Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND voorlopige voorziening
Namens de gerechtsdeurwaarder is verschenen, [gemachtigde].
1.Het verzoek en de beoordeling
2.De beslissing
21 november 2024 om 11.30 uur;
Rechtbank Noord-Holland
Op 7 november 2024 heeft de Rechtbank Noord-Holland een beschikking gegeven in een zaak betreffende een voorlopige voorziening. Schuldenares, geboren in 1990 in de Verenigde Staten, heeft verzocht om opschorting van het door schuldeiser gelegde executoriaal beslag op haar gespaarde bedrag bij de Kredietbank Nederland. Dit verzoek is ingediend in het kader van een reeds ingediend verzoek om een dwangakkoord of toelating tot de wettelijke schuldsanering (WSNP). De schuldenares betoogde dat de executie zou leiden tot een verstoring van de minnelijke regeling, waardoor de meerderheid van de akkoordpenningen niet meer beschikbaar zou zijn voor de gezamenlijke schuldeisers.
De schuldeiser daarentegen stelde dat hij gebruik maakt van zijn wettelijke mogelijkheden en dat andere schuldeisers genoegen moeten nemen met een lager akkoordpercentage. De rechtbank heeft vastgesteld dat de schuldenares eerder was veroordeeld tot betaling van een bedrag aan de schuldeiser en dat er executoriaal beslag was gelegd op haar gespaarde bedrag. De rechtbank overwoog dat het belang van de schuldenares en de overige schuldeisers zwaarder weegt dan dat van de schuldeiser, omdat het reeds ingezette minnelijke traject kan worden afgerond waarbij alle schuldeisers gelijkelijk kunnen meedelen.
De rechtbank heeft het verzoek van de schuldenares toegewezen en de tenuitvoerlegging van het beslag geschorst. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de rechtbank heeft bepaald dat de verzoeken van de schuldenares tot het opleggen van een dwangakkoord en toelating tot de schuldsaneringsregeling op 21 november 2024 om 11.30 uur zullen worden behandeld.