ECLI:NL:RBNHO:2024:1163

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
14 februari 2024
Publicatiedatum
8 februari 2024
Zaaknummer
10682648 \ CV EXPL 23-3844
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding wegens tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst voor de levering en installatie van zonnepanelen

In deze zaak vordert de eiser, [eiser], schadevergoeding van de gedaagde, MetDeZon B.V., wegens een tekortkoming in de nakoming van een overeenkomst voor de levering en installatie van zonnepanelen. De overeenkomst werd op 1 maart 2022 gesloten, maar MetDeZon heeft op 9 mei 2022 niet geleverd of geïnstalleerd zoals afgesproken. De kantonrechter oordeelt dat MetDeZon tekort is geschoten en in verzuim verkeert, omdat zij niet heeft voldaan aan de verplichtingen uit de overeenkomst. Het beroep van MetDeZon op haar algemene voorwaarden en op overmacht wordt verworpen, omdat niet is komen vast te staan dat de toepasselijkheid van deze voorwaarden is overeengekomen. De kantonrechter stelt vast dat de gedaagde in verzuim is geraakt na een schriftelijke ingebrekestelling van de eiser op 9 mei 2022, waarbij een termijn van 14 dagen werd gegeven om alsnog te voldoen aan de verplichtingen. De kantonrechter kent een schadevergoeding toe van € 5.471,07 aan de eiser, die bestaat uit de kosten van een duurder zonnestroomsysteem en misgelopen energieopbrengst. Daarnaast wordt MetDeZon veroordeeld tot betaling van de proceskosten en wettelijke rente over het toegewezen bedrag.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 10682648 \ CV EXPL 23-3844 WD
Uitspraakdatum: 14 februari 2024 (bij vervroeging)
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
[eiser] ,
wonende te [woonplaats] ,
eiser,
verder te noemen: [eiser] ,
gemachtigde: mr. M.W.P. Buers Bakker,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MetDeZon B.V.,
gevestigd te De Rijp,
gedaagde,
verder te noemen: MetDeZon,
gemachtigde: mr. H.G.M. Wagemaker.

1.Het procesverloop

1.1.
[eiser] heeft bij dagvaarding van 4 augustus 2023 een vordering tegen MetDeZon ingesteld. MetDeZon heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Op 30 januari 2024 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Partijen hebben gebruik gemaakt van pleitaantekeningen, die zijn overgelegd. Voorafgaand aan de zitting heeft [eiser] zijn eis vermeerderd en nog stukken ingediend.

2.De feiten

2.1.
MetDeZon is verkoper en installateur van zonnepanelen en bijbehorende apparatuur. MetDeZon maakt daarbij gebruik van algemene voorwaarden.
Artikel 4.6. van de algemene voorwaarden van MetDeZon luidt als volgt:
“Iedere overeenkomst wordt aangegaan onder de ontbindende voorwaarde van voldoende beschikbaarheid van Goederen en mankracht.”Artikel 10.2. van de algemene voorwaarden luidt als volgt:
“De door MDZ aangegeven termijnen voor levering en montage van Goederen (…) zijn naar beste weten vastgesteld en zullen zoveel mogelijk in acht worden genomen. Aangegeven termijnen zijn echter altijd indicatief en kunnen daarom niet worden aangemerkt als fatale termijnen. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat (…) Goederen (tijdelijk) niet beschikbaar zijn vanwege krapte op de markt. De enkele overschrijding van een genoemde termijn brengt MDZ niet in verzuim en geeft de Opdrachtgever geen recht op schadevergoeding.”
2.2.
Op 17 februari 2022 heeft MetDeZon aan [eiser] desgevraagd een offerte verstrekt voor de levering en installatie van een “zonnepanelensysteem”.
De volgens de offerte te betalen prijs is: € 6.824,39 exclusief btw.
2.3.
Op 1 maart 2022 heeft [eiser] de offerte aanvaard.
2.4.
Op 22 maart 2022 heeft MetDeZon aan [eiser] meegedeeld dat een verkeerd type omvormer in de offerte was opgenomen. Op 5 april 2022 zijn partijen overeengekomen dat in plaats van de in de offerte vermelde omvormer een andere omvormer aan [eiser] zal worden geleverd tegen een meerprijs van € 278,00 exclusief btw.
2.5.
Op 28 april 2022 heeft MetDeZon aan [eiser] bericht dat zij het zonnestroomsysteem op 9 mei 2022 bij [eiser] zou leveren en installeren.
2.6.
Op 5 mei 2022 heeft MetDeZon aan [eiser] de volgende e-mail verzonden:

MetDeZon en heel veel andere installateurs zijn geconfronteerd met leveringsproblemen van met name Duitse producten. (…) Wegens tekort aan chips en andere grondstoffen worden er nu leverdata aangegeven van einde van dit jaar.Wij worden hier vervolgens mee geconfronteerd en uiteraard ook onze klanten.Wij kunnen alleen afwachten of alternatieven aanbieden. In uw geval is een alternatief; de Solis omvormer (…) minderprijs € 550,- ex BTW.Een andere mogelijkheid is 2 maal een enkelfase SMA 2.5. aan te bieden (…) (dit betekent een meerprijs € 500 ex btw)”
2.7.
[eiser] heeft geen van beide door MetDeZon aangeboden alternatieven geaccepteerd.
2.8.
Op 9 mei 2022 heeft MetDeZon het overeengekomen zonnestroomsysteem niet bij [eiser] geleverd of geïnstalleerd.
2.9.
Op 9 mei 2022 heeft [eiser] aan MetDeZon de volgende e-mail gestuurd:

Daar de zonnepanelen en de daarbij behorende omvormer niet conform afspraak zijn geleverd en geïnstalleerd door MetDeZon (…) stel ik u middels dit schrijven nog éénmaal in de gelegenheid om de zonnepanelen en de daarbij overeengekomen omvormer binnen 14 dagen na heden te leveren en installeren conform overeenkomst en de eisen van goed en deugdelijk werk.Mocht MetDeZon binnen deze periode de zonnepanelen en de daarbij behorende omvormer niet hebben geleverd en geïnstalleerd, dan stel ik MetDeZon middels dit schrijven in gebreke.Ik behoud het recht voor elke verdere en noodzakelijke rechtsmaatregelen te nemen. Hieronder kan worden begrepen dat ik de overeenkomst zal ontbinden.Ook stel ik u vast aansprakelijk voor alle schade die ik hierdoor krijg.”
2.10.
Op 10 mei 2022 heeft MetDeZon aan [eiser] de volgende e-mail gestuurd:

Ik heb u vrijdag 29 minuten te woord gestaan aan de telefoon en u geprobeerd uit te leggen waarom we de gewenste omvormer niet kunnen leveren.(…)In een “normale” situatie willen we graag meedenken met u maar dat gaat helaas niet.Ontbinden lijkt mij een goed plan maar het verhalen van uw kosten? Lijkt mij onrealistisch.”
2.11.
Op 16 augustus 2022 heeft MetDeZon aan de toenmalig gemachtigde van [eiser] de volgende e-mail gestuurd:
“Het niet kunnen leveren van de omvormers was destijds een helder voorbeeld van overmacht. (…)Mijn collega heeft op 9 mei aan meneer ten kennen gegeven dat wij de opdracht hebben geannuleerd en hebben daarop geen tegenbericht meer ontvangen (tot uw brief).Daarnaast wil u ten kennen geven dat u MetDeZon niet kan verplichten om alsnog de opdracht uit te voeren, noch eventuele nevenschade op ons kan verhalen.Ik kan u alvast te kennen geven dat wij meneer niet meer te woord zullen staan of eventuele werkzaamheden bij meneer uit zullen voeren.Nog een fijne dag gewenst!”
2.12.
Op 7 oktober 2022 heeft de gemachtigde van MetDeZon aan de toenmalig gemachtigde van [eiser] de volgende brief gestuurd:
“Cliënte heeft dan ook terecht per e-mail van 10 mei jl. dan wel per e-mail van 16 augustus jl. de overeenkomst met uw client ontbonden (…).”
2.13.
Op 16 juni 2023 heeft de gemachtigde van MetDeZon aan de huidige gemachtigde van [eiser] de volgende e-mail verzonden:
“Cliënte betwist hetgeen u in uw bericht stelt en blijft bij haar standpunt dat zij terecht de overeenkomst met uw cliënt heeft ontbonden waardoor uw cliënt geen recht heeft op enige schadevergoeding.”

3.De vordering

3.1.
[eiser] vordert, na vermeerdering van eis, dat de kantonrechter MetDeZon veroordeelt tot betaling van een schadevergoeding van € 6.693,20, te vermeerderen met rente en kosten.
3.2.
[eiser] legt daartoe, kort gezegd, het volgende ten grondslag aan zijn vordering.
Op basis van de door partijen gesloten overeenkomst was MetDeZon gehouden om op 9 mei 2022 de door [eiser] bestelde zonnepanelen en bijbehorende apparatuur (inclusief omvormer) bij [eiser] te installeren. MetDeZon is in de nakoming van deze verplichting tekortgeschoten. Hierop heeft [eiser] MetDeZon bij e-mail van 9 mei 2022 schriftelijk in gebreke gesteld. [eiser] heeft MetDeZon hierbij nog een termijn van 14 dagen gegeven om alsnog aan haar verplichtingen te voldoen, maar MetDeZon heeft deze gelegenheid niet benut. Daarom is MetDeZon sinds 24 mei 2022 in verzuim. Daarbij komt dat MetDeZon bij brief van 7 oktober 2022 althans 16 juni 2023 ten onrechte de overeenkomst heeft ontbonden. MetDeZon is gehouden de uit de tekortkoming en de ontbinding voor [eiser] voortvloeiende schade te vergoeden. De door [eiser] geleden schade kan worden begroot op een bedrag van € 6.693,20.

4.Het verweer

4.1.
MetDeZon voert verweer dat hieronder wordt besproken.

5.De beoordeling

5.1.
Deze zaak draait om de vraag of MetDeZon een bedrag van € 6.693,20 aan schadevergoeding aan [eiser] moet betalen. De kantonrechter is van oordeel dat MetDeZon gehouden is om een bedrag van € 5.471,07 aan schadevergoeding te betalen en legt hieronder uit waar dit oordeel op is gebaseerd.
5.2.
Iedere tekortkoming in de nakoming van een verbintenis verplicht de schuldenaar de schade die de schuldeiser daardoor lijdt te vergoeden, tenzij de tekortkoming de schuldenaar niet kan worden toegerekend [1] . In een geval zoals hier aan de orde is voor het ontstaan van een schadevergoedingsverplichting daarnaast vereist dat MetDeZon in verzuim is [2] . Een tekortkoming kan de schuldenaar niet worden toegerekend, indien zij niet is te wijten aan zijn schuld, noch krachtens wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt [3] . Dit laatste wordt overmacht genoemd.
5.3.
De kantonrechter stelt vast dat MetDeZon tekort is geschoten in de nakoming van de tussen partijen gesloten overeenkomst. Uit deze overeenkomst vloeide immers voort dat MetDeZon op 9 mei 2022 de door [eiser] bij haar bestelde zonnepanelen en bijbehorende apparatuur aan [eiser] had moeten leveren en had moeten installeren op het dak van het aan [eiser] toebehorende woonhuis. Het niet nakomen van deze verplichting levert in beginsel een tekortkoming op in de nakoming van de overeenkomst.
5.4.
MetDeZon heeft hiertegen, kort gezegd, het volgende ingebracht.
MetDeZon heeft op 10 mei 2022 de overeenkomst ontbonden. Deze ontbinding, zo begrijpt de kantonrechter, brengt mee dat zij is bevrijd van de op haar rustende verbintenissen, zodat van een tekortkoming geen sprake is. MetDeZon kwam op grond van artikel 4.6. van de algemene voorwaarden een bevoegdheid tot ontbinding toe. Daarnaast kwam de overeenkomst op de voet van artikel 6:258 BW wegens onvoorziene omstandigheden voor ontbinding in aanmerking.
Voor zover MetDeZon tekort is geschoten kan deze niet aan MetDeZon worden toegerekend omdat zij zich op overmacht kan beroepen.
Nog afgezien daarvan zijn afgesproken (leverings)termijnen op grond van artikel 10.2 van de algemene voorwaarden louter indicatief en brengt de overschrijding van deze termijn niet mee dat MetDeZon in verzuim en/of schadeplichtig is. Dit alles aldus MetDeZon.
5.5.
De kantonrechter verwerpt deze verweren.
In de eerste plaats overweegt de kantonrechter dat niet is komen vast te staan dat partijen de toepasselijkheid van de door MetDeZon gebruikte algemene voorwaarden zijn overeengekomen. MetDeZon, die als gebruiker zich op de inhoud van deze voorwaarden beroept, moet feiten stellen en zo nodig bewijzen, waaruit volgt dat [eiser] de toepasselijkheid van deze voorwaarden heeft aanvaard.
MetDeZon stelt hiertoe dat zij werkt met een digitaal klantenportaal. Wanneer een klant als [eiser] via dit portaal een overeenkomst met MetDeZon sluit, is dit niet mogelijk zonder zich digitaal akkoord te verklaren met de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden. Dit gebeurt door het aanvinken van een daartoe bestemd “aanvinkvakje”, aldus MetDeZon.
[eiser] heeft op de mondelinge behandeling echter verklaard dat hij na kennisname van de door MetDeZon verstrekte offerte telefonisch de bestelling bij MetDeZon heeft geplaatst en dat hij de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden nimmer digitaal of op andere wijze heeft aanvaard. Van de zijde van MetDeZon is hierop op de mondelinge behandeling desgevraagd verklaard dat het mogelijk is dat [eiser] telefonisch de bestelling heeft geplaatst en dat het voor MetDeZon om systeemtechnische redenen niet meer mogelijk is om te achterhalen of [eiser] digitaal de algemene voorwaarden heeft aanvaard.
5.6.
Bij deze stand van zaken is niet komen vast te staan dat partijen de toepasselijkheid van de door MetDeZon gebruikte algemene voorwaarden zijn overeengekomen. MetDeZon kan zich om deze reden ter onderbouwing van de door haar voorgestane ontbinding niet met succes op artikel 4.6. van haar algemene voorwaarden beroepen. Ook het door haar gedane beroep op artikel 10.2. van deze voorwaarden faalt.
5.7.
De kantonrechter verwerpt ook het door MetDeZon gedane beroep op onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 6:258 BW.
Een overeenkomst kan geheel of gedeeltelijk worden ontbonden op grond van onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten [4] . Een wijziging of ontbinding wordt niet uitgesproken, voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept [5] .
5.8.
Uit de hiervoor geciteerde wetsartikelen volgt dat de kantonrechter terughoudend moet zijn bij de eventuele honorering van een beroep op onvoorziene omstandigheden. De onvoorziene omstandigheden moeten van dien aard zijn dat [eiser] geen ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst mag verwachten. Dit is slechts het geval als ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.
De door MetDeZon aangedragen feiten en omstandigheden leiden echter niet tot het oordeel dat ongewijzigde instandhouding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. MetDeZon wijst ter onderbouwing op de oorlog in Oekraïne, de daarmee verband houdende energieprijsstijgingen en de als gevolg daarvan toegenomen vraag naar zonnepanelensystemen en grondstoffen.
De kantonrechter wijst erop dat veranderende omstandigheden in de markt in beginsel voor risico van professionele partijen als MetDeZon komen als zij handelen met consumenten als [eiser] . Dit uitgangspunt geldt ook wanneer de verandering in de marktomstandigheden het gevolg is van onverwacht in ernst toenemende internationale conflicten, zoals het conflict tussen – onder andere - Rusland en Oekraïne. MetDeZon heeft geen omstandigheden aangevoerd die rechtvaardigen dat van dit uitgangspunt wordt afgeweken
5.9.
MetDeZon kan zich op grond van het voorgaande niet met succes beroepen op onvoorziene omstandigheden. Het door MetDeZon gedane beroep op overmacht faalt op dezelfde gronden. De leveringsproblemen die MetDeZon heeft ondervonden, komen voor haar risico.
5.10.
Al met al doen de door MetDeZon aangedragen verweren niet af aan het oordeel dat zij is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst.
5.11.
De kantonrechter stelt ook vast dat MetDeZon in verzuim is. Het verzuim van MetDeZon treedt in wanneer zij in gebreke wordt gesteld bij een schriftelijke aanmaning waarbij haar een redelijke termijn voor de nakoming wordt gesteld, en nakoming binnen deze termijn uitblijft [6] .
Vast staat dat [eiser] op 9 mei 2022 schriftelijk in gebreke heeft gesteld en aan MetDeZon een termijn van 14 dagen heeft gegund om alsnog na te komen. Dat dit als redelijke termijn kan worden beschouwd, heeft MetDeZon niet betwist. Nu MetDeZon deze termijn heeft laten verstrijken zonder alsnog aan haar verplichtingen te voldoen, verkeert zij vanaf 24 mei 2022 in verzuim.
5.12.
Nu zowel sprake is van een tekortkoming als van verzuim aan de zijde van MetDeZon, is zij in beginsel gehouden de als gevolg hiervan door [eiser] geleden schade te vergoeden. De kantonrechter zal overgaan tot het begroten van het door MetDeZon te vergoeden bedrag.
5.13.
De door [eiser] gestelde schade valt uiteen in twee componenten. Een bedrag van
€ 6.824,39 ziet op de kosten die [eiser] stelt te moeten maken, doordat hij een duurder zonnestroomsysteem zal moeten aanschaffen. Een bedrag van € 2.183,59 ziet op de energieopbrengst die [eiser] is misgelopen door het tekortschieten van MetDeZon. MetDeZon heeft de hoogte van de door [eiser] gestelde schade betwist. De kantonrechter overweegt als volgt.
5.14.
Vast staat dat [eiser] inmiddels een ander zonnestroomsysteem heeft aangeschaft. Het aanvankelijk bij MetDeZon bestelde systeem beschikte over in totaal één omvormer die was voorzien van een schaduwmanagementsysteem. Bij het door [eiser] inmidels aangecshafte alternatieve systeem is elk zonnepaneel voorzien van een afzonderlijke micro-omvormer.
Hoewel partijen erkennen dat de technische eigenschappen van het door [eiser] gekozen alternatief hierdoor afwijken van het bij MetDeZon bestelde systeem, staat als onweersproken vast dat beide systemen een vergelijkbare energiebesparingsopbrengst hebben. In zoverre is van vergelijkbare systemen sprake en heeft [eiser] in redelijkheid voor dit alternatief kunnen kiezen. Te meer nu [eiser] uit de inhoud van twee op 22 maart 2023 van MetDeZon ontvangen offertes redelijkerwijs heeft mogen afleiden dat een systeem met een van een schaduwmanagementsysteem voorziene omvormer na 1 maart 2023 niet meer leverbaar was. [eiser] heeft dit ter zitting gesteld [7] en MetDeZon heeft dit niet weersproken.
Dit brengt mee dat MetDeZon in beginsel gehouden is het prijsverschil tussen beide systemen aan [eiser] te vergoeden.
5.15.
De aanschafprijs voor [eiser] van het door hem bij MetDeZon bestelde systeem komt in totaal neer op € 7.102,39. Dit bedrag is de som van het door MetDeZon geoffreerde en door [eiser] geaccepteerde bedrag van € 6.824,39 en de door [eiser] geaccepteerde prijsverhoging van € 278,00 vanwege een wijziging van de te leveren omvormer.
De totale prijs van het door [eiser] gekozen alternatief bedraagt € 10.743,60 [8] . Het door MetDeZon te vergoeden prijsverschil tussen beide zonnestroomsystemen is: € 3.641,21.
Alle bedragen zijn exclusief btw, aangezien vast staat dat deze bij de schadebegroting geen rol speelt, vanwege het 0%-tarief.
5.16.
Ter zake de misgelopen energieopbrengst overweegt de kantonrechter als volgt. [eiser] vordert vergoeding van deze schadecomponent vanaf 9 mei 2022 tot 7 oktober 2022. De kantonrechter is van oordeel dat de verplichting tot vergoeding van schade pas begint te lopen op 24 mei 2022, de eerste verzuimdatum. Aan de hand van het door MetDeZon aan [eiser] voorafgaande aan de contract sluiting overgelegde document “legplan en opbrengstberekening [9] ” leidt de kantonrechter af dat [eiser] in deze periode een opbrengst van 3.022,87 kWh is misgelopen. De kantonrechter heeft hierbij het opbrengstverlies over de periode 24 tot en met 31 mei 2022 bepaald op 200,77 kWh en over de periode van 1 tot 7 oktober 2022 op 57,10 kWh [10] . De kantonrechter zal dit tot uitgangspunt nemen. De kantonrechter ziet geen aanleiding dit aantal nog met 35% te verhogen, op de enkele grond dat 2022 een zonnig jaar is geweest.
5.17.
[eiser] stelt dat bij de begroting van dit deel van de schade moet worden uitgegaan van een redelijke terugleververgoeding van € 0,60 per kWh [11] . MetDeZon betwist deze vergoeding, maar het door [eiser] gehanteerde tarief komt de kantonrechter niet onredelijk hoog voor. De kantonrechter gaat daarom uit van de door [eiser] gestelde terugleververgoeding.
5.18.
Dit brengt mee dat dit deel van de schade kan worden begroot op € 1.813,72. De in totaal door [eiser] geleden schade kan worden vastgesteld op € 5.454,93 [12] .
5.19.
Het door MetDeZon gedane beroep op een schending van de schadebeperkingsplicht wordt gepasseerd. MetDeZon stelt hiertoe dat [eiser] had moeten ingaan op één van de alternatieven die MetDeZon aan [eiser] heeft aangeboden.
Vast staat dat MetDeZon [eiser] op 5 mei 2022 twee alternatieven heeft aangeboden. Eén alternatief tegen een meerprijs en één tegen een minderprijs. Het stond [eiser] zonder meer vrij om niet in te gaan tegen het tegen een meerprijs aangeboden alternatief. Ook stond het [eiser] in redelijkheid vrij om het tegen een minderprijs aangeboden alternatief te weigeren. Hiertoe overweegt de kantonrechter dat [eiser] mede op advies van MetDeZon op 1 maart 2022 heeft gekozen voor een systeem met een omvormer die was voorzien van een schaduwmanagementsysteem en het door MetDeZon op 5 mei 2022 aangeboden alternatief met een minderprijs beschikte hier niet over. Dit is op de mondelinge behandeling namens [eiser] aangevoerd [13] en MetDeZon heeft dit niet weersproken.
5.20.
Weliswaar is gebleken dat MetDeZon op 22 maart 2023 daarnaast twee nieuwe offertes aan [eiser] heeft verstrekt, maar de hierbij geoffreerde bedragen waren aanzienlijk hoger dan de prijs die partijen in 2022 waren overeengekomen. Het stond [eiser] om die reden vrij om niet op deze aanbiedingen in te gaan.
5.21.
Waar MetDeZon [eiser] verwijt dat hij te lang heeft gewacht met het laten installeren van een ander zonnestroomsysteem en de misgelopen energieopbrengst om die reden voor zijn eigen rekening moet komen, faalt ook dit betoog. De kantonrechter is van oordeel dat het pas op 16 augustus 2022 voor [eiser] voldoende duidelijk was dat MetDeZon definitief niet meer aan haar verplichtingen zou voldoen. De daarvóór door MetDeZon aan [eiser] verzonden berichten daarover waren dat niet. Pas vanaf 16 augustus 2022 diende [eiser] in het kader van de schadebeperkingsplicht zich te oriënteren op alternatieven. Gelet op de redelijke termijn die hiervoor aan [eiser] moet worden geboden en het feit dat hij bij de begroting van de gemiste energieopbrengsten zich beperkt tot 7 oktober 2022, wordt in het kader van de schadebeperking voldoende aan de belangen van MetDeZon tegemoet gekomen.
5.22.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van [eiser] zal toewijzen tot een bedrag van € 5.454,93 in hoofdsom. De hierover door [eiser] gevorderde betaling van wettelijke rente, waartegen geen afzonderlijk verweer is gevoerd, kan als zijnde onweersproken worden toegewezen.
5.23.
[eiser] vordert daarnaast vergoeding van een bedrag van € 690,60 aan buitengerechtelijke kosten. Deze vordering, waartegen geen afzonderlijk verweer is gevoerd, kan als zijnde onweersproken worden toegewezen.
5.24.
De proceskosten komen voor rekening van MetDeZon, omdat zij ongelijk krijgt. [eiser] vordert vergoeding van nakosten. Volgens vaste rechtspraak (zie HR 10 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:853) levert een kostenveroordeling ook voor de nakosten een executoriale titel op. Een veroordeling tot betaling van de proceskosten omvat dus een veroordeling tot betaling van de nakosten. De kantonrechter zal daarom de nakosten niet afzonderlijk in de proceskostenveroordeling vermelden.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt MetDeZon om aan [eiser] een bedrag te betalen van € 6.145,53, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 5.454,93 vanaf 7 oktober 2022 tot aan de dag van de gehele betaling;
6.2.
veroordeelt MetDeZon tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van [eiser] tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 135,57
griffierecht € 244,00
salaris gemachtigde € 676,00 (2 x € 338,00);
6.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.D.M. Hazeu en
bij vervroegingop bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Zie artikel 6:74 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW)
2.Zie artikel 6:74 lid 2 BW
3.Zie artikel 6:75 BW
4.Zie artikel 6:258 lid 1 BW
5.Zie artikel 6: 258 lid 2 BW
6.Zie artikel 6:82 lid 1 BW
7.Zie pagina 2 van de pleitnota van [eiser]
8.Zie productie 4 bij conclusie van antwoord
9.Zie productie 24 van [eiser] bij akte overlegging producties 24 en 25 en vermeerdering eis
10.8/31 x 778 kWh en 6/31 x 295 kWh.
11.Zie alinea 2.20 van de dagvaarding
12.€ 3.641,21 + € 1.813,72
13.Zie pagina 2 van de pleitnota