ECLI:NL:RBNHO:2024:3816

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 april 2024
Publicatiedatum
17 april 2024
Zaaknummer
C/15/351257 / FA RK 24-1797
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op grond van wilsbekwaam verzet

Op 16 april 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de afwijzing van een zorgmachtiging. De officier van justitie had op 11 april 2024 een verzoek ingediend voor het verlenen van een zorgmachtiging aan betrokkene, die lijdt aan een psychische stoornis, te weten een recidiverende psychotische episode mogelijk in het kader van schizofrenie. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 april 2024, die plaatsvond in de woning van betrokkene, zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder betrokkene zelf en haar advocaat, alsook twee psychiaters. De advocaat van betrokkene heeft verzocht om afwijzing van het verzoek, waarbij betrokkene aangaf zelf haar leven te willen inrichten zonder verplichte zorg. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene wilsbekwaam is, maar dat er een aanzienlijk risico op ernstig nadeel voor anderen bestaat, aangezien betrokkene angstig en verward over straat loopt en auto rijdt zonder rijbewijs.

De rechtbank heeft de relevante wetgeving, met name artikel 2:1, lid 6 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), in overweging genomen. Dit artikel stelt dat de wensen van betrokkene gerespecteerd moeten worden, tenzij er sprake is van een situatie waarin betrokkene niet in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen of er een aanzienlijk risico voor anderen bestaat. De rechtbank concludeert dat, hoewel er een risico voor betrokkene zelf is, er geen acuut levensgevaar of ernstig risico voor anderen is. Daarom heeft de rechtbank het bezwaar van betrokkene tegen de zorgmachtiging gehonoreerd en het verzoek tot verlening van de zorgmachtiging afgewezen op grond van wilsbekwaam verzet.

De beschikking is gegeven door mr. A. Warmerdam, rechter, en is openbaar uitgesproken op 16 april 2024. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 18 april 2024. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
locatie Alkmaar
Afwijzing machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
zaak-/rekestnr.: C/15/351257 / FA RK 24-1797
beschikking van de enkelvoudige kamer van 16 april 2024,
naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg, ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] , [plaats] ,
wonende te [plaats] ,
hierna: betrokkene,
advocaat mr. E. Boskma, gevestigd te Alkmaar.

1.Procedure

1.1.
Bij het verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 11 april 2024, heeft de officier van justitie verzocht om afgifte van een zorgmachtiging ten aanzien van betrokkene.
1.2.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • het zorgplan van 4 april 2024;
  • de medische verklaring van 9 april 2024, afgegeven en ondertekend door [psychiater 1] ;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur van 9 april 2024;
  • een overzicht van politiemutaties;
  • een uittreksel van het curatele- en bewindregister.
1.3.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 16 april 2024, in de woning van betrokkene.
1.4.
Ter zitting heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
  • betrokkene, bijgestaan door haar advocaat;
  • [psychiater 2] , psychiater;
  • [sociaal psychiatrisch verpleegkundige] , sociaal psychiatrisch verpleegkundige.
1.5.
De officier van justitie heeft aangegeven niet ter zitting te zullen verschijnen.

2.Beoordeling

2.1.
De advocaat van betrokkene heeft verzocht om afwijzing van het verzoek. Betrokkene wil zelf haar leven inrichten zonder zorgmachtiging. Zij voelt zich niet serieus genomen sinds de afgifte van de eerste crisismaatregel en is hierdoor haar rijbewijs en recent ook haar auto kwijtgeraakt.
2.3.
De rechtbank overweegt dat uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten: een recidiverende psychotische episode mogelijk in het kader van schizofrenie. Ondanks dat psychiater
[psychiater 3] betrokkene enkel door het raam van haar voordeur heeft gesproken en psychiater
[psychiater 1] betrokkene niet op de afgesproken datum op kantoor heeft kunnen spreken, omdat betrokkene niet kwam opdagen, en hij vervolgens ook niet is binnengelaten in de woning van betrokkene, is de rechtbank van oordeel dat sprake is van een onafhankelijk onderzoek en een deugdelijke medische verklaring. De rechtbank neemt deze medische verklaring, die de onafhankelijke psychiater mede heeft gebaseerd op van derden verkregen informatie en de medische voorgeschiedenis, dan ook als uitgangspunt. Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene wilsbekwaam is, maar dat sprake is van een aanzienlijk risico op ernstig nadeel voor een ander, nu betrokkene angstig en verward over straat loopt en auto rijdt terwijl haar rijbewijs is ingenomen.
2.4.
Ten aanzien van de wilsbekwaamheid overweegt de rechtbank als volgt. Artikel 2:1, lid 6, van de Wvggz bepaalt dat de wensen en voorkeuren van betrokkene ten aanzien van de verplichte zorg worden gehonoreerd, tenzij:
a. de betrokkene niet tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake in staat is, of
b. acuut levensgevaar voor de betrokkene dreigt dan wel er een aanzienlijk risico voor een ander is op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade, ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang, of om ernstig in zijn ontwikkeling te worden geschaad, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
2.5.
Uit de toelichting op deze bepaling volgt dat zogeheten wilsbekwaam verzet moet worden gerespecteerd, indien de psychische stoornis van de patiënt alleen een aanmerkelijke kans op schade voor betrokkene zelf veroorzaakt. De Hoge Raad heeft in zijn arrest van
4 februari 2022 (ECLI:NL:HR:2022:123) overwogen dat het voorgaande betekent dat indien betrokkene tijdens de procedure tot het verlenen van een zorgmachtiging een voldoende toegelicht bezwaar maakt tegen de voorgestelde verplichte zorg en de situaties als bedoeld in art. 2:1 lid 6, aanhef en onder b, Wvggz zich niet voordoen, de rechter dient te beoordelen of betrokkene wilsbekwaam is. In het geval dat uit de medische verklaring of uit de hiervoor bedoelde verklaring van een onafhankelijk arts of klinisch psycholoog blijkt dat betrokkene tot een redelijke waardering van haar belangen ter zake in staat is, dient haar bezwaar tegen de verplichte zorg te worden gehonoreerd.
2.6.
Gelet op hetgeen betrokkene en haar advocaat tijdens de behandeling ter zitting naar voren hebben gebracht, is sprake van een voldoende toegelicht bezwaar tegen de machtiging en de daarin genoemde vormen van verplichte zorg. Uit de medische verklaring blijkt dat ten tijde van het afgeven van de medische verklaring sprake was van een situatie als bedoeld in artikel 2:6 lid 6 onder b. Uit de behandeling ter zitting is echter gebleken dat betrokkene recent haar auto is kwijtgeraakt en geen gebruik maakt van een andere auto. Betrokkene vertoont hierdoor niet langer gedrag dat ervoor zorgt dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Ook anderszins is niet gebleken van -kort gezegd- een aanzienlijk risico op nadeel voor anderen. Nu het ernstig nadeel hierdoor nog enkel op betrokkene zelf ziet en er, zoals ook is vermeld in de medische verklaring, geen sprake is van acuut levensgevaar, dient de rechtbank het bezwaar van betrokkene tegen de verzochte vormen van verplichte zorg te honoreren. De rechtbank zal de zorgmachtiging daarom afwijzen op grond van wilsbekwaam verzet.

3.Beslissing

De rechtbank:
- wijst af het verzoek tot verlenen van een zorgmachtiging.
Deze beschikking is gegeven door mr. A. Warmerdam, rechter, in tegenwoordigheid van
mr. L.S. Hoenderdos als griffier en in het openbaar uitgesproken op 16 april 2024.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 18 april 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.