Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig, daarmede
rijdende over de weg, de Bennebroekerweg ter hoogte van de kruising met de
Nelson Mandeladreef, zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten
verkeersongeval heeft plaatsgevonden door zeer, althans aanmerkelijk,
onvoorzichtig en/of onoplettend,
- op weg te keren en/of
- daarbij de verplichte rijrichting (aangegeven op het wegdek) en/of haaientanden
te negeren en/of
- geen voorrang te verlenen aan een naderend voertuig en/of
- tegen het voertuig aan te rijden, waardoor een ander (genaamd [slachtoffer])
zwaar lichamelijk letsel, te weten (een) schedelbreuk(en) en/of een
bloeduitstorting/-bloeding onder de schedel en/of een hersenschudding, of
zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of
verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan;
bestuurder van een voertuig (een bestelauto), daarmee rijdende op de weg, de
Bennebroekerweg ter hoogte van de kruising met de Nelson Mandeladreef,
- op weg is gekeerd en/of
- daarbij de verplichte rijrichting (aangegeven op het wegdek) en/of haaientanden
heeft genegeerd en/of
- geen voorrang heeft verleend aan een naderend voertuig en/of
- tegen het voertuig is aangereden, waarbij letsel aan personen is ontstaan en/of
schade aan goederen is toegebracht en/of
in elk geval, door welke gedraging(en) van verdachte gevaar op die weg werd
veroorzaakt, althans kon worden veroorzaakt, en/of het verkeer op die weg werd
gehinderd, althans kon worden gehinderd.
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
- op weg te keren en daarbij de verplichte rijrichting aangegeven op het wegdek en haaientanden te negeren en
- geen voorrang te verlenen aan een naderend voertuig en
- tegen het voertuig aan te rijden, waardoor [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel, te weten schedelbreuken en een bloeduitstorting/bloeding onder de schedel werd toegebracht.
4.Kwalificatie en strafbaarheid van het feit
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Motivering van de sanctie
7.Toepasselijke wettelijke voorschriften
8.Beslissing
100 (honderd) urentaakstraf die bestaat uit het verrichten van onbetaalde arbeid, bij het niet of niet naar behoren verrichten daarvan te vervangen door
50 (vijftig) dagenhechtenis.
6 (zes) maanden.
nietzal worden ten uitvoer gelegd tenzij de rechter later anders mocht gelasten op grond dat verdachte voor het einde van de op
2 (twee) jarenbepaalde proeftijd zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.