ECLI:NL:RBNHO:2024:6802

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
2 juli 2024
Publicatiedatum
5 juli 2024
Zaaknummer
11084492 / VV EXPL 24-82
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van bonus over weken 50 tot en met 52 van 2023 na beëindiging arbeidsovereenkomst

In deze zaak heeft [eiseres] een kort geding aangespannen tegen Humanis Capitalis B.V. met als doel betaling van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023. De arbeidsovereenkomst tussen partijen is beëindigd per 1 januari 2024, na een mediationtraject. [eiseres] stelt dat in de vaststellingsovereenkomst is afgesproken dat de bonus over deze weken zou worden uitbetaald bij de eindafrekening. Humanis Capitalis betwist deze vordering en stelt dat de bonus moet worden toegerekend aan de maand januari 2024, omdat de uitbetaling pas dan plaatsvindt. De kantonrechter heeft op 2 juli 2024 geoordeeld dat [eiseres] recht heeft op de bonus, omdat deze aanspraak voortvloeit uit de arbeidsovereenkomst en de vaststellingsovereenkomst. De kantonrechter oordeelt dat de uitleg van Humanis Capitalis niet opgaat, omdat de bonus over de weken 50 tot en met 52 in december 2023 is verdiend, en dat de uitbetaling in januari niet betekent dat de aanspraak op de bonus verloren gaat. De kantonrechter heeft Humanis Capitalis veroordeeld tot betaling van de bonus, vermeerderd met wettelijke verhogingen en rente, en heeft ook de buitengerechtelijke kosten en proceskosten toegewezen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 11084492 / VV EXPL 24-82 (SJ)
Uitspraakdatum: 2 juli 2024
Vonnis van de kantonrechter in kort geding in de zaak van:
[eiseres]
wonende te [plaats]
eiseres
verder te noemen: [eiseres]
gemachtigde: mr. L.F. van der Geest
tegen
de besloten vennootschap
Humanis Capitalis B.V.
gevestigd en kantoorhoudende te Haarlem
gedaagde
verder te noemen: Humanis Capitalis
gemachtigde: mr. H. Mouselli

1.Het procesverloop

1.1.
[eiseres] heeft bij dagvaarding van 15 mei 2024 met bewijsstukken een vordering ingesteld tegen Humanis Capitalis.
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 18 juni 2024. [eiseres] is verschenen, bijgestaan door de gemachtigde. Namens Humanis Capitalis is verschenen [betrokkene 1], directeur en aandeelhouder, bijgestaan door de gemachtigde. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten, mede aan de hand van pleitaantekeningen, naar voren hebben gebracht.
1.3.
Voorafgaand aan de zitting heeft Humanis Capitalis bij brief van 13 juni 2024 stukken toegezonden.

2.Feiten

2.1.
Humanis Capitalis houdt zich bezig met het verrichten van werkzaamheden op het gebied van personeelszaken. Humanis Capitalis is een onderdeel van hetzelfde concern als Flexpedia B.V. (hierna: Flexpedia). Flexpedia houdt zich bezig met detachering/uitzending/payrolling.
2.2.
[eiseres], geboren op [geboortedatum] 1991, is sinds 2 februari 2017 in dienst bij Humanis Capitalis en laatstelijk werkzaam als Payroll Consultant voor 32 uur per week tegen een basissalaris van € 2.800,00 bruto per maand c.a. In deze functie was [eiseres] verantwoordelijk voor het werven en beheren van nieuwe en bestaande klanten van Flexpedia.
2.3.
Vanaf de aanvang van haar dienstverband heeft [eiseres] aanspraak kunnen maken op een bonus. Per 1 januari 2021 is de bonusregeling gewijzigd, zoals vastgelegd in het addendum dat door partijen is ondertekend op 1 maart 2021.
2.4.
In dit addendum staat:

1. Werknemer heeft recht op een bonus n.a.v. de gefactureerde uren van een betreffend kalenderjaar op basis van de klanten die door werknemer zijn binnengebracht bij werkgever;2. Gefactureerde uren zijn uren van uitzendkrachten welke daadwerkelijk op een factuur naar een debiteur zijn verstuurd. Hieronder vallen niet: alle soorten vakantie-uren, ziekte-uren, verlof-uren, etc. Ook uren welke wel worden betaald aan de uitzendkracht maar niet worden gefactureerd aan de debiteur vallen hier niet onder.3. Het betreft hier alleen de uren welke worden gefactureerd binnen Flexpedia B.V. & Flexpedia Uitzenden B.V. (… ).6. De bonusuitkering wordt altijd achteraf berekend, waarbij alleen volledig afgewerkte (verloon)weken worden meegenomen.7. (Verloon)week is de kalenderweek waarin de facturatie geschiedt.(…)
2.5.
De arbeidsovereenkomst tussen partijen is naar aanleiding van mediation met wederzijds goedvinden geëindigd per 1 januari 2024. In de mediationovereenkomst is onder ander het volgende bepaald:
Artikel 10 Geschillen
10.1
Ingeval van geschillen, voortvloeiend uit enige overeenkomst als bedoeld in artikel 9 of uit de daarop voortbouwende overeenkomsten, zullen partijen trachten deze in eerste instantie op te lossen met behulp van mediation conform het reglement, zoals dat luidt op de aanvangsdatum van de mediation.
10.2
Indien het onmogelijk gebleken is een geschil als bedoeld in artikel 10/1 op te lossen met behulp van mediation, zal dat geschil worden beslecht door de bevoegde rechter.
Hierna: de mediationclausule.
2.6.
Partijen hebben de beëindiging van de arbeidsovereenkomst en de daartoe gemaakte afspraken vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst, die door beide partijen is ondertekend op 30 juni 2023.
2.7.
In de vaststellingsovereenkomst staat onder andere:

3.EindafrekeningWerkgever zal zorgdragen voor een correcte afwikkeling van het dienstverband en binnen 30 dagen na de einddatum een eindafrekening opmaken. Bij de eindafrekening betaalt werkgever het opgebouwde vakantiegeld aan werknemer, alsmede de bonus-aanspraak over de maand december 2023 ("eindejaarsuitkering").5.Vrijstelling van werkzaamhedena. Werknemer is vanaf heden tot de einddatum vrijgesteld van haar werkzaamheden met behoud van haar basissalaris inclusief emolumenten, waaronder haar maandelijkse bonusaanspraken (doch exclusief reiskosten-en onkostenvergoeding). Werkgever verstrekt werknemer in dit kader maandelijks een specificatie van de opgebouwde bonus (…).
2.8.
Op 22 december 2023 heeft Humanis Capitalis de eindafrekening en de loonstrook over de maand december 2023 aan [eiseres] gemaild. Hieruit blijkt dat de bonus tot en met week 49 van 2023 is betaald.
2.9.
In een e-mail van 27 december 2023 heeft [eiseres] aan [betrokkene 2] (hierna: [betrokkene 2]), HR manager bij Flexpedia, bericht dat zij nog recht heeft op uitbetaling van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023.
2.10.
In een e-mail van 28 december 2023 heeft [betrokkene 2] aan [eiseres] geschreven: ‘
Zoals jaren gebruikelijk wordt in december de bonus uitgekeerd voor de weken die mogelijk zijn. Jij bent uit dienst per 31-12-2023 dus de bonus aanspraak over de maand december hebben wij uitbetaald. In januari worden wederom bonus uitbetaald alleen valt dit niet in jouw dienstverband en volgens de gemaakte afspraken. (…)
2.11.
In een e-mail van 2 januari 2023 heeft [eiseres] aan [betrokkene 2] geschreven dat het feit dat Flexpedia de uitzenduren (in weken 50 tot en met 52) pas in januari uitkeert haar recht daarop niet wegneemt, dat daarom de bonus aanspraak over de maand december specifiek is benoemd in de vaststellingsovereenkomst en dat het ook zo is besproken met de advocaat, Flexpedia en de mediator.
2.12.
In daarop volgende e-mail correspondentie hebben partijen hun standpunten herhaald.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert dat de kantonrechter bij wijze van voorlopige voorziening Humanis Capitalis veroordeelt tot
  • betaling van de provisie over de weken 50 tot en met 52 van het kalenderjaar 2023, te vermeerderen met de maximale wettelijke verhoging van 50% en de wettelijke rente vanaf het tijdstip van opeisbaarheid tot de dag van algehele betaling;
  • betaling van de buitengerechtelijke kosten van € 1.263,82;
  • overlegging binnen 24 uur na het te wijzen vonnis van een deugdelijke bruto-netto specificatie en de facturatie rapportage van de weken 50 tot en met 52 onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 per dag dat Humanis Capitalis in gebreke blijft;
  • betaling van de proceskosten, de nakosten daaronder begrepen en de wettelijke rente indien de proceskosten niet binnen veertien dagen na de dagtekening (lees: betekening) van het te wijzen vonnis zijn voldaan.
3.2.
[eiseres] legt aan de vordering kort gezegd ten grondslag dat – nadat er een uitgebreid en zorgvuldig mediationtraject heeft plaatsgevonden – expliciet is afgesproken dat bij de eindafrekening de bonusaanspraak over de maand december 2023, inclusief de weken 50 tot en met 52, zou worden uitbetaald. Humanis Capitalis komt deze verplichting niet na. Het moment van betalen van de bonus staat los van het recht op een bonus. Dat de bonus over de week 50 tot en met 52 in januari wordt uitbetaald, betekent niet dat [eiseres] daarop geen aanspraak heeft.
3.3.
Humanis Capitalis betwist de vordering en voert primair – samengevat aan – dat de kantonrechter onbevoegd is dan wel dat de zaak moet worden aangehouden totdat de mediationclausule in acht is genomen. Subsidiair voert Humanis Capitalis aan dat [eiseres] niet-ontvankelijk moet worden verklaard wegens het ontbreken van een spoedeisend belang en/of omdat de zaak zich niet leent voor behandeling in kort geding. En meer subsidiair meent Humanis Capitalis dat de door [eiseres] ingestelde vorderingen moeten worden afgewezen omdat de bonus over de weken 50 tot en met 52 worden toegerekend aan het maandsalaris over de maand januari in het daarop volgende jaar. Omdat er op 1 januari 2024 geen dienstverband meer was tussen partijen, heeft [eiseres] geen recht op een bonusuitkering over de weken 50 tot en met 52.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

Ontvankelijkheid
4.1.
De verweren strekkende tot niet-ontvankelijkheid van de vordering slagen niet om de volgende redenen.
4.2.
De mediationclausule is een inspanningsverplichting en voldoende is gebleken dat [eiseres] hieraan heeft voldaan. [eiseres] heeft verklaard dat haar gemachtigde, nadat de bonus over de weken 50 tot en met 52 niet werd uitbetaald, contact heeft opgenomen met de mediator, dat de mediator vervolgens contact heeft gezocht met Humanis Capitalis, die in eerste instantie niet reageerde, en dat de mediator op enig moment van [betrokkene 3] het bericht ontving dat ‘Humanis Capitalis het overlaat aan de advocaten’. Dit alles heeft Humanis Capitalis niet voldoende gemotiveerd weersproken. Bovendien gaat het om een verplichting van
partijen. Uit niets blijkt dat Humanis Capitalis zelf de mediator heeft benaderd om te proberen het geschil met behulp van mediation op te lossen. Gelet op het voorgaande is het onmogelijk gebleken om het geschil op te lossen met behulp van mediation, zodat het op grond van artikel 10.1 aan de kantonrechter kan worden voorgelegd.
4.3.
De vordering strekt tot betaling van een bonus die onderdeel uitmaakt van het loon. Daaruit volgt een spoedeisend belang. De omstandigheid dat [eiseres] op dit moment een WW-uitkering ontvangt en mogelijk andere inkomsten heeft, doet hieraan niet af.
4.4.
Verder moet beoordeeld worden of de vordering in een eventuele bodemprocedure een zodanige kans van slagen heeft, dat vooruitlopend daarop toewijzing van de voorlopige voorziening gerechtvaardigd is. Dat is het geval. Anders dan Humanis Capitalis heeft bepleit, is het geschil niet zo ingewikkeld dat het zich niet leent voor een kort geding.
Inhoudelijk
4.5.
De kantonrechter komt hierna tot de conclusie dat [eiseres] recht heeft op uitkering van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023. Daartoe wordt het volgende overwogen.
Uitleg bonus aanspraak in vaststellingsovereenkomst
4.6.
Voor goede orde stelt de kantonrechter vast dat partijen het erover eens zijn dat met provisie en bonus dezelfde aanspraak wordt bedoeld. In het hiernavolgende zal de aanspraak worden aangeduid met “bonus”.
4.7.
De kernvraag is of Humanis Capitalis gehouden is om aan [eiseres] op grond van de vaststellingsovereenkomst de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023 te betalen. Meer in het bijzonder gaat het om artikel 3, waarin de eindafrekening is geregeld, en artikel 5, waarin het behoud van [eiseres] op onder andere de bonusaanspraak is geregeld na de vrijstelling van [eiseres] van haar werkzaamheden. Een en ander bezien in samenhang met de bonusregeling in de arbeidsovereenkomst.
4.8.
Uit de letterlijke tekst van artikel 3 van de vaststellingsovereenkomst volgt dat de eindafrekening binnen 30 dagen na de einddatum van de arbeidsovereenkomst (1 januari 2024) wordt opgemaakt en dat Humanis Capitalis bij die eindafrekening de bonusaanspraak over de maand december 2023 betaalt. De letterlijke tekst van het beding ondersteunt dus de stelling van [eiseres] dat zij recht heeft op betaling van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023. Deze weken vallen immers in de maand december 2023.
4.9.
De letterlijke tekst van artikel 5 biedt ook steun aan de stelling van [eiseres] dat zij recht heeft op betaling van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023. Daarin staat immers dat [eiseres] tot de einddatum van de arbeidsovereenkomst haar maandelijkse bonus aanspraken behoudt. De einddatum was 1 januari 2024. Hieruit volgt dat de bonus aanspraak zich ook uitstrekt over de weken 50 tot en met 52, omdat die periode is gelegen voor 1 januari 2024.
4.10.
In de vaststellingsovereenkomst staat niet dat de eindafrekening al in december 2023 wordt opgemaakt, zoals Humanis Capitalis heeft gedaan. De reden waarom Humanis Capitalis de vaststellingsovereenkomst op dit punt niet is nagekomen, heeft zij niet kunnen verhelderen anders dan dat zij stelt dat de bonusaanspraak over de weken 50 tot en met 52 moet worden toegerekend aan de maand januari 2024.
4.11.
Bij de uitleg van een overeenkomst gaat het niet alleen om de taalkundige betekenis van de bewoordingen die bij het maken van de afspraak zijn gebruikt, maar ook om de zin die partijen in de gegeven omstandigheden daaraan redelijkerwijs mochten toekennen en om hetgeen ze dienaangaande over en weer redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten (de zogenoemde Haviltex norm, zie ECLI:NL:HR:1981:AG4158 en de uitwerking in de jurisprudentie nadien, ECLI:NL:PHR:2021:680 en ECLI:NL:PHR:2021:1256).
4.12.
Humanis Capitalis heeft haar stelling dat de bonus aanspraak over de weken 50 tot en met 52 van 2023 moet worden toegerekend aan de maand januari 2024 gegrond op de betaalmethode van de bonusregeling, zoals die tijdens de arbeidsovereenkomst steeds is uitgevoerd. De bonus aanspraak over de weken 50 tot en met 52 wordt niet in december 2023, maar in januari 2024 berekend en uitgekeerd. Dat is na de einddatum van de arbeidsovereenkomst, zodat [eiseres] daarop geen aanspraak kan maken, aldus Humanis Capitalis. Deze stelling gaat niet op de volgende redenen.
4.13.
Partijen zijn het erover eens, zoals ook in het bonus-addendum van 1 maart 2021 staat, dat de bonusuitkering altijd pas achteraf kan worden berekend. Naar het oordeel van de kantonrechter ligt in het woord ‘achteraf’ al besloten dat de bonusaanspraak niet kan worden toegerekend aan een volgende maand. Verder volgt uit de bonusregeling dat de bonus over de weken 50 tot en met 52 wordt berekend op basis van de omzet die wordt gefactureerd in december. In de loonstrook over de maand januari waarbij de bonus aanspraak wordt uitgekeerd staat gespecifieerd dat het gaat om de weken 50 tot en met 52.
4.14.
Uit dit alles volgt dat de maand januari slechts het feitelijke moment van uitbetaling is, maar niet de maand betreft waaraan de aanspraak en de berekening van de bonus over de weken 50 tot en met 52 zijn ontleend. Dit wordt bevestigd in de bonusregeling waarin staat dat ‘
werknemer recht heeft op een bonus n.a.v. de gefactureerde uren van een betreffend kalenderjaar’ (zie 2.4.). De door Humanis Capitalis gestelde toerekening mist dus feitelijke grondslag.
4.15.
Daarbij geldt dat indien de uitleg van Humanis Capitalis wordt gevolgd, het voor de hand ligt dat in het bonusoverzicht van 2023 ook de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2022 staan genoemd, zoals ter zitting door [eiseres] toegelicht. Dat is niet het geval, zo blijkt uit het door Humanis Capitalis overgelegde bonusoverzicht 2023. Ook dit valt niet te rijmen met de stelling van Humanis Capitalis dat de weken 50 tot en met 52 tot de bonusaanspraak over de maand januari moeten worden toegerekend. Met andere woorden: anders dan Humanis Capitalis heeft bepleit komt de feitelijke uitvoering van de bonusregeling gedurende de arbeidsovereenkomst niet overeen met de door haar bepleite uitleg.
4.16.
Humanis Capitalis heeft geen andere feiten en omstandigheden aangevoerd die tot een andere uitleg dan de taalkundige uitleg van de vaststellingsovereenkomst kunnen leiden. [eiseres] mocht er in de gegeven omstandigheden dan ook redelijkerwijs van uitgaan dat de bedoeling van Humanis Capitalis overeenstemde met die taalkundige betekenis. Te meer omdat [eiseres] heeft verklaard dat zij deze taalkundige uitleg aan [betrokkene 3] bij het overeenkomen van de vaststellingsovereenkomst heeft voorgehouden en dat [betrokkene 3] de juistheid van deze uitleg van [eiseres] bevestigde, namelijk dat de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023 worden uitgekeerd bij de eindafrekening, binnen 30 dagen na de einddatum (dus in januari 2024).
Hoogte bonusaanspraak
4.17.
Wat betreft de hoogte van de bonus over de weken 50 tot en met 52 van 2023 heeft Humanis Capitalis gesteld dat deze € 10.786,53 bruto bedraagt. [eiseres] heeft daartegen aangevoerd dat zij dit bedrag niet kan controleren omdat de facturatie rapportage niet is overgelegd. Zij vindt het opmerkelijk dat de bonus over deze weken veel lager is ten opzichte van voorgaande jaren omdat haar klantenbestand niet of nauwelijks is gewijzigd. De kantonrechter zal daarom bovenstaand bedrag toewijzen en het meerdere, voor zover dat blijkt uit de door Humanis Capitalis te verstrekken facturatie rapportage. De daartoe strekkende vordering van [eiseres] zal ook worden toegewezen, omdat daartegen geen afzonderlijk verweer is gevoerd. De dwangsom ten aanzien van de veroordeling tot het verstrekken van specificatie en de facturatie rapportage wordt gezet op € 500,00 per dag dat Humanis Capitalis in gebreke blijft, met een maximum van € 10.000,00.
Nevenvorderingen
4.18.
[eiseres] heeft recht op de gevorderde wettelijke verhoging en de wettelijke rente, omdat er te laat is betaald. De wettelijke verhoging zal worden gematigd tot 35%.
4.19.
[eiseres] maakt aanspraak op vergoeding van de buitengerechtelijke kosten van € 1.263,82. De kantonrechter stelt vast dat [eiseres] voldoende heeft gesteld en onderbouwd dat zij kosten heeft gemaakt om de bonus betaald te krijgen buiten de rechter om, zodat zij recht heeft op vergoeding van deze kosten. De kantonrechter zal de vergoeding toewijzen tot het wettelijk tarief dat hoort bij het aan hoofdsom toegewezen bedrag. Dat komt neer op € 882,87.
4.20.
De proceskosten komen voor rekening van Humanis Capitalis, omdat zij ongelijk krijgt. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten worden eveneens toegewezen zoals vermeld in de beslissing.
4.21.
Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [eiseres] vastgesteld op
€ 112,37 aan explootkosten € 706,00 aan griffierecht, € 814,00 aan salaris voor de gemachtigde van [eiseres] en € 135,00 aan nakosten, totaal een bedrag van € 1.767,37.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
4.22.
Humanis Capitalis verzet zich tegen een gevorderde uitvoerbaar bij voorraad verklaring van dit vonnis.
4.23.
Wanneer op een gevorderde uitvoerbaarheid bij voorraad verweer wordt gevoerd moet een belangafweging plaatsvinden. De maatstaf daarbij is of het belang van degene die de uitvoerbaarheid bij voorraad vordert, zwaarder weegt dan het belang van de wederpartij bij behoud van de bestaande toestand totdat de uitspraak kracht van gewijsde heeft of op een eventueel rechtsmiddel is beslist. [1]
4.24.
Aangezien het in de onderhavige zaak gaat om de toewijzing van een loonvordering wordt vermoed dat [eiseres] het vereiste belang bij uitvoerbaar bij voorraad verklaring heeft. De omstandigheid dat [eiseres] bij terugbetaling zou worden geconfronteerd met een ‘gat’ tussen het netto- en brutobedrag is geen reden om de belangenafweging in het voordeel van de Humanis Capitalis uit te laten vallen. Niet is gesteld of gebleken dat de financiële middelen van [eiseres] ontoereikend zijn, indien zij, bij het alsnog ongelijk krijgen in een bodemprocedure of in hoger beroep, de bonus bruto moet terugbetalen. De gevorderde uitvoerbaar bij voorraadverklaring zal daarom worden toegewezen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt Humanis Capitalis tot betaling aan [eiseres] van bonus over de weken 50 tot en met 52 van het kalenderjaar 2023, zijnde in ieder geval € 10.786,53 bruto en tot betaling van het meerdere als dat blijkt uit de door Humanis Capitalis over te leggen facturatie rapportage, te vermeerderen met de wettelijke verhoging van 35% en de wettelijke rente vanaf het tijdstip van opeisbaarheid tot de dag van algehele betaling;
5.2.
veroordeelt Humanis Capitalis tot betaling van € 882,87 aan buitengerechtelijke kosten;
5.3.
veroordeelt Humanis Capitalis tot het overleggen aan [eiseres] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis van deugdelijke bruto-netto specificatie en de facturatie rapportage van de weken 50 tot en met 52, onder verbeurte van een dwangsom van € 500,00 per dag dat Humanis Capitalis hiermee in gebreke blijft, met een maximum van € 10.000,00;
5.4.
veroordeelt Humanis Capitalis tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [eiseres] tot en met vandaag vaststelt op € 1.767,37, te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van gehele betaling;
5.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. F.J. Lourens en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Zie bijvoorbeeld Hoge Raad 29 november 1996, ECLI:NL:HR:1996:ZC2215.