Op 25 april 2016 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen eisers, wonende te Wijster, en het college van burgemeester en wethouders van Midden-Drenthe. De zaak betreft een beroep tegen een besluit van 1 juni 2015, waarbij aan Noblesse Proteins b.v. een omgevingsvergunning is verleend voor het oprichten en veranderen van een inrichting voor het verwerken van dierlijke bijproducten. Eisers betogen dat verweerder ten onrechte geen revisievergunning heeft verlangd, omdat er volgens hen sprake is van een onoverzichtelijke vergunningenstructuur en een overbelaste geur situatie. De rechtbank overweegt dat de vergunninghouder al een milieuvergunning heeft en dat de wijzigingen die zijn aangevraagd niet zodanig zijn dat er een wezenlijk andere inrichting ontstaat. De rechtbank concludeert dat er geen onduidelijke vergunningensituatie is en dat de geurvoorschriften ongewijzigd blijven. De rechtbank oordeelt dat de eisers niet hebben aangetoond dat een milieueffectrapportage noodzakelijk is en verklaart het beroep ongegrond. De uitspraak is gedaan door mr. H.J. Bastin en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van griffier mr. A.M. Veenstra.