ECLI:NL:RBNNE:2015:3322

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
8 juli 2015
Publicatiedatum
8 juli 2015
Zaaknummer
C/17/142316 / KG ZA 15-155
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering nakoming gebruiksovereenkomst en executie van verbeurde dwangsommen tussen Healthclub Leeuwarden II B.V. en Tenniscentrum De Molen

In deze zaak heeft de besloten vennootschap Healthclub Leeuwarden II B.V. het Tenniscentrum De Molen en twee gedaagden in kort geding gedagvaard. De Healthclub vorderde nakoming van een gebruiksovereenkomst die op 3 februari 2009 was gesloten, waarin afspraken waren gemaakt over het gebruik van tennisbanen. De Healthclub stelde dat het Tenniscentrum de afspraken niet nakwam, wat leidde tot het verbeuren van dwangsommen. De mondelinge behandeling vond plaats op 24 juni 2015, waarbij beide partijen hun standpunten toelichtten. De voorzieningenrechter oordeelde dat de Healthclub niet aannemelijk had gemaakt dat zij een spoedeisend belang had bij de gevorderde voorzieningen. De vorderingen van de Healthclub werden afgewezen, en zij werd veroordeeld in de proceskosten. In reconventie werd de Healthclub opgedragen de executie van het kg-vonnis te staken en werd een dwangsom opgelegd voor iedere dag dat zij dit gebod overtrad. De voorzieningenrechter oordeelde dat de Healthclub niet had aangetoond dat het Tenniscentrum de gebruiksovereenkomst had geschonden, en de vorderingen in reconventie werden toegewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaaknummer / rolnummer: C/17/142316 / KG ZA 15-155
Vonnis in kort geding van 8 juli 2015
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HEALTHCLUB LEEUWARDEN II B.V.,
gevestigd te Dordrecht,
eiseres in conventie, verweerster in reconventie,
advocaat mr. K.J.T. Boersma, kantoorhoudende te Tiel,
tegen

1.de vennootschap onder firma TENNISCENTRUM DE MOLEN,

gevestigd te Leeuwarden,
2.
[gedaagde 2],
wonende te [woonplaats 2],
3.
[gedaagde 3],
wonende te [woonplaats 3],
gedaagden in conventie, eisers in reconventie,
advocaat mr. B. Korvemaker, kantoorhoudende te Leeuwarden.
Partijen zullen hierna de Healthclub, het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en [gedaagde 3] worden genoemd. Gezamenlijk zullen gedaagden in conventie, eisers in reconventie worden aangeduid als het Tenniscentrum c.s.

1.De procedure

1.1
De Healthclub heeft het Tenniscentrum c.s. op 16 juni 2015 in kort geding gedagvaard tegen de openbare terechtzitting op 24 juni 2015.
1.2
Op 22 juni 2015 heeft het Tenniscentrum c.s. een vordering in reconventie ingesteld.
1.3
Op 23 juni 2015 heeft de Healthclub haar vordering gewijzigd en vermeerderd.
1.4
De mondelinge behandeling van het kort geding heeft plaatsgevonden op
24 juni 2015, gelijktijdig met het kort geding van het Tenniscentrum tegen de Healthclub (zaaknummer / rolnummer: C/17/141905 / KG ZA 15-129). Zijdens de Healthclub is verschenen [aandeelhouder] (hierna verder te noemen: [aandeelhouder]), de aandeelhouder van de Healthclub, bijgestaan door mr. Boersma voornoemd. Zijdens het Tenniscentrum zijn verschenen [gedaagde 2] en [gedaagde 3], bijgestaan door mr. Korvemaker voornoemd en
[juridisch adviseur] (hierna verder te noemen: [juridisch adviseur]), juridisch adviseur van het Tenniscentrum c.s. Bij deze gelegenheid, waarbij het Tenniscentrum c.s. haar eis in reconventie heeft vermeerderd, hebben partijen aan de hand van pleitaantekeningen hun standpunten nader toegelicht. De griffier heeft van het verhandelde ter zitting aantekeningen gemaakt.
1.5
Vervolgens is het vonnis bepaald op heden.

2.De feiten in conventie en in reconventie

2.1
Het Tenniscentrum en de Healthclub exploiteren een tenniscomplex respectievelijk een fitnesscentrum op aangrenzende percelen aan het Kalverdijkje te Leeuwarden. De Healthclub heeft leden. Tennisvereniging De Molen (hierna verder te noemen: de Tennisvereniging) huurt ten behoeve van haar leden tennisbanen van het Tenniscentrum.
2.2
Voorafgaand aan de realisatie van het tenniscomplex en het fitnesscentrum hebben partijen gesproken over een mogelijke samenwerking, vanuit de gedachte om te komen tot een zekere 'kruisbestuiving' tussen het Tenniscentrum en de Healthclub. Partijen hebben daarbij voor ogen gehad dat gebruikers van de fitnessvoorzieningen van de Healthclub (ook) gaan tennissen en dat tennissers (ook) gebruik gaan maken van de fitnessvoorzieningen van de Healthclub, zodat een 'win-winsituatie' ontstaat.
2.3
Op 3 februari 2009 hebben partijen een gebruiksovereenkomst gesloten. In deze overeenkomst, waarin de Healthclub is aangeduid als 'partij 1' en het Tenniscentrum c.s. als 'partij 2', is -voor zover hier van belang- het volgende bepaald:
"
GEBRUIKSOVEREENKOMST
(….):
1. Partij 1, dan wel diens rechtsopvolgers onder algemene of bijzondere titel (daaronder hierna ook begrepen de bezoekers van de (….) healthclub, hebben het recht ten opzichte van partij 2, dan wel diens rechtsopvolgers, gebruik te maken van een aantal tennisbanen (….) en wel als volgt:
- gedurende de zomermaanden (één april tot en met dertig september) heeft partij 1 het reserveringsrecht op twee (2) buitentennisbanen. Op momenten dat op deze banen tennisles wordt gegeven, welke uitsluitend plaatsvinden tussen vier uur in de middag en zeven uur in de avond, kan partij 1 geen gebruik maken van deze banen, maar heeft zij reserveringsrechten op een overeenkomstig aantal binnenbanen. In aanvulling op dit reserveringsrecht heeft partij 1 het gebruiksrecht op twee (2) andere buitenbanen middels het afhangsysteem. Partij 1 beschikt derhalve in de zomermaanden altijd over vier (4) tennisbanen, waarvan twee (2) banen in combinatie met andere gebruikers wordt gebruikt (middels het afhangsysteem);
- gedurende de wintermaanden (één oktober tot en met éénendertig maart) heeft partij 1 het recht om twee (2) binnentennisbanen en vier (4) buitentennisbanen te gebruiken. Partij 1 beschikt derhalve in de wintermaanden altijd over zes (6) tennisbanen;
- partij 1 zal minimaal driehonderd vijfenvijftig (355) dagen per jaar gebruik mogen maken van de tennisbanen zoals hiervoor vermeld;
- partij 1 mag maximaal vijf (5) dagen per jaar alle binnenbanen gebruiken. Deze dagen zullen in vooraf onderling overleg door partijen worden vastgesteld.
Voor dit gebruik zal noch partij 1, noch de gebruikers van de door partij 1 te realiseren healthclub, een vergoeding verschuldigd zijn aan partij 2 anders dan hierna vermeld, onverminderd het recht van partijen om, ingeval sprake is van schade, schadevergoeding te eisen. Het reserveringssysteem en het afhangsysteem zoals hiervoor omschreven zijn aan partijen voldoende bekend en zullen toegepast worden op de wijze zoals deze systemen worden toegepast door de tennisvereniging die als dan gebruik maakt van de tennisbanen. Onder binnentennisbanen worden verstaan de vier (4) huidige binnenbanen en de twee (2) buitenbanen, op momenten dat deze overdekt zijn middels een ballonhal. Partij 2 streeft ernaar de twee (2) binnenbanen welke hij overeenkomstig het bovenstaande aan partij 1 ter beschikking stelt te laten zijn de huidige binnentennisbanen 1 en 2 (dit zijn de banen die het dichtst bij de te realiseren healthclub liggen), aan partijen genoegzaam bekend. Deze banen zijn thans gedurende grote delen van de dag verhuurd aan derden. De terzake lopende contracten zullen worden gecontinueerd. Bij beëindiging van een contract zullen er voor het betreffende baanuur geen nieuwe rechten aan derden worden verleend tot gebruik van deze banen, zodat alsdan partij 1 zijn recht tot gebruik van de tennisbanen als hiervoor beschreven (deels) kan uitoefenen op binnenbanen 1 en 2. Tevens zal partij 2 de tennistrainingen zo maximaal mogelijk in de ballonhal programmeren. Als alternatief voor genoemde zomermaanden kan in een latere fase worden overeengekomen dat partij 1 geen reserveringsrechten meer heeft, maar middels het afhangsysteem van alle tien (10) buitenbanen gebruik kan maken. Hiervoor dienen als dan partijen en de tennisvereniging die als dan gebruik maakt van de tennisbanen, schriftelijk hun medewerking te verlenen. Onder het recht tot gebruik van de tennisbanen zoals hiervoor beschreven is mede begrepen, tijdens de openingsuren van het tenniscentrum: het gebruik van de overige faciliteiten van het tenniscentrum die ook voor de leden van de tennisvereniging en overige bezoekers van het tenniscentrum beschikbaar zijn, zoals bij voorbeeld de oefenkooi, zitgelegenheden, sanitaire voorzieningen, de horecavoorziening en het buitenterras alsmede het gebruik van het terrein van het tenniscentrum (zowel binnen en buiten) zoals dit ook door de leden van de tennisvereniging en overige bezoekers van het tenniscentrum gebruikt mag worden, waaronder uitdrukkelijk ook begrepen het gebruik van de (….) te realiseren gang als doorgang van de healthclub naar het tenniscentrum en andersom. Partij 2 zal de tennisvereniging aan wie zij (een aantal van) de tennisbanen verhuurt op de hoogte brengen van voormelde afspraken met partij 1 betreffende het gebruik van de tennisbanen.
(….).
2. (….).
3. Voorts zal partij 1 aan partij 2 uiterlijk per een één oktober tweeduizend negen een ballonhal leveren ter overdekking van twee (2) tennisbanen. Deze ballonhal wordt eigendom van partij 2. (….).
4. Bij overtreding of toerekenbare tekortkoming in de nakoming, hierna te noemen: niet-nakoming, ten aanzien van het hiervoor onder Gebruiksovereenkomst bepaalde wordt door de overtreder respectievelijk de nalatige ten behoeve van zijn tegenpartij een terstond opvorderbare boete verbeurd van tweeduizend euro (€ 2.000,00) voor iedere overtreding of niet-nakoming en voor iedere dag of gedeelte van een dag dat de overtreding of niet-nakoming voortduurt, onverminderd het recht om schadevergoeding en/of nakoming te eisen.
5. (….)."
2.4
Bij vonnis in kort geding van 3 februari 2010 (hierna verder te noemen: het
kg-vonnis) heeft de voorzieningenrechter van de toenmalige rechtbank Leeuwarden, voor zover hier van belang, het Tenniscentrum gelast om de Healthclub alsmede haar leden met ingang van zeven dagen na betekening van dit vonnis toe te laten tot haar terrein en gebruik te laten maken van de binnen- en buitentennisbanen, conform de volgende (in rechtsoverweging 6.1 genoemde) voorwaarden:
  • gedurende de zomermaanden (1 april tot en met 30 september) heeft de Healthclub het reserveringsrecht op twee buitentennisbanen. Op momenten dat op deze banen tennisles wordt gegeven, welke uitsluitend plaatsvinden tussen 16.00 uur en 19.00 uur, kan de Healthclub geen gebruik maken van deze banen, maar heeft zij reserveringsrechten op een overeenkomstig aantal binnenbanen. In aanvulling op dit reserveringsrecht heeft de Healthclub het gebruiksrecht op 2 andere buitenbanen middels het afhangsysteem. De Healthclub beschikt derhalve in de zomermaanden altijd over vier tennisbanen, waarvan twee banen in combinatie met andere gebruikers worden gebruikt (middels het afhangsysteem);
  • gedurende de wintermaanden (1 oktober tot en met 31 maart) heeft de Healthclub het recht om vier buitentennisbanen te gebruiken (zolang er geen ballonhal is geleverd en geplaatst bestaat er geen recht op gebruik van binnentennisbanen);
  • de Healthclub zal minimaal 355 dagen per jaar gebruik mogen maken van de tennisbanen;
  • de Healthclub zal maximaal 5 dagen per jaar alle binnenbanen gebruiken;
en bepaalt dat het Tenniscentrum een dwangsom van € 2.000,00 zal verbeuren voor iedere dag dat zij voormeld gebod niet nakomt, met een maximum van € 50.000,00.
2.5
Naar aanleiding van het kg-vonnis heeft op 2 maart 2010 overleg plaatsgevonden tussen het Tenniscentrum c.s. en de Tennisvereniging. Dit overleg heeft er in geresulteerd dat het Tenniscentrum c.s. en de Tennisvereniging op 26 maart 2010 een (nadere) huurovereenkomst hebben gesloten. In deze huurovereenkomst hebben Tenniscentrum c.s. en de Tennisvereniging nadere afspraken gemaakt over het gebruik van en het aantal tennisbanen dat ter beschikking staat van (leden van) de Tennisvereniging, teneinde, zoals verwoord in de huurovereenkomst, het dreigende conflict tussen het Tenniscentrum c.s. en de Healthclub op te lossen.
2.6
In haar brief van 28 november 2014 heeft de Healthclub het Tenniscentrum c.s. meegedeeld, samengevat weergegeven, dat het Tenniscentrum c.s. in de visie van de Healthclub de afspraken over het gebruik van de tennisbanen, zoals vastgelegd in de gebruiksovereenkomst, niet nakomt en dat zij inmiddels (mede vanwege andere tekortkomingen) dwangsommen van in totaal ruim € 14.000.000,00 heeft verbeurd. In de brief, van de hand van mr. Boersma, is verder het volgende aangegeven:
"Dat bijvoorbeeld het overeengekomen aantal banen niet door u ter beschikking wordt en evenmin ter beschikking gesteld kan worden blijkt onder meer uit de mededelingen op de website van uw huurder, T.V. De Molen (de voorzieningenrechter leest: de Tennisvereniging). Hierop staat vermeld dat zij gedurende het hele jaar acht verlichte buitenbanen tot haar beschikking heeft. Dit is in strijd met de gebruiksovereenkomst die u met cliënte bent aangegaan, waarin bijvoorbeeld gedurende de wintermaanden vier tennisbanen door haar gereserveerd kunnen worden."
2.7
Overeenkomstig de mededeling in haar brief van 28 november 2014, heeft de Healthclub bij exploot van 18 december 2014 het kg-vonnis aan het Tenniscentrum betekend. Daarbij is het Tenniscentrum gesommeerd, kort gezegd, om binnen zeven dagen na 18 december 2014 te voldoen aan het kg-vonnis, op straffe van het verbeuren van (een) dwangsom(men) als omschreven in het kg-vonnis.
2.8
Op 9 en 13 maart 2015 zijn een tennisleraar/sportinstructeur van de Healthclub en diens cursisten, allen lid van de Healthclub, door (medewerkers van) het Tenniscentrum verwijderd van de tennisbanen.
Naar aanleiding van deze verwijdering heeft het Tenniscentrum c.s. de Healthclub bij e-mail van 13 maart 2015, van de hand van [juridisch adviseur] en gericht aan mr. Boersma, het volgende laten weten:
"(….). Vrij tennissen op de tennisbaan van het tenniscentrum is toegestaan, zoals dat overigens al jaren het geval is, waarbij er dient te worden gereserveerd dan wel afgehangen op de gebruikelijke wijze. Ik wijs u er echter wel op dat het verzorgen van tennislessen op het tenniscentrum is voorbehouden aan cliënten, hetgeen uw cliënte overigens zelf wel weet. Gebruik van de tennisbanen in de vorm zoals uw cliënte vanaf 1 februari 2015 kennelijk voor ogen staat, is niet toegestaan. Vandaar dat "de Instructeur van My Health Club" de toegang tot de tennisbanen is ontzegd, overigens op maatschappelijk betamelijke wijze. (….)."
2.9
Bij e-mail van 16 maart 2015 heeft [gedaagde 2] [manager] (hierna verder te noemen: [manager]), de manager van de Healthclub, het volgende meegedeeld:
"Hierbij de reservering voor 7 zaterdagen tijdens de competitie.
4 april/11 april/18 april/25 april
9 mei/16 mei/30 mei.
Op deze data worden alle banen gebruikt conform de daarover geldende afspraken. De leden van de Healthclub kunnen dan reserveren op de binnenbanen. Voor de schoenen geldt geen zwarte zolen, i.v.m. het tapijt. Voor de aansluitende zondagen heb ik ook extra banen voor jullie gereserveerd, zodat je altijd kunt beschikken over 4 banen."
2.1
Bij e-mail van 24 maart 2015 heeft [manager] [aandeelhouder] het volgende meegedeeld:
"[gedaagde 2] wil niet dat wij het reserveringssysteem krijgen. Wel gaf hij wederom aan dat reserveringen niet per se noodzakelijk is. Men kan gewoon komen en afhangen. Mochten de 2 banen vol zijn, dan mag men ergens anders tennissen. (….)."
2.11
In de brief van 26 maart 2015, van de hand van mr. Boersma, heeft de Healthclub het Tenniscentrum c.s. onder meer het volgende meegedeeld:
"Zoals al eerder is aangegeven, komt u het vonnis op diverse punten niet na. Dit betreft onder meer:
1. (….);
2. Uit de activiteitenkalender van TV de Molen blijkt dat cliënte niet 355 dagen gebruik kan maken van de buitentennisbanen;
3. cliënte heeft het reserveringsrecht op 2 buitentennisbanen, hetgeen betekent dat cliënte de reserveringen voor deze twee banen verzorgt en beheert.
(….)
Tijdens het gesprek dat de clubmanager van My Healthclub met u heeft gehad, heeft u te kennen
gegeven dat u niet toestaat dat cliënte het reserveringssysteem krijgt. Volgens u is het reserveren
van banen niet nodig, omdat de leden van My Healthclub gewoon kan komen en de banen kan
"afhangen".
Mochten de twee banen vol zijn, dan mogen de leden van My Healthclub andere banen afhangen. Het hoeft geen betoog dat u hiermee in flagrante strijd handelt met de gebruiksovereenkomst en het vonnis van de voorzieningenrechter van 3 februari 2010. Cliënte heeft het reserveringsrecht op 2 buitentennisbanen en het gebruiksrecht op twee andere banen middels het afhangsysteem. Afhangen van tennisbanen is niet hetzelfde als de reserveringsrechten van cliënte. Daarnaast worden hiermee de gebruiksmogelijkheden van cliënte ernstig beperkt. Hiermee wordt verhinderd dat vooraf banen door (leden van) My Healthclub worden gereserveerd en activiteiten worden georganiseerd. Tevens wordt door het afhangsysteem de speelduur van (leden van) My Healthclub beperkt. Cliënte wenst dat de gebruiksovereenkomst wordt nagekomen dat zij haar reserveringsrechten kan uitoefenen en zij de reserveringen van de banen verzorgt en beheert.
Ik verzoek u nogmaals dringend, en voor zover nodig sommeer ik u namens cliënte om
binnen 3
werkdagenna dagtekening van deze brief schriftelijk te bevestigen dat u cliënte in de gelegenheid stelt en daar waar nodig uw medewerking verleent aan de effectuering van de reserveringsrechten van cliënte op de buitentennisbanen 9 en 10 waarbij cliënte zelf de reserveringen verzorgt en beheert, (….)."
2.12
Bij exploot van 29 mei 2015, voor zover hier van belang, heeft de Healthclub, met verwijzing naar het kg-vonnis en de betekening hiervan, het Tenniscentrum c.s. gesommeerd om binnen twee dagen een bedrag van € 50.000,00 te voldoen, ten titel van vanaf 26 december 2014 verbeurde dwangsommen. In het exploot van 29 mei 2015 is aangegeven dat 25 dwangsomtermijnen van elk € 2.000,00 zijn verbeurd.
2.13
De Healthclub heeft onder de Tennisvereniging derdenbeslag gelegd op de huurvordering van het Tenniscentrum c.s. op de Tennisvereniging.

3.Het geschil in conventie

3.1
In de inleidende dagvaarding heeft de Healthclub haar vorderingen genummerd
I tot en met VII. De voorzieningenrechter zal deze nummering, onder meer vanwege de eiswijziging en eisvermeerdering, niet hanteren en overgaan tot een eigen nummering. Daarbij zal voor de leesbaarheid van het vonnis worden verwezen naar de oorspronkelijke, door de Healthclub gehanteerde, nummering.
3.2
Na wijziging en vermeerdering van eis vordert de Healthclub dat:
I. het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en [gedaagde 3] hoofdelijk, des de een voldaan hebbende de ander zij bevrijd, zal worden gelast:
a. de Healthclub en haar bezoekers met ingang van vijf dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis toe te laten tot haar terrein en gebruik te laten maken van de binnen- en buitentennisbanen, conform de voorwaarden zoals bepaald onder rechtsoverweging 6.1 van het kg-vonnis, waarbij de Healthclub gedurende de zomermaanden de exclusieve reserveringsrechten heeft op de banen 9 en 10 en het gebruik in combinatie met andere gebruikers, middels het afhangsysteem, op de banen 7 en 8, en gedurende de wintermaanden het exclusieve gebruiksrecht heeft op de banen 7 tot en met 10 (vordering I inleidende dagvaarding, inclusief eiswijziging);
b. de instructeur van de Healthclub toe te laten tot haar terrein en gebruik te laten maken van de binnen- en buitentennisbanen voor het verzorgen van tennislessen aan de leden van de Healthclub, met inachtneming van de gebruiksrechten van de Healthclub op grond van het hiervoor onder I gevorderde dan wel subsidiair op grond van de gebruiksovereenkomst van 3 februari 2009 (vordering II inleidende dagvaarding);
c. binnen vijf dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis het afhangsysteem van de banen 9 en 10, althans de banen waarop de Healthclub de reserveringsrechten heeft, buiten werking te stellen (vordering III inleidende dagvaarding);
d. binnen vijf dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis de Tennisvereniging op de hoogte te brengen van de met de Healthclub gemaakte afspraken omtrent het gebruik van de tennisbanen, waaronder begrepen het onder I bedoelde kg-vonnis, alsmede van het in deze te wijzen vonnis, onder overlegging van bewijsstukken waaruit blijkt dat het Tenniscentrum c.s. hieraan heeft voldaan, met hoofdelijke veroordeling van het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en [gedaagde 3] om het nodige te doen dan wel na te laten, zodat de Healthclub haar gebruiksrechten inclusief reserveringsrechten kan effectueren (vordering IV inleidende dagvaarding);
alles op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 5.000,00, dan wel een in goede justitie te bepalen geldbedrag, voor iedere dag, een deel van een dag daaronder begrepen, en voor iedere niet-nakoming van één van de hiervoor gevorderde geboden/veroordelingen dat het Tenniscentrum c.s. hieraan niet voldoet en het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en [gedaagde 3] hoofdelijk, des de een betaald hebbende de andere zij bevrijd, te veroordelen tot betaling van de op grond hiervan verbeurde dwangsommen (vordering V inleidende dagvaarding);
II. [gedaagde 2] en [gedaagde 3] hoofdelijk worden veroordeeld, des de een voldaan hebbende de ander zij bevrijd, om, naast het Tenniscentrum, te voldoen aan het kg-vonnis, waaronder begrepen voldoening van de uit hoofde van dat vonnis verbeurde dwangsommen en verschuldigde executiekosten, een en ander te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van de dagvaarding tot aan de dag van algehele voldoening (vordering VI inleidende dagvaarding);
III. aan de Healthclub verlof wordt verleend om het in deze te wijzen vonnis ten uitvoer te leggen bij lijfsdwang en in verband daarmee [gedaagde 2] in gijzeling te doen stellen totdat is voldaan aan het onder I-a. tot en met I-d., dan wel totdat is voldaan aan het kg-vonnis, waarbij de gijzeling zal mogen plaatshebben een dag na
betekening van het ten dezen te wijzen vonnis en ten hoogste zes maanden zal duren, dan wel een andere te stellen termijn (de op 23 juni 2015 ingestelde vermeerdering van eis);
IV. het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en [gedaagde 3] hoofdelijk worden veroordeeld, des de een betaald hebbende de ander zij bevrijd, in de:
- proceskosten (vordering VII inleidende dagvaarding);
- nakosten van € 131,00 indien dit vonnis niet wordt betekend, en van € 199,00 ingeval van betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de betekeningsdatum tot aan de dag van de algehele voldoening, voor zover het Tenniscentrum niet binnen twee dagen na betekening aan het vonnis heeft voldaan (vordering VII inleidende dagvaarding);
- de kosten die verband houden met de tenuitvoerlegging van de lijfsdwang (de op 23 juni 2015 ingestelde vermeerdering van eis).
3.3
Ter onderbouwing van haar vordering stelt de Healthclub dat het Tenniscentrum c.s. haar verplichtingen uit hoofde van de gebruiksovereenkomst niet nakomt. Daarnaast is het Tenniscentrum c.s. het kg-vonnis tot op heden niet nagekomen. Ook in de betekening van het kg-vonnis en de aanzegging van dwangsommen heeft het Tenniscentrum c.s. geen aanleiding gezien om alsnog aan het kg-vonnis te voldoen. Ook de aanzegging van de executie van dwangsommen heeft niet tot een verbetering geleid. Omdat het Tenniscentrum c.s. haar verplichtingen jegens de Healthclub niet nakomt, wordt de Healthclub ernstig beperkt in haar bedrijfsvoering, aldus de Healthclub.
3.4
Het Tenniscentrum c.s. voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen, met veroordeling van de Healthclub in de proceskosten.
3.5
Op de stellingen en verweren van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.Het geschil in reconventie

4.1
Het Tenniscentrum c.s. vordert na vermeerdering van eis:
1. de Healthclub te gebieden de executie van het kg-vonnis te staken en gestaakt te houden tot het moment dat bij onherroepelijk en in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk vonnis ten gronde is geoordeeld over de verschuldigdheid van dwangsommen zijdens het Tenniscentrum c.s.;
2. het door de Healthclub onder de Tennisvereniging gelegde derdenbeslag op te heffen;
3. de Healthclub te veroordelen tot betaling aan het Tenniscentrum c.s. van een dwangsom van € 100.000,00 voor iedere dag dat de Healthclub het onder 1. bedoelde gebod overtreedt, met een maximum van € 2.000.000,00;
4. de Healthclub te veroordelen in de proceskosten.
4.2
Ter onderbouwing van haar vorderingen stelt het Tenniscentrum c.s. dat zij het
kg-vonnis gewoonweg nakomt. Voor het (verder) executeren van dit vonnis en het handhaven van het onder de Tennisvereniging gelegde derdenbeslag bestaat daarom geen aanleiding, zodat de (verdere) executie moet worden gestaakt en het derdenbeslag moet worden opgeheven.
4.3
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

5.De beoordeling in conventie en in reconventie

5.1
Bij de beoordeling van de vorderingen in conventie en in reconventie stelt de voorzieningenrechter voorop dat de aard van de procedure in kort geding geen ruimte biedt voor bewijsvoering door middel van het horen van getuigen.
in conventie
Gebruik tennisbanen (vordering I-a)
5.1
Deze vordering ziet op het gebruik door (leden van) de Healthclub van tennisbanen van het Tenniscentrum c.s. De voorzieningenrechter (van de toenmalige rechtbank Leeuwarden) heeft over een (bijna) identieke vordering vijf jaar geleden al beslist. De voorzieningenrechter verwijst naar rechtsoverweging 6.1 van het kg-vonnis. Daargelaten of de Healthclub, gelet op het voorgaande, wel een rechtens te honoreren belang heeft bij toewijzing van de vordering, is door de Healthclub niet aannemelijk gemaakt dat zij thans een concreet spoedeisend belang heeft bij een (nieuwe) beslissing op het punt van het gebruik van tennisbanen, welke beslissing - indien de vordering zou worden toegewezen - in de kern gelijk is aan de in het kg-vonnis genomen beslissing. De Healthclub heeft weliswaar aangegeven dat zij thans in haar bedrijfsvoering wordt geschaad indien zij, althans haar leden, geen gebruik kan maken van de tennisbanen overeenkomstig het vonnis, maar de voorzieningenrechter acht dit onvoldoende om een voldoende concreet spoedeisend belang aan te nemen. Daartoe overweegt de voorzieningenrechter dat sedert het kg-vonnis tot het inleiden van de onderhavige procedure door de Healthclub meer dan vijf jaar zijn verstreken. Uitgaande van de stelling van de Healthclub dat het Tenniscentrum c.s. nimmer op een juiste wijze de afspraken over het gebruik van de tennisbanen is nagekomen jegens de Healthclub, is gesteld noch gebleken dat de Healthclub hierdoor in de afgelopen vijf jaar in haar bedrijfsvoering is geschaad. Indien er evenwel van uit zou worden gegaan dat de Healthclub vanwege de tekortkomingen aan de zijde van het Tenniscentrum c.s. ernstig in haar bedrijfsvoering is geschaad, had van de Healthclub verwacht mogen worden dat zij gemotiveerd uiteen had gezet waarom nu ineens, vijf jaar na het kg-vonnis, opnieuw een beslissing genomen moet worden ten aanzien van het gebruik van tennisbanen. Een dergelijke, nadere uiteenzetting heeft de Healthclub niet gegeven. Gelet hierop stuit deze vordering reeds af op het ontbreken van een voldoende concreet, spoedeisend belang.
Toelaten sportinstructeur / verzorgen tennislessen (vordering I-b)
5.2
Ter onderbouwing van deze vordering stelt de Healthclub dat het Tenniscentrum c.s. uit hoofde van de gebruiksovereenkomst verplicht is toe te staan dat een sportinstructeur van de Healthclub tennislessen verzorgt op de tennisbanen van het Tenniscentrum c.s. en dat door op 9 en 13 maart 2015 deze sportinstructeur (en zijn cursisten) van de tennisbanen te verwijderen het Tenniscentrum c.s. heeft gehandeld in strijd met de gebruiksovereenkomst en het kg-vonnis. Het Tenniscentrum c.s. heeft gemotiveerd betwist dat zij uit hoofde van de gebruiksovereenkomst en het kg-vonnis gehouden is toe te staan dat een sportinstructeur van de Healthclub tennislessen verzorgt op de tennisbanen van het Tenniscentrum c.s. Het geven van tennislessen is voorbehouden aan tennisleraren van het Tenniscentrum en aan niemand anders, aldus het Tenniscentrum c.s.
5.3
De voorzieningenrechter overweegt dat de Healthclub niet heeft gesteld welk concreet spoedeisend belang is gediend bij toewijzing van deze vordering. Reeds hierom stuit deze vordering af. Verder overweegt de voorzieningenrechter dat de voorzieningenrechter in het kg-vonnis over het verzorgen van tennislessen door een sportinstructeur van de Healthclub geen beslissing heeft genomen. Op dit punt had de Healthclub namelijk geen vordering ingesteld. De stelling dat het wegzenden van de sportleraar en zijn cursisten in strijd is met het kg-vonnis moet dan ook worden verworpen. Of de Healthclub uit hoofde van de gebruiksovereenkomst tennislessen mag verzorgen op de tennisbanen van het Tenniscentrum c.s. betreft een kwestie van uitleg van de gebruiksovereenkomst. Nu het Tenniscentrum c.s. gemotiveerd heeft betwist dat de Healthclub contractueel gerechtigd is om tennislessen te geven op de tennisbanen van het Tenniscentrum c.s., is niet aannemelijk geworden dat de Healthclub dit recht uit hoofde van de gebruiksovereenkomst wel heeft. Bij deze stand van zaken is de vordering daarom niet toewijsbaar.
Buiten werking stellen afhangsysteem (vordering I-c)
5.4
Aan deze vordering ligt ten grondslag de stelling van de Healthclub dat de aan haar toegekende reserveringsrechten niet alleen inhouden dat twee tennisbanen voor de Healthclub beschikbaar zijn, maar tevens dat de Healthclub de reserveringen via haar eigen receptie mag beheren. Hiermee kan de Healthclub telefonische of elektronische reserveringsaanvragen van haar leden adequaat afhandelen en inplannen en ook andere activiteiten inplannen. Een en ander is allemaal niet mogelijk bij hantering van het "afhangsysteem", aldus de Healthclub.
5.5
De voorzieningenrechter overweegt dat de Healthclub ook ten aanzien van deze vordering niet heeft gesteld welk concreet spoedeisend belang is gediend bij toewijzing van deze vordering. Reeds hierom stuit deze vordering af. Verder overweegt de voorzieningenrechter dat de vraag of de toekenning van reserveringsrechten aan de Healthclub door het Tenniscentrum c.s. onder meer betekent dat de Healthclub de reserveringen van tennisbanen zelf mag beheren, via haar eigen receptie, wederom een kwestie van uitleg is van de gebruiksovereenkomst. Nu het Tenniscentrum c.s. gemotiveerd heeft betwist dat uit de toekenning van reserveringsrechten volgt dat de Healthclub de reserveringen zelf mag beheren, is niet aannemelijk geworden dat de Healthclub dit uit hoofde van de gebruiksovereenkomst wel mag, in plaats van dit te moeten overlaten aan het Tenniscentrum c.s. Bij deze stand van zaken is de vordering daarom niet toewijsbaar.
Bekendmaking afspraken ten aanzien gebruik tennisbanen (vordering I-d)
5.6
De voorzieningenrechter gaat er van uit dat de Healthclub met deze vordering de afspraken zoals neergelegd in de gebruiksovereenkomst en rechtsoverweging 6.1 van het kg-vonnis voor ogen heeft. Uit de door het Tenniscentrum c.s. overgelegde huurovereenkomst tussen het Tenniscentrum c.s. de tennisvereniging blijkt dat op
2 maart 2010, naar aanleiding van het kg-vonnis, door het Tenniscentrum c.s. en de Tennisvereniging is gesproken over de gebruikersovereenkomst tussen het Tenniscentrum c.s. en de Healthclub en over het kg-vonnis. De Tennisvereniging is door het Tenniscentrum c.s. derhalve op de hoogte gesteld van de gebruiksovereenkomst en het kg-vonnis. Het Tenniscentrum c.s. heeft dus reeds voldaan aan de vordering. De Healthclub heeft derhalve geen rechtens te honoreren belang meer bij toewijzing van deze vordering.
Vordering opleggen dwangsom in relatie tot vorderingen I-a, I-b, I-c en I-d
5.7
Gelet op voorgaande overwegingen, bestaat geen aanleiding om een dwangsom op te leggen.
Verbeurde dwangsommen (vordering II)
5.8
Aan deze vordering ligt ten grondslag de stelling van de Healthclub dat het Tenniscentrum c.s. vanaf 26 december 2014 (een week na 18 december 2014, de datum waarop het kg-vonnis is betekend) 25 keer de in het kg-vonnis genoemde dwangsom van
€ 2.000,00 (per overtreding) heeft verbeurd, in totaal dus een bedrag van € 50.000,00.
5.9
De voorzieningenrechter stelt voorop dat de vraag dient te worden beantwoord of daadwerkelijk dwangsommen zijn verbeurd, op grond van het kg-vonnis, waarbij de bewijslast rust op de executerende partij, in dit geval de Healthclub. Bij de beoordeling of vanaf 26 december 2014 (het dictum van) het kg-vonnis 25 maal is overtreden, dient in aanmerking te worden genomen dat het dictum van het kg-vonnis moet worden uitgelegd in het licht en met inachtneming van de overwegingen welke tot het kg-vonnis hebben geleid (vgl. (toenmalige) Hof Leeuwarden 21 september 2010, ECLI:NL:GHLEE:2010:BN8260)
5.1
In het licht van voormelde beoordelingsmaatstaf is de voorzieningenrechter van oordeel, daargelaten dat de Healthclub niet heeft gesteld dat zij een concreet spoedeisend belang heeft bij toewijzing van deze vordering, dat door de Healthclub niet aannemelijk is gemaakt dat het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en/of [gedaagde 3] vanaf 26 december 2014 het kg-vonnis hebben overtreden, laat staan 25 maal. De Healthclub heeft geen gegevens verstrekt waaruit dit blijkt. De Healthclub heeft gewezen op publicaties op de website van de Tennisvereniging, op de activiteitenkalender 2015 van de Tennisvereniging en op de huurovereenkomst van 26 maart 2010 tussen de Tennisvereniging en het Tenniscentrum c.s. De voorzieningenrechter begrijpt dat de Healthclub hiermee wil betogen dat het Tenniscentrum c.s vanwege haar verplichtingen jegens de Tennisvereniging en de door de Tennisvereniging ontplooide en (nog) te ontplooien activiteiten niet in staat is haar verplichtingen jegens de Healthclub uit hoofde van de gebruiksovereenkomst en uit hoofde van het kg-vonnis gestand te doen. Wat hier ook van zij, uit deze gegevens blijkt nergens dat het Tenniscentrum, [gedaagde 2] en/of [gedaagde 3]
daadwerkelijkhaar verplichtingen uit hoofde van de gebruiksovereenkomst hebben geschonden en/of het kg-vonnis niet hebben nageleefd. De vordering zal derhalve worden afgewezen.
Lijfsdwang (vordering III)
5.11
Reeds gelet op voorgaande overwegingen, bestaat geen aanleiding om ten aanzien van [gedaagde 2] lijfsdwang toe te passen of om hem in gijzeling te (doen) nemen.
Proceskosten (vordering IV)
5.12
Uit het voorgaande volgt dat deze vordering zal worden afgewezen. De Healthclub daarentegen zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten van het Tenniscentrum c.s. De kosten aan de zijde van het Tenniscentrum c.s. worden tot op heden vastgesteld op € 1.429,00 (griffierecht: € 613,00; salaris advocaat: € 816,00).
in reconventie
Vorderingen 1, 2 en 3
5.13
Deze vorderingen strekken er toe dat de Healthclub de executie van de volgens haar op grond van (de betekening van) het kg-vonnis verbeurde dwangsommen dient te staken en gestaakt dient te houden. Bij de beoordeling van deze vorderingen stelt de voorzieningenrechter voorop dat de voorzieningenrechter de executie slechts kan schorsen indien de executant geen in redelijkheid te respecteren belang heeft bij gebruikmaking van zijn bevoegdheid om tot executie over te gaan (HR 22 april 1983, NJ 1984, 145). De vraag of daadwerkelijk dwangsommen zijn verbeurd dient evenwel "vol" te worden getoetst.
5.14
Gelet op hetgeen is overwogen in rechtsoverwegingen 5.9 en 5.10 met betrekking tot de vraag of door het Tenniscentrum c.s. daadwerkelijk dwangsommen zijn verbeurd, zullen de vorderingen worden toegewezen, temeer nu de Healthclub hiertegen, los van haar stellingen ter onderbouwing van haar vorderingen in conventie, geen verweer heeft gevoerd. De voorzieningenrechter zal de gevorderde dwangsom echter matigen en maximeren als hieronder vermeld.
Proceskosten
5.14
De Healthclub zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten. De kosten aan de zijde van het Tenniscentrum c.s. worden tot op heden vastgesteld op € 816,00 (salaris advocaat).

7.De beslissing

De voorzieningenrechter:
in conventie:
7.1
wijst de vorderingen af;
7.2
veroordeelt de Healthclub in de proceskosten, aan de zijde van het
Tenniscentrum c.s. tot op heden vastgesteld op € 1.429,00;
7.3
verklaart de beslissing onder 7.2 uitvoerbaar bij voorraad;
in reconventie:
7.4
gebiedt de Healthclub de executie van het kg-vonnis te staken en gestaakt te houden tot het moment dat bij onherroepelijk en in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk vonnis ten gronde is geoordeeld over de verschuldigdheid van dwangsommen zijdens het Tenniscentrum c.s.;
7.5
veroordeelt de Healthclub tot betaling aan het Tenniscentrum c.s. van een dwangsom van € 25.000,00 voor iedere dag dat de Healthclub na betekening van dit vonnis het onder 7.4 bedoelde gebod overtreedt, met een maximum van
€ 500.000,00;
7.6
gelast dat het door de Healthclub onder de Tennisvereniging gelegde derdenbeslag wordt opgeheven;
7.7
veroordeelt de Healthclub in de proceskosten, aan de zijde van het Tenniscentrum c.s. tot op heden vastgesteld op € 816,00;
7.8
wijst het meer of anders gevorderde af;
7.9
verklaart de onder 7.4 tot en met 7.7 genomen beslissingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A. Werkema en in het openbaar uitgesproken op 8 juli 2015.
c674