ECLI:NL:RBNNE:2015:1491
Rechtbank Noord-Nederland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroepschriften in belastingzaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 19 februari 2015 uitspraak gedaan op het verzet van de opposant, [eiser], tegen de eerdere uitspraak van 27 februari 2014, waarin zijn beroepschriften tegen de Belastingdienst Noord kennelijk niet-ontvankelijk waren verklaard. De rechtbank oordeelde dat de beroepschriften niet binnen de wettelijk vereiste termijn van zes weken waren ingediend. Opposant heeft op 1 april 2014 verzet ingesteld en verzocht om uitstel van de zitting wegens ziekte, maar dit verzoek werd afgewezen omdat er geen medische verklaring was overgelegd die zijn afwezigheid kon onderbouwen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de opposant niet tijdig een verklaring van een arts heeft ingediend, ondanks herhaalde verzoeken van de griffier. De zitting vond plaats op 29 januari 2015, maar de opposant was niet verschenen. De rechtbank heeft vervolgens de inhoud van de beroepsgronden pas in overweging genomen nadat het verzet ongegrond was verklaard. De rechtbank concludeerde dat de beroepschriften te laat waren ingediend, en dat er geen grond was voor de veronderstelling dat er vertraging was opgetreden bij de postbezorging.
De rechtbank heeft het verzet ongegrond verklaard, waardoor de eerdere uitspraak in stand bleef. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden.