Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de dagvaarding van 1 oktober 2024,
- de conclusie van antwoord van 5 december 2024,
- het tussenvonnis van 19 december 2024,
- de akte houdende overlegging producties van 15 april 2025,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 18 april 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt, en de pleitaantekeningen van [eiser] .
3.De feiten
4.Het geschil
€ 19.950,00, buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke rente en proceskosten en ook vergoeding van de kosten die te maken hebben met het bezit van de auto. Ten slot vordert [eiser] een veroordeling tot vrijwaring van de auto. [eiser] legt aan de vordering ten grondslag dat de auto niet beantwoordt aan de koopovereenkomst en daarmee non-conform is.