"
1) Inleiding
[Q] / [X] werd op maandag 27 mei jl. omstreeks 16.00u geconfronteerd met een acute terugval van de zeekoelwaterflow over de dumpcondensor. Na telefonisch contact met de controlekamer van [Z] werd duidelijk dat de zeekoelwaterleiding op het terrein van [Z] lek was geraakt. Zowel de condensor van [Z] als de dumpcondensor van [X] kregen daardoor helemaal geen koelwater meer, waardoor beide installaties ( [X] [bedoeld wordt [naam 1] , rechtbank ] en de Saline van [Z] ) meteen uit bedrijf moesten worden gesteld. Vervolgens is de koelwaterleiding door [Z] gerepareerd en konden op woensdag 29 mei de beide installaties weer in bedrijf worden genomen. In de nacht van woensdag op donderdag werd [X] geconfronteerd met een veel te hoge geleidbaarheid van het retourcondensaat, waarna de conclusie is getrokken dat de dumpcondensor lek moest zijn. De [X] [ [naam 1] , rechtbank] is daarna meteen weer uit bedrijf genomen en werd direct gestart met de inspectie van de dumpcondensor. Tijdens deze inspectie is geconstateerd dat de geleidingsplaat aan de inlaatkant beschadigd was en dat van een afgestopte condensorpijp (titanium) de plug niet meer aanwezig was.
Nadat de pijp opnieuw afgeplugd werd en de condensor weer in bedrijf werd genomen, werd er geen wezenlijk verhoging van de geleidbaarheid gemeten.
[R] heeft van [Q] de opdracht gekregen om te onderzoeken of het mogelijk is dat de plug uit de lekke pijp is losgekomen ten gevolge van de koelwaterlekkage en de hiermee gepaard gaande temperatuurverhoging in de condensor.
In dit rapport wordt verslag gegeven van het onderzoek dat verricht is om een verband aan te tonen tussen de koelwaterlekkage en het losschieten van de plug uit de condensorpijp.
(…)
3) Beschrijving van de plug-pijp constructie
De constructie van de plug in de afgestopte pijp is in onderstaande schets weergegeven:
(…)
De plug is met kracht in de titaanpijp geslagen, waardoor deze vast in de pijp komt te zitten.
Door de (geringe) elastische vervorming (pijp/pijpplaat wordt iets opgerekt en plug iets ingedrukt) blijft deze kracht aanwezig en zal deze kracht de plug in de pijp vasthouden. Tevens wordt hiermee een afdichting verkregen.
Tijdens normaal bedrijf is de druk aan de koelwaterzijde (ca. 0.2 bar(g)) hoger dan aan de stoomzijde (-0.3 bar(g)), waardoor er ook nog eens een extra kracht aanwezig is om de plug vast te houden/ af te dichten.
4) Gevolgen van de waargenomen bedrijfscondities op de plug-pijp constructie
Uit de onder hoofdstuk 2 beschreven waarnemingen kan het volgende geconcludeerd worden:
a) De afgestopte pijp is tijdens het voorval op een temperatuur geweest van boven 100 °C. Tevens
zijn er diverse temperatuurwisselingen van hoog naar laag geweest.
De pijp, plug en pijpplaat zijn van verschillende materialen gemaakt met verschillende
temperatuuruitzettingscoëfficienten. (…).
Hieruit kan geconcludeerd worden dat door het opwarmen van de afgestopte pijp tot boven de
100°C zal de koperen plug meer willen uitzetten dan de titaanpijp en stalen pijpplaat.
Deze uitzetting zal grotendeels leiden tot plastische vervorming van de plug (wordt ingedrukt) en
gat in pijpplaat wordt opgerekt. Elastische vervorming zal niet optreden omdat de plug/gat
verbinding al maximaal elastisch is vervormd (benodigd voor verkrijgen van benodigde
afdichtkracht).
Wanneer de temperatuur weer daalt tot normale bedrijfswaardes, zal de plug weer krimpen t.o.v.
de pijp. Deze krimp gaat ten koste van de elastische vervorming, waardoor de kracht waarmee
de plug in de pijp is vastgeslagen ook afneemt en zelfs tot 0 gereduceerd kan worden.
b) Tijdens het voorval is de druk stoomzijdig meerdere malen opgelopen tot een druk hoger dan in
het koelwatersysteem. Dit drukverschil heeft minimaal 2,5 bar bedragen.
Voor de afgestopte lekke pijp houdt dit in dat de druk in de pijp gelijk is aan de stoomzijdige druk.
Over de plug is dus een drukverschil aanwezig geweest van minimaal 2,5 bar die een kracht
oplevert van minimaal 70 N. Deze kracht werkt (in tegenstelling tot een normale bedrijfssituatie)
in dusdanige richting dat de plug uit de pijp gedrukt wordt.
5) Overige
Uit de onder hoofdstuk 2 b beschreven koelwatertemperatuur- en drukfluctuaties is af te leiden dat het
niveau in de condensor koelwaterzijdig meerdere malen heeft gefluctueerd.
Dit houdt in dat er periodes zijn geweest waarin de bovenste pijpen niet gevuld zijn met koelwater en de onderste wel. De bovenste, niet gekoelde pijpen zullen meer willen uitzetten dan de onderste gekoelde pijpen.
Deze uitzetting wordt echter door de constructie tegengehouden, waardoor dit tot grote krachten in de
pijpen en pijp/pijpplaatverbinding leidt met mogelijk schade tot gevolg (lekke walsverbindingen).
Het is raadzaam om hiertoe een goede geleidbaarheidsmeting op het condensaat uit te voeren of
een lekdichtheidstest op de pijpplaten van de dumpcondensor uit te voeren.
6) Conclusie
Gezien het druk- en temperatuurverloop tijdens het voorval in de dumpcondensor is het aannemelijk dat de plug hierdoor is losgeraakt.
Dit lijkt bevestigd te worden de temperatuurdaling van het condensaat zodra koelwater wordt bijgenomen."