ECLI:NL:RBNHO:2025:5727

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
29 april 2025
Publicatiedatum
26 mei 2025
Zaaknummer
11505827 MB VERZ 25-41
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot instelling van mentorschap met benoeming van moeder en professionele mentor

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 29 april 2025 een beschikking gegeven op het verzoek tot instelling van een mentorschap voor betrokkene, die functioneert op een ontwikkelingsleeftijd van ongeveer drie jaar en lijdt aan een forse autisme spectrum stoornis. De moeder van betrokkene heeft verzocht om zowel haar als de vader tot mentor te benoemen. De kantonrechter heeft echter besloten om naast de moeder een professionele mentor te benoemen, omdat de moeder enige begeleiding en advies nodig heeft in haar rol als mentor. De vader, die wettelijk vertegenwoordiger is, heeft in het verleden een beperkte rol gespeeld in het leven van betrokkene, maar heeft samen met de moeder de wens om betrokken te blijven in de zorg voor hun kind. De kantonrechter heeft de verklaringen van een gedragsdeskundige en een bewindvoerder in overweging genomen, die beiden hebben aangegeven dat de moeder ondersteuning nodig heeft in haar omgang met betrokkene. De kantonrechter heeft uiteindelijk besloten om de moeder en A.J. Taam, h.o.d.n. Taam Mentorschap, tot mentoren te benoemen, waarbij de beloning van de professionele mentor is vastgesteld op € 660,00 exclusief btw. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Zaanstad
Zaaknummer: 11505827 MB VERZ 25-41 sc
Uitspraakdatum: 29 april 2025

Beschikking van de kantonrechter

op verzoek van:
[moeder],
geboren te [geboorteplaats], op [geboortedatum],
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: moeder,
met betrekking tot:
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats], op [geboortedatum],
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: betrokkene.

procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • het verzoekschrift met bijlagen, ter griffie ingekomen op 22 januari 2025;
  • een bereidverklaring van de voorgestelde mentoren;
  • de reactie met bijlage van [bewindvoerder], ter griffie ingekomen op 18 februari 2025.
Op 17 maart 2025 en 24 maart 2025 heeft een mondelinge behandeling van het verzoek plaatsgevonden.
Na de zitting is op 26 maart 2025 nog een bereidverklaring van de voorgedragen professionele mentor ontvangen.

beoordeling

Het verzoek strekt tot instelling van een mentorschap ten behoeve van betrokkene. Betrokkene functioneert op een ontwikkelingsleeftijd van ongeveer drie jaar en hij heeft een forse autisme spectrum stoornis. Hij woont in een 24/7 begeleid wonen locatie van de Prinsenstichting.
Gelet op de stukken acht de kantonrechter het voldoende aannemelijk dat betrokkene als gevolg van zijn geestelijke of lichamelijke toestand tijdelijk of duurzaam niet in staat is of bemoeilijkt wordt ten volle zijn belangen van niet-vermogensrechtelijke aard zelf waar te nemen.
De kantonrechter dient vervolgens een beslissing te nemen wie tot mentor dient te worden benoemd. Ingevolge artikel 1:452 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) benoemt de rechter die het mentorschap instelt bij de instelling daarvan of zo spoedig mogelijk daarna een mentor. Hij vormt zich een oordeel over de geschiktheid van de te benoemen persoon.
In zijn overweging betrekt de kantonrechter de verklaring van [gedragsdeskundige], gedragsdeskundige bij de Prinsenstichting, die [bewindvoerder] als bijlage bij haar mail heeft gevoegd. [gedragsdeskundige] verklaart dat moeder betrokken is bij betrokkene. Moeder verzorgt betrokkene liefdevol maar zij kan betrokkene behoorlijk overschatten. Moeder overziet oorzaak en gevolg niet voor betrokkene en kan hem voorzien van informatie die niet geschikt is voor het ontwikkelingsniveau en draagkracht van betrokkene. Vanuit de woning van betrokkene is meermaals psycho-educatie aangereikt aan moeder en haar familie. Dit heeft tot op heden nog niet geleid tot een adequate bejegening van betrokkene, waardoor er nu tijdens haar omgang met betrokkene thuisbegeleiding aanwezig is. Moeder wordt geholpen in het houden van structuur voor betrokkene en het kaderen van zijn rigide autistische gedrag en agressie jegens haar en anderen in haar omgeving.
De vader is naast de moeder wettelijk vertegenwoordiger en heeft samen met moeder de wens om deze rol voort te zetten in een mentorschap. Vader is in het verleden beperkt in beeld geweest voor betrokkene. Op dit moment haalt vader betrokkene zo nu en dan op van de woning.
[gedragsdeskundige] benadrukt dat zij met deze informatie inzicht wil geven in de huidige situatie, maar hiermee geenszins een oordeel wil geven over het wel of niet benoemen van de ouders tot mentoren omdat dat niet aan haar is.
In zijn overweging betrekt de kantonrechter ook de verklaring van [bewindvoerder], zijnde de bewindvoerder van betrokkene. [bewindvoerder] verklaart dat moeder zeggenschap wil houden over de zorg van betrokkene en dat zij zich zorgen maakt dat, als zij zelf geen mentor is, een eventuele professionele mentor haar weg zou kunnen houden bij betrokkene, wanneer hij bijvoorbeeld opgenomen zou moeten worden in een ziekenhuis.
De kantonrechter ziet dat moeder en ook vader een belangrijke rol spelen in het leven van betrokkene. Als ouders van betrokkene is ook van belang dat zij in een positie zijn om mee te denken en praten over de zorg voor betrokkene. Anderzijds is ook gebleken dat moeder tenminste enige begeleiding bij haar contacten met betrokkene behoeft. Moeder heeft al thuisbegeleiding, maar in haar rol als mentor zou zij naar de inschatting van de kantonrechter ook enige sturing en advies nodig kunnen hebben. Gelet op al deze omstandigheden, en ook gelet op de door moeder gevoelde zorgen zoals weergegeven door [bewindvoerder], heeft de kantonrechter ter zitting zijn voornemen besproken met moeder en vader om in het belang van betrokkene en met het oog op behoud van de goede onderlinge relaties tussen moeder, vader, betrokkene en de Prinsenstichting, naast moeder en in plaats van vader een professionele mentor te benoemen. Deze professionele mentor kan vanuit zijn deskundigheid de ouders helpen bij het uitvoeren van de mentortaken. Dat niet zowel vader als moeder als mentor kunnen worden benoemd naast een professionele mentor, is gelegen in het feit dat niet meer dan twee mentoren kunnen worden benoemd. Mede vanwege de overwegend positieve reacties van vader en moeder op dit voornemen zal de kantonrechter overeenkomstig beslissen.
De griffier heeft A.J. Taam, h.o.d.n. Taam Mentorschap, bereid gevonden om een benoeming tot mentor te aanvaarden. De kantonrechter zal daarom moeder en A.J. Taam, h.o.d.n. Taam Mentorschap, tot mentoren benoemen.
De kantonrechter zal de jaarbeloning van de te benoemen professionele mentor, inclusief onkostenvergoeding en exclusief omzetbelasting voor zover van toepassing, vaststellen overeenkomstig artikel 4 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren.
De kantonrechter zal de beloning van de te benoemen professionele mentor voor de aanvangswerkzaamheden vaststellen op een bedrag van € 660,00 (exclusief btw).

beslissing

De kantonrechter:
- stelt een mentorschap in ten behoeve van de hiervoor genoemde
[betrokkene];
- benoemt tot mentoren, zowel tezamen als ieder afzonderlijk bevoegd:
de hiervoor genoemde [moeder] en A.J. Taam, h.o.d.n.
Taam Mentorschap, Kvkno. 37137748, postbus 6, 1733 ZG Nieuwe Niedorp;
  • stelt de jaarbeloning van de professionele mentor vast overeenkomstig artikel 4 lid 2 sub a van de Regeling beloning curatoren, bewindvoerders en mentoren;
  • stelt de beloning van de mentor voor de aanvangswerkzaamheden vast op een bedrag van € 660,00 (exclusief btw);
  • verklaart de beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.P. de Valk, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak (dit dient te geschieden door een advocaat). MBB06