Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De verdere beoordeling
15. Wat zijn de gevolgen als u te laat betaalt?
incassokosten’ verschuldigd zijn. Dit sluit niet aan bij artikel 6:96 lid 5 en lid 6 BW en het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten. In het algemeen spraakgebruik wordt de term ‘
incassokosten’ niet alleen gebruikt in de zin van de wettelijke regeling voor incassokosten (artikel 6:96 lid 2 sub c BW en de leden 5 en 6 van datzelfde artikel). De term ‘incassokosten’ komt in dat wetsartikel ook niet voor. Het gebruik van deze term in het beding sluit voor een normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument dus niet uit dat daarmee ook andere kosten kunnen worden bedoeld. Het gebrek aan verwijzing naar artikel 6:96 lid 5 en 6 BW en de mogelijkheid die het beding biedt voor de eisende partij om (ook) de daadwerkelijk gemaakte buitengerechtelijke incassokosten te verhalen op de consument leidt er bovendien toe dat kan worden afgeweken van de wet en dat incassokosten ongelimiteerd in rekening kunnen worden gebracht. Ook blijkt uit het beding niet vanaf welk moment incassokosten zijn verschuldigd, terwijl de wet voorschrijft dat deze pas ná het verstrijken van de in de veertiendagenbrief genoemde termijn verschuldigd worden. Het beding wijkt daardoor aanzienlijk ten nadele van consumenten af van de wettelijke regeling over de vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Contractuele afwijking van dwingendrechtelijke bepalingen is, op grond van het arrest van de Hoge Raad van 10 februari 2023 [1] onredelijk bezwarend in de zin van artikel 6:233, aanhef en onder a, BW, en daarmee oneerlijk in de zin van de Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten.