een ambtsedig proces-verbaal, nummer PL02FW-2014018259-5, d.d. 12 maart 2014 opgemaakt in wettelijke vorm door een daartoe bevoegde opsporingsambtenaar, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van [verbalisant] :
Op 4 maart 2014 bekeek ik vluchtig de beelden van de bewakingscamera van de geldautomaten van de Rabobank te [pleegplaats] en zag dat [medeverdachte 1] samen met twee andere personen betrokken was, ofwe1 samen alsook afzonderlijk, voor alle geldopnames bij de Rabobank in [pleegplaats] . Op 5 maart 2014 verscheen [getuige 1] , de moeder van [medeverdachte 1] , samen met haar andere zoon [getuige 2] . Ik toonde hen de beelden. Zij herkende haar zoon op de beelden en ook herkende ze [medeverdachte 2] . Haar zoon [getuige 2] herkende op de beelden zijn broer [medeverdachte 1] . Tevens herkende hij beide andere jongens. Het ging om [medeverdachte 2] en [verdachte] . [getuige 1] overhandigde mij een bankafschrift van de rekening van haar zoon. Ik zag dat op 13/02/2014 en 14/02/2014 twee keer een geldbedrag op de rekening was gestort en dat drie keer geld was opgenomen bij een geldautomaat, waarvan twee keer bij de geldautomaat van de Rabobank aan [straatnaam] te [plaats] . Op 10 maart 2014 bekeek ik uitgebreid de van de Rabobank ontvangen bewakingsbeelden van de geldautomaat van de Rabobank te [pleegplaats] . Ik zag dat die beelden waren voorzien van datum en tijdsaanduiding. Verder zag ik dat onder de beelden een bericht meeliep in verband met de geldopnames (hierna: de meelopende regel). Op die beelden zag ik het volgende:
03/02/2014 tussen 17:58 uur en 18:01 uur: [medeverdachte 1] pint tot tweemaal toe een geldbedrag te weten 20 euro en 40 euro. Bij hem zijn [medeverdachte 2] en [verdachte] . [gebruikersnaam] zit op zijn fiets en [medeverdachte 2] verricht ook handelingen bij de geldautomaat. Ook zie ik op die beelden dat [medeverdachte 1] geld afgeeft aan [medeverdachte 2] . Op de meelopende regel zie ik naast de genoemde bedragen dat de transacties respectievelijk die dag beginnen om 17:00:01 uur en 17:01:00 uur en dat het beide keren bankrekening [rekeningnummer] betreft.
06/02/2014 tussen 15:18 uur en 15:20 uur: [verdachte] pint een bedrag van 60 euro. Op de meelopende regel zie ik naast het genoemde bedrag dat de transactie die dag begint om 14:20:13 uur en dat het bankrekening [rekeningnummer] betreft.
07/02/2014 tussen 16:47 uur en 16:50 uur: [medeverdachte 2] pint een bedrag van 80 euro. [gebruikersnaam] staat naast hem. Op de meelopende regel zie ik naast het genoemde bedrag dat de transactie die dag begint om 15:49:32 uur en dat het bankrekening [rekeningnummer] betreft.
08/02/2014 tussen 23:22 uur en 23:27 uur: [medeverdachte 1] pint bij geldautomaat 4, 20 euro en bij de daarnaast gelegen geldautomaat 5, 40 euro. Op de meelopende regel zie ik naast het genoemde geldbedrag dat de transacties die dag beginnen om 22:27:43 uur en dat het bankrekening [rekeningnummer] betreft.
09/02/2014 tussen 14:58 uur en 15:01 uur: [verdachte] pint bij de geldautomaat een bedrag van 130 euro. Op de meelopende regel zie ik naast het genoemde geldbedrag dat de transactie die dag begint om 14:14:00 uur en dat het bankrekening [rekeningnummer] betreft.
Op vordering van de officier van justitie stelde de Rabobank aan mij de beelden van de bewakingscamera van de Rabobank, [straatnaam] te [plaats] van twee geldopnames op 11 maart 2014 ter beschikking. Op 11 maart 2014 bekeek ik deze beelden. Ik zag dat die beelden waren voorzien van datum en tijdsaanduiding. Op die beelden zag ik het volgende:
13/02/2014 tussen 14:41 uur en 14:43 uur: [verdachte] pleegt handelingen bij de geldautomaat.
Uit het bankafschrift van de rekening [rekeningnummer] blijkt dat op 13/02/2014 te 14.40 uur 50 euro is gepind.
14/02/2014 tussen 11:52 uur en 11:54 uur: [verdachte] pleegt handelingen bij de geldautomaat.
Uit bet bankafschrift van de rekening [rekeningnummer] blijkt dat op 14/02/2014 te 11.51 uur 30 euro is gepind.