Op 22 januari 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, een tussenvonnis uitgesproken in de zaak tussen Capaccs Invest B.V. en Ladies Night Nederland B.V. De eisende partij, Capaccs Invest B.V., heeft de gedaagde partij, Ladies Night Nederland B.V., gedagvaard, maar de gedaagde partij is niet verschenen, waardoor verstek is verleend. De eisende partij vordert betaling van € 49,99 aan hoofdsom, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten, wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vordering is gebaseerd op een overeenkomst tussen een handelaar en een consument, gesloten buiten de verkoopruimte, en dat de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek betreffende informatieplichten niet van toepassing zijn, aangezien het bedrag onder de € 50,00 ligt.
De kantonrechter heeft ambtshalve de algemene voorwaarden van Ladies Night Nederland B.V. getoetst op mogelijke oneerlijke bedingen. Volgens de Richtlijn 93/13/EEG is een beding oneerlijk als het het evenwicht tussen de rechten en verplichtingen van partijen aanzienlijk verstoort ten nadele van de consument. De kantonrechter heeft vastgesteld dat artikel 5.6 van de algemene voorwaarden, dat een afwijking van dwingendrechtelijke bepalingen inhoudt, oneerlijk is. Dit beding biedt de eisende partij de mogelijkheid om incassokosten in rekening te brengen zonder de wettelijke termijn in acht te nemen, wat in strijd is met de wet. De kantonrechter is voornemens dit beding te vernietigen en de gevorderde incassokosten af te wijzen.
De eisende partij is in de gelegenheid gesteld om zich bij akte uit te laten over het oordeel van de kantonrechter omtrent de oneerlijkheid van het beding. De zaak is aangehouden voor verdere beslissing, waarbij de kantonrechter heeft aangegeven dat als de eisende partij niet of niet volledig aan de opdracht voldoet, er gevolgen zullen zijn volgens de relevante artikelen van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.