Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
2.De feiten
staan op beiden naam dus zijn we beiden verantwoordelijk.’
van de Rabobank zal een positief advies geven.’
3.De vorderingen
4.Het geschil en de beoordeling daarvan
desgevraagd ter zitting aangegeven dat zij de door haar voorgestelde makelaar nog niet om een inschatting van de mogelijke afloop van het verkooptraject heeft gevraagd. Ook is niet gesteld of gebleken dat onlangs een soortgelijke woning in Marrum voor een hoger bedrag is verkocht. Het verweer van [B] dat [A] met de koper ‘onder een hoedje’ zou spelen en dat de makelaar zijn taak niet naar behoren zou hebben uitgevoerd, is - gelet op de betwisting van de stellingen door [A] - niet aannemelijk geworden. Het verweer dat met een verkoopprijs van € 145.000,00 niet gegarandeerd kan worden dat partijen met succes een beroep kunnen doen op de NHG en dat de verkoopprijs daarom om een bedrag van minimaal € 155.000,00 gesteld moet worden, treft naar het oordeel van de voorzieningenrechter evenmin doel. Deze garantie kan namelijk ook niet gegeven worden bij een verkoopprijs van € 155.000,00.