Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.[eiseres] ,
[eiser],
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met producties 1-15;
2.De feiten
“De huidige bestemmingsplannen worden binnen nu en 2029 omgezet in omgevingsplannen. De huidige bestemming van jullie perceel kan in een toekomstig omgevingsplan gewijzigd worden, zonder dat jullie een aanvraag moeten indienen.”
“U moet voor 1 november 2023 het zonder omgevingsvergunning gebouwde bouwwerk in het achtererfgebied (..) verwijderen en verwijderd houden.U kunt er ook voor kiezen om het zonder omgevingsvergunning gebouwde bouwwerk (..) aan te passen conform de (..) verleende omgevingsvergunning (..). Als gekozen wordt voor het aanpassen (..), dan mag u, na realisatie van dat bouwwerk, dat bouwwerk en/of het gebruik van dat bouwwerk niet wijzigen tenzij voor die wijziging geen omgevingsvergunning nodig is dan wel die wijziging gelet op het geldende recht zonder omgevingsvergunning mag worden gerealiseerd.”
3.Het geschil
I. voor recht verklaart dat de gemeente gehouden is om in het kader van de op haar genomen verplichting ten aanzien van het perceel mee te werken aan het planologisch inpassen van maximaal twee vrijstaande of half vrijstaande woningen, waarbij de door de gemeente op zich genomen medewerking uitdrukkelijk een inspanningsverplichting inhoudt tot het voeren van de benodigde planherzieningsprocedure;
III. de gemeente gelast om binnen 48 uur na betekening van het vonnis uitvoering te geven aan de planherzieningsprocedure, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.500,- voor elke dag dat de gemeente hiermee in gebreke blijft;
4.De beoordeling
jegens[eisers] . Dit wordt ook verder niet door [eisers] onderbouwd. Het gaat klaarblijkelijk om mededelingen van de gemeente die wijzen op haar (bestuursrechtelijke) verantwoordelijkheid om na een aantal jaren ambtshalve de bestemmingsplannen - nu: omgevingsplannen - te herzien om (vergunde) ontwikkelingen in overeenstemming te brengen met die plannen.