogelijke externe en interne oorzaken zijn beschouwd:
gaswinning;
ingrepen in de waterhuishouding
zettingsgevoelige ondergrond
bouwkundige ingrepen.
de sterkte van de draagconstructie in belangrijke mate is verminderd door reeds aanwezige schade
de onderlinge samenhang van onderdelen of de sterkte van verbindingen tussen onderdelen zodanig is, dat deze door trillingen kan bezwijken of in belangrijke mate kan verzakken
ter plaatse van de rechterzijgevel zijn 4 verschillende typen fundering aangetroffen. Het is niet aannemelijk dat men tijdens de bouw van een dergelijke woning verschillende typen funderingen toepast onder een gevel. Wel is aannemelijk dat in latere periodes bij de realisatie van een uitbreiding een ander type fundatie is toegepast;
de toegepaste metselverbanden en/of toegepaste bakstenen variëren over de woning;
discontinuïteiten metselverbanden;
binnenwanden zijn gewijzigd: het verband in de woning is (grotendeels) verdwenen;
diverse ingrepen in de dakconstructie;
dakbeschot en dakpannen aangepast;
realisatie dakvenster en dakkapel;
ondersteuningen verwijderd, vervangen of elders teruggebracht in de constructie.