Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
Omdat de vorderingen in de hoofdzaak worden afgewezen, komt de grondslag te ontvallen aan de vorderingen die [gedaagde in hoofdzaak/eiser in vrijwaring] heeft ingesteld in de vrijwaringszaak tegen [gedaagde in vrijwaring] . Die vorderingen worden daarom ook afgewezen.
1.De procedures
- de conclusie van antwoord in het vrijwaringsincident;
producties 6-13;
6 augustus 2025 hebben partijen in de hoofdzaak de rechtbank verzocht vonnis te wijzen.
2.De feiten
“Partijen verplichten zich naar evenredigheid van hun inkomen bij te dragen in de kosten van de gemeenschappelijke huishouding. (…)”
3.Het geschil
4.De beoordeling
Verder heeft [gedaagde in hoofdzaak/eiser in vrijwaring] gemotiveerd betwist dat hij jarenlang privé-uitgaven ten laste van Oranjelaan heeft gedaan. Gelet op deze betwisting lag het op de weg van Oranjelaan haar geldvordering nader te onderbouwen. Dat heeft zij niet gedaan. Naar het oordeel van de rechtbank is daarom niet komen vast te staan dat [gedaagde in hoofdzaak/eiser in vrijwaring] ten laste van Oranjelaan de opgevoerde privé-uitgaven heeft gedaan of (via [gedaagde in vrijwaring] ) heeft laten doen, en daarmee onrechtmatig jegens Oranjelaan heeft gehandeld.