ECLI:NL:RBNNE:2017:3542

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
27 maart 2017
Publicatiedatum
15 september 2017
Zaaknummer
C18/174673/ PR RK 17-90
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Wraking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van rechters in bestuursrechtelijke procedure zonder concrete feiten of omstandigheden

Op 27 maart 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen, uitspraak gedaan in een wrakingsprocedure. Verzoeker heeft op 1 maart 2017 een verzoek tot wraking ingediend tegen de rechters die betrokken zijn bij de procedure met zaaknummer LEE 16/4977 Zorg. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de mogelijkheid biedt om rechters te wraken indien er feiten of omstandigheden zijn die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek niet de namen van de behandelende rechters bevatte, wat impliceert dat verzoeker alle rechters die mogelijk de zaak zouden behandelen, wenste te wraken. De rechtbank oordeelt dat dit niet mogelijk is, verwijzend naar een arrest van de Hoge Raad uit 1998. Bovendien heeft verzoeker geen concrete feiten of omstandigheden aangedragen die wijzen op vooringenomenheid van de rechters in de betreffende procedure.

Gelet op deze overwegingen heeft de rechtbank het wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard. De procedure met zaaknummer LEE 16/4977 zal worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft bevolen dat deze beslissing onverwijld aan verzoeker en de Belastingdienst wordt medegedeeld.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Zittingsplaats Groningen
zaaknummer: C18/174673/ PR RK 17-90
beslissing van de meervoudige kamer van 27 maart 2017
op het verzoek tot wraking ingevolge artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) van
[naam],
wonende te [woonplaats],
verzoeker.

1.Procesverloop

Bij brief van 1 maart 2017 heeft verzoeker een verzoek ingediend tot wraking van de Nederlandse rechtsstaat of elke geleding daarvan, waaronder de Rechtbank Noord Nederland in de procedure met nummer LEE 16/4977 Zorg (aanhangig bij deze rechtbank, afdeling Bestuursrecht) waarbij verzoeker als partij is betrokken.

2.Overwegingen

2.1.
Ingevolge artikel 8:15 Awb e.v. kan op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten of omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
2.2.
Het wrakingsverzoek bevat niet de naam c.q. namen van de behandelende rechter(s) in de zaak, waarin verzoeker de rechter(s) wraakt. Daaruit leidt de rechtbank af dat verzoeker kennelijk beoogt alle rechters te wraken die mogelijkerwijs die zaak gaan behandelen. Dat is niet mogelijk, gelet op het arrest van de Hoge Raad van 18 december 1998 (NJ 1999/271).
2.3.
Omdat verzoeker voorts geen concrete feiten of omstandigheden aanvoert waaruit blijkt van vooringenomenheid van de rechter(s) in de procedure met zaaknummer LEE 16/4977, dient het wrakingsverzoek kennelijk niet-ontvankelijk te worden verklaard. Een mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek kan daarom achterwege blijven.

3.Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het verzoek niet-ontvankelijk;
- bepaalt dat de procedure met zaaknummer LEE 16/4977 wordt voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek tot wraking;
- beveelt de onverwijlde mededeling van deze beslissing aan verzoeker en aan de Belastingdienst.
Deze beslissing is gegeven door mrs. E.M. Visser, voorzitter, P. Molema en
M.A.B. Faber-Siermann, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier en in het openbaar uitgesproken op 27 maart 2017.
typ: 492