Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De verzoeken en het geschil
[verweerder] werkt sinds 8 april 2002 bij [verzoeker], laatstelijk in de functie van Systeembeheerder. [verweerder] verdient een bruto maandloon van € 4.254,- exclusief vakantietoeslag. [verzoeker] wil dat de kantonrechter de arbeidsovereenkomst met [verweerder] ontbindt. [verzoeker] beschuldigt [verweerder] van dagdieverij, de aankoop van privé-abonnementen op zijn zakelijke telefoon en de aanschaf van goederen zonder toestemming van [verzoeker]. De door [verzoeker] gestelde dagdieverij bestaat eruit dat [verweerder] structureel de hele maandag afwezig is geweest, terwijl hij slechts een halve ‘bapo-dag’ (een extra verlofdag voor senioren) had. [verweerder] betwist dat hij meer betaald heeft gekregen dan hij heeft gewerkt; hij werkte soms extra op andere momenten en verder werkte hij thuis. De privé aankopen op de zakelijke telefoon berusten op een vergissing, aldus [verweerder]. Ten aanzien van de aangeschafte goederen stelt [verweerder] zich op het standpunt dat hij gerechtigd was aankopen te doen tot een bedrag van € 3.000,- per jaar en dat alle aankopen zijn gedaan ten behoeve van [verzoeker].