Uitspraak
VONNIS AFWIJZING DWANGAKKOORD
geboren op: [geboortedatum] te [plaats]
wonende te: [plaats]
gevestigd te: Capelle a/d IJssel
hierna te noemen: de weigerende schuldeiser/verhuurder
gemachtigde: Flanderijn Gerechtsdeurwaarders
1.Samenvatting
2.Beslissing van de rechtbank
3.Gevolgen voor schuldenaar
4.Redenen voor deze beslissing
- Schuldenares heeft een totale schuldenlast van € 8.669,19. De schuld aan de weigerende schuldeiser (de Verhuurder) is € 4.910,92 en dat is 56,65 % % van de totale schuldenlast. Schuldenares heeft op basis van een saneringskrediet aangeboden schuldeisers zonder voorrang 11,75 % van hun vordering te betalen.
- Schuldenares heeft belang bij de aangeboden schuldregeling omdat zij op die manier al haar schulden ineens kan saneren.
- De andere schuldeisers hebben belang bij de aangeboden schuldregeling omdat deze voor hen tot een beter resultaat leidt dan toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling (wsnp).
- Een schuldeiser heeft recht op betaling. De rechtbank kan daarom alleen in bijzondere gevallen een schuldeiser dwingen om in te stemmen met een schuldregeling. De rechtbank moet daarbij rekening houden met de belangen van schuldenares en alle schuldeisers.
- De rechtbank let bij haar beoordeling op het volgende:
- Bij weging van alle belangen is de rechtbank van oordeel dat het opleggen van een dwangakkoord aan verhuurder niet gerechtvaardigd is.
- Allereerst stelt de rechtbank vast dat verhuurder met haar vordering van € 4.910,92 ruim de helft, namelijk 56,65% van de totale schuld van schuldenares vertegenwoordigd. Als grootste schuldeiser weegt zijn stem relatief zwaar.
- Daarnaast stel de rechtbank vast dat door schuldenares een vast percentage is aangeboden aan haar schuldeisers, welk percentage berekend is aan de hand van haar maandelijkse spaarvermogen op basis van haar Wajong-uitkering. De rechtbank overweegt dat niet uitgesloten is dat schuldenares betaald werk krijgt zodat mogelijk meer gespaard kan worden. Aldus staat niet vast dat schuldenares met haar aanbod van 11, 75% het maximaal haalbare heeft geboden. Ter zitting heeft de schuldhulpverlener aangegeven dat als schuldenares full time gaat werken, zij gelet op haar ervaring en opleiding slechts het minimumloon zou kunnen verdienen. Hiermee zou zij geen hogere afloscapaciteit hebben dan met een uitkering doordat zij dan geen recht meer zou hebben op diverse toeslagen. Dit argument is echter niet met een op schuldenares toegespitste berekening onderbouwd, zodat de rechtbank het gestelde niet kan verifiëren. De rechtbank gaat derhalve hieraan voorbij.
- Verhuurder hoeft derhalve niet mee te werken aan de aangeboden schuldregeling en het verzoek om een dwangakkoord op te leggen zal worden afgewezen.
5.Stukken waarop deze beslissing is gebaseerd
- verzoekschrift van schuldenares met bijlagen;
- de aantekeningen van de zitting van 21 mei 2024, waarbij aanwezig waren schuldenares en [betrokkene 1] namens Kredietbank Nederland (schuldhulpverlener) en