Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure en het proces-verbaal van de zitting
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 26 juli 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een beslissing van de officier van justitie. Betrokkene had een administratieve sanctie, een boete, opgelegd gekregen en daartegen beroep ingesteld. De officier van justitie verklaarde het beroep ongegrond, waarop betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. Tijdens de zitting op 14 juli 2023 was de gemachtigde van betrokkene niet aanwezig, maar de vertegenwoordiger van de officier van justitie was wel aanwezig en heeft verzocht om de beslissing van de officier van justitie te vernietigen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de hoorplicht is geschonden, aangezien betrokkene niet is gehoord. Dit leidde tot de conclusie dat het beroep tegen de beslissing van de officier van justitie gegrond is en dat deze beslissing vernietigd moet worden. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat de boete, die oorspronkelijk was opgelegd, gematigd moet worden met 25% als compensatie voor de geschonden hoorplicht. De uiteindelijke boete is vastgesteld op € 75,00, met handhaving van de administratiekosten.
Daarnaast heeft de kantonrechter bepaald dat de officier van justitie de proceskosten van betrokkene moet vergoeden, vastgesteld op € 418,50. De uitspraak is openbaar gedaan door mr. A.P. Ploeger, kantonrechter, en de griffier. Betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen 6 weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.