Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
- de beschikking over de voorlopige voogdij van 28 maart 2024 en het daarin genoemde mondelinge verzoek van de Raad van 27 maart 2024;
- het verzoekschrift, met de onderbouwing van de maatregel tot voorlopige voogdij, van de Raad, binnengekomen bij de rechtbank op 28 maart 2024;
- de beschikking van 28 maart 2024 over de voorlopige ondertoezichtstelling en het daarin mondelinge verzoek van de Raad van 28 maart 2024;
- de herstelrapportage van de Raad, waarin het verzoek tot voorlopige voogdij wordt gewijzigd in een verzoek tot voorlopige ondertoezichtstelling, bij de rechtbank binnengekomen op 29 maart 2024;
- de aanvullende rapportage van de Raad, bij de rechtbank binnengekomen op 2 april 2024;
- de advocaat van de moeder;
- [vertegenwoordiger van de raad] , namens de Raad;
- [vertegenwoordiger van de GI] , als vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling De Jeugd- & Gezinsbeschermers (hierna te noemen: de GI).
2.De feiten
3.De spoedbeschikkingen
C/15/350670 / FA RK 24/1504 (voorlopige voogdij)
4.Het verzoek
C/15/350856 / JU RK 24/501 (machtiging uithuisplaatsing)
5.De standpunten
De moeder
6.De beoordeling
C/15/350670 / FA RK 24/1504 (voorlopige voogdij)
7.De beslissing
[de minderjarige]met ingang van 28 maart 2024 tot 28 juni 2024 voorlopig onder toezicht is gesteld van de gecertificeerde instelling De Jeugd- & Gezinsbeschermers;
[de minderjarige]in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder met ingang van 4 april 2024 tot 28 juni 2024, te weten de einddatum van de voorlopige ondertoezichtstelling;