ECLI:NL:RBNNE:2016:4961
Rechtbank Noord-Nederland
- Bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Kennisneming van politiegegevens en de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit
In deze zaak heeft eiser op 8 augustus 2015 verzocht om kennisneming van politiegegevens die over hem zijn verwerkt. Verweerder, de korpschef van politie, heeft dit verzoek gedeeltelijk gehonoreerd bij besluit van 28 augustus 2015. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 4 februari 2016 is eiser verschenen, terwijl verweerder zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde en een andere vertegenwoordiger. De rechtbank heeft het onderzoek heropend na aanvullende informatie van verweerder en heeft meerdere brieven uitgewisseld met partijen over de verwerking van de politiegegevens. De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder het verzoek van eiser heeft aangemerkt als een verzoek op basis van artikel 25 van de Wet politiegegevens (Wpg). Eiser heeft betoogd dat hij inzage wil in alle geregistreerde stukken, maar verweerder heeft aangegeven dat hij op zorgvuldige wijze uitvoering heeft gegeven aan het kennisnemingsverzoek. De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat het bestreden besluit vernietigd moet worden, maar dat de rechtsgevolgen van dit besluit in stand blijven, omdat verweerder in de beroepsfase alsnog alle relevante documenten aan eiser heeft verstrekt. De rechtbank heeft bepaald dat verweerder het griffierecht aan eiser moet vergoeden en heeft de proceskosten in beroep toegewezen.