In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, gedaan op 6 juli 2023, wordt het beroep van eiser tegen de staatssecretaris van Financiën beoordeeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn verzoek om schadevergoeding, dat hij had ingediend naar aanleiding van de onrechtmatige registratie van zijn persoonsgegevens in de Fraude Signalering Voorziening (FSV). De rechtbank oordeelt dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat eiser niet tijdig een besluit op zijn bezwaar had ontvangen. Daarnaast wordt het verzoek om schadevergoeding afgewezen, omdat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd voor het causaal verband tussen de onrechtmatige registratie en de door hem gestelde schade. De rechtbank concludeert dat de fiscale procedures die eiser heeft ondergaan, niet het gevolg zijn van de registratie in de FSV, maar eerder verband houden met belastingverplichtingen uit voorgaande jaren. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.