In deze civiele zaak vordert eiser, een aannemer, betaling van het restant van het afgesproken bedrag voor schilder- en stucwerkzaamheden die hij in opdracht van gedaagde heeft uitgevoerd. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat er geen prijs is afgesproken. De kantonrechter oordeelt dat eiser voldoende bewijs heeft geleverd dat er een prijsafspraak van € 5.300,00 is gemaakt, maar dat eiser zijn informatieplicht heeft geschonden, wat leidt tot een korting op het te betalen bedrag. De vordering van eiser wordt deels toegewezen, terwijl het beroep op verrekening door gedaagde wordt afgewezen omdat de gegrondheid daarvan niet eenvoudig vast te stellen is. De tegenvordering van gedaagde wordt afgewezen wegens gebrek aan onderbouwing. De kantonrechter concludeert dat gedaagde € 2.603,00 inclusief btw aan eiser moet betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van dagvaarding.