ECLI:NL:RBNHO:2024:900
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Schorsing van sluitingsbesluit van autobedrijf wegens onvoldoende onderbouwing van noodzaak en proportionaliteit
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van een autobedrijf behandeld. Het betreft een besluit van de burgemeester van de gemeente Haarlemmermeer om het autobedrijf voor de duur van zes maanden te sluiten, omdat er op het terrein onderdelen van een gestolen auto zijn aangetroffen. De voorzieningenrechter oordeelt dat de burgemeester onvoldoende heeft onderbouwd dat de sluiting noodzakelijk, proportioneel en evenredig is. De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe en schorst het besluit van de burgemeester tot zes weken na de beslissing op bezwaar.
De zaak begint met een last van de burgemeester aan het autobedrijf, dat op 12 december 2023 is opgelegd. De burgemeester heeft aangegeven dat bestuursdwang zal worden toegepast als het bedrijf niet aan het bevel voldoet. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 31 januari 2024 behandeld, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig waren. De voorzieningenrechter concludeert dat de burgemeester weliswaar bevoegd was om de sluiting te bevelen, maar dat de motivering voor deze maatregel niet voldoende is. Er zijn geen aanwijzingen dat het autobedrijf bekend staat als een locatie voor de handel in gestolen goederen, en de voorzieningenrechter wijst op het lange bestaan van het bedrijf zonder eerdere incidenten.
De voorzieningenrechter schorst het besluit van de burgemeester en bepaalt dat het autobedrijf open mag blijven tot zes weken na de beslissing op bezwaar. Tevens wordt de burgemeester veroordeeld tot betaling van het griffierecht en de proceskosten aan de verzoekster. De uitspraak is gedaan door mr. E.J. van Keken en is openbaar uitgesproken op 2 februari 2024.