ECLI:NL:RBNHO:2025:11883

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 oktober 2025
Publicatiedatum
16 oktober 2025
Zaaknummer
C/15/368008 FT RK 25/561
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Rekestprocedure
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot instemming met minnelijke schuldregeling door schuldeiser Qredits

In deze zaak heeft de schuldenaar een minnelijke schuldregeling aangeboden aan zijn schuldeisers, waaronder Qredits. Qredits heeft echter geweigerd om in te stemmen met deze regeling, omdat dit zou betekenen dat hun vordering op de borg zou vervallen. De schuldenaar verzoekt de rechtbank om Qredits te dwingen in te stemmen met de regeling. De rechtbank heeft het verzoek afgewezen, omdat Qredits een aanzienlijk deel van de totale schuldenlast vertegenwoordigt en de borgstelling vervalt bij instemming met het akkoord. De rechtbank overweegt dat een schuldeiser recht heeft op betaling en dat er in dit geval geen bijzondere omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat Qredits gedwongen wordt om in te stemmen. De rechtbank heeft ook gekeken naar de belangen van alle schuldeisers en de mogelijkheid van een betere uitkomst via de wettelijke schuldsanering. Uiteindelijk concludeert de rechtbank dat Qredits niet onredelijk heeft gehandeld door niet akkoord te gaan met de schuldregeling.

Uitspraak

VONNIS AFWIJZING DWANGAKKOORD

RECHTBANK NOORD-HOLLAND
zittingsplaats: Alkmaar
afdeling: handel, kanton en insolventie
zaaknummer: C/15/368008 FT RK 25/561
naam rechter: mr. M.P. de Valk
uitspraakdatum: 16 oktober 2025
in de zaak van: [schuldenaar] (hierna: schuldenaar)
geboren op: [geboortedatum] 1984 te [plaats 1]
wonende te: [plaats 2]
tegen
schuldeiser: Stichting Qredits Microfinanciering
gevestigd te: Almelo
hierna te noemen: Qredits
gemachtigde: Te-Recht Gerechtsdeurwaarders & Incasso B.V.

1.Samenvatting

Schuldenaar heeft een minnelijke schuldregeling aan zijn schuldeisers aangeboden. Qredits weigert mee te werken aan die schuldregeling. Schuldenaar wil dat de rechtbank Qredits beveelt toch in te stemmen met de schuldregeling.

2.Beslissing van de rechtbank

De rechtbank wijst het verzoek om Qredits in te laten stemmen met de aangeboden schuldregeling af.

3.Gevolgen voor schuldenaar

Qredits hoeft niet mee te werken aan de uitvoering van de aangeboden minnelijke schuldregeling.

4.Redenen voor deze beslissing

+

4.1.
Argumenten van schuldenaar
  • Schuldenaar heeft een totale schuldenlast van € 79.630,01. De schuld aan Qredits is € 20.365,64, en dat is 25,58% van de totale schuldenlast. Schuldenaar heeft aangeboden schuldeisers zonder voorrang 15,64% van hun vordering te betalen en schuldeisers met voorrang 31,29% van hun vordering.
  • Schuldenaar heeft belang bij de aangeboden schuldregeling omdat hij op die manier van zijn schulden verlost.
 De andere schuldeisers hebben belang bij de aangeboden schuldregeling omdat deze voor hen tot een beter resultaat leidt dan toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling (wsnp).
4.2.
Argumenten van de weigerende schuldeiser
 Qredits heeft schuldenaar een microkrediet verstrekt waarvoor zijn ex-partner zich borg heeft gesteld tot een bedrag van € 12.500,-. Als Qredits instemt met het minnelijk schuldhulpvoorstel vervalt hun vordering op de borg. Met het aangeboden percentage van 15,64% krijgt Qredits slechts € 3.185,83 van haar vordering terwijl de opbrengst via het beslag op de borg tot een aanzienlijk beter resultaat leidt. Dit is derhalve een zwaarwegend belang om niet akkoord te gaan. Bij toelating tot de wsnp blijft de borgstelling immers wel behouden.
4.3.
Afweging van de argumenten van partijen door de rechtbank
  • Een schuldeiser heeft recht op betaling. De rechtbank kan daarom alleen in bijzondere gevallen een schuldeiser dwingen om in te stemmen met een schuldregeling. De rechtbank moet daarbij rekening houden met de belangen van schuldenaar en alle schuldeisers.
  • De rechtbank let bij haar beoordeling op het volgende:
  • De rechtbank is van oordeel dat hier geen sprake is van een bijzonder geval. Qredits hoeft niet mee te werken aan de aangeboden schuldregeling. Daarbij is allereerst van belang dat de vordering van Qredits met 25,58% een aanzienlijk deel van de totale schuldenlast bedraagt en dat deze schuldeiser dus een relatieve zware stem heeft bij de akkoordstemming. Daarnaast is van belang dat voor de verstrekte lening een borg is gesteld. Deze borgstelling vervalt, op grond van artikel 6:160 lid 1 Burgerlijk Wetboek, als Qredits akkoord gaat met het akkoord. Op een buitengerechtelijk akkoord zijn namelijk de gewone regels van het verbintenissenrecht van toepassing. In een faillissement of bij toepassing van de wettelijke schuldsanering is dat anders. Dan blijft op grond van artikel 300 Faillissementswet de borgstelling wel in stand (vanwege een resterende natuurlijke verbintenis). Gezien de borgstelling bestaat de kans dat Qredits uiteindelijk haar gehele vordering terugbetaald zal krijgen in plaats van 15,64% zoals onder het akkoord is aangeboden. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet onredelijk is dat Qredits heeft geweigerd met het akkoord in te stemmen.

5.Stukken waarop deze beslissing is gebaseerd

  • verzoekschrift van schuldenaar met bijlagen;
  • verweerschrift van Qredits;
  • aantekeningen van de zitting van 07 oktober 2025, waarbij aanwezig waren schuldenaar en mevr. L. Wever namens gemeente Hollands Kroon, schuldhulpverlener.

6.Mogelijkheden om deze beslissing aan te vechten

Schuldenaar heeft ook een verzoek gedaan om te worden toegelaten tot de schuldsaneringsregeling (wsnp). De rechtbank wijst dit verzoek toe in een aparte uitspraak. Schuldenaar kan daarom deze uitspraak niet aanvechten.
De griffier De rechter