ECLI:NL:RBNNE:2014:6772

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
19 februari 2014
Publicatiedatum
23 januari 2015
Zaaknummer
18.730080-14
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verwijzing van een strafzaak naar een ander gerecht op basis van artikel 46b van de Wet op de rechterlijke organisatie

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Nederland op 19 februari 2014, is de verdachte, die preventief gedetineerd is, aangeklaagd voor een misdrijf jegens een medewerker van het arrondissementsparket Noord-Nederland. De officier van justitie heeft op 14 februari 2014 de zaak aangeboden aan de rechter-commissaris voor het toetsen van de inverzekeringstelling en het horen van de verdachte naar aanleiding van een vordering tot inbewaringstelling. De rechter-commissaris heeft de verdachte gehoord en een bevel tot bewaring verleend. Tijdens de behandeling van de vordering tot bewaring is gebleken dat er verdenking is gerezen tegen de verdachte.

De raadsman heeft bepleit dat de verdere behandeling van de zaak door een ander gerecht moet plaatsvinden. De officier van justitie heeft aangekondigd dat er een vordering tot gevangenhouding zal worden ingediend. Gezien de omstandigheden heeft de rechtbank besloten om toepassing te geven aan artikel 46b van de Wet op de rechterlijke organisatie, wat inhoudt dat de zaak wordt verwezen naar een ander gerecht voor verdere behandeling.

De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de zaak ter verdere behandeling te verwijzen naar de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar. Deze beslissing is genomen door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is vastgelegd door de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/730080-14
beslissing van de meervoudige kamer in de zaak van het openbaar ministerie tegen

[verdachte],

geboren op [geboortedatum],
wonende te [woonplaats],
thans preventief gedetineerd in [verblijfplaats],
advocaat mr. P. Bonthuis.
Op 14 februari 2014 heeft de officier van justitie bij de rechter-commissaris belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, de zaak tegen voornoemde verdachte aangeboden voor het toetsen van de inverzekeringstelling en het horen van verdachte naar aanleiding van de ingediende vordering tot inbewaringstelling.
De rechter-commissaris heeft op 14 februari 2014 verdachte gehoord en een bevel tot bewaring verleend.
Bij de behandeling van de vordering tot bewaring is gebleken dat de verdenking is gerezen dat verdachte een misdrijf heeft gepleegd jegens een medewerker van het arrondissementsparket Noord-Nederland. De raadsman heeft bepleit dat de verdere behandeling van de zaak zal plaatsvinden door een ander gerecht.
Door de officier van justitie van het arrondissementsparket Noord-Nederland is aangekondigd dat een vordering tot gevangenhouding wordt ingediend.
De rechtbank ziet in de hiervoor beschreven omstandigheden aanleiding toepassing te geven aan het bepaalde in artikel 46b van de wet op de Rechterlijke Organisatie en de zaak te verwijzen naar een ander gerecht voor verdere behandeling.

Beslissing

De rechtbank verwijst de hierboven genoemde zaak ter verdere behandeling naar de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar.
Deze beslissing is gegeven op 19 februari 2014 door mr. A.H.M. Dölle, voorzitter, mr. M. Brinksma en mr. Th.A. Wiersma, rechters, bijgestaan door T.L. Komrij als griffier.