ECLI:NL:RBNNE:2015:4616
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot verklaring voor recht inzake effectenleaseovereenkomst tussen Dexia Nederland B.V. en gedaagde
In deze zaak vorderde Dexia Nederland B.V. een verklaring voor recht dat zij aan haar verplichtingen jegens de gedaagde heeft voldaan met betrekking tot een effectenleaseovereenkomst. De gedaagde had eerder een 'opt-out'-verklaring ingediend met betrekking tot de Duisenberg-regeling, waardoor hij niet gebonden was aan deze regeling. Dexia stelde dat de gedaagde voldoende tijd en gelegenheid had gehad om zijn vorderingen kenbaar te maken, maar dat hij dit niet had gedaan. De kantonrechter oordeelde dat Dexia een redelijk belang had bij haar vordering, maar dat de gedaagde niet onevenredig in zijn belangen werd geschaad door het instellen van de vordering. De kantonrechter concludeerde dat Dexia niet kon aantonen dat zij aan al haar verplichtingen had voldaan, en dat de gedaagde de mogelijkheid had om verdere ontwikkelingen in de rechtspraak af te wachten. Uiteindelijk werd de vordering van Dexia afgewezen en werd Dexia veroordeeld in de proceskosten.