In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 20 juni 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar. De eiser, wonende in [woonplaats], had een carport in zijn voortuin geplaatst zonder de vereiste omgevingsvergunning. Het college heeft de eiser op 11 augustus 2021 gelast de carport voor 1 oktober 2021 te verwijderen, met een dwangsom van € 2.000,00 als hij hieraan niet voldeed. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het college heeft de last onder dwangsom in stand gehouden. De rechtbank heeft het beroep van eiser op 1 maart 2023 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door [naam]. De rechtbank oordeelde dat de carport in strijd was met het bestemmingsplan 'Alkmaar Zuid', omdat deze niet vergunningvrij kon worden gerealiseerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de carport voor de voorgevelrooilijn was gebouwd en dat er geen omgevingsvergunning was verleend. Eiser's beroep tegen de bestreden besluiten is ongegrond verklaard, wat betekent dat de last onder dwangsom in stand blijft. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De rechtbank heeft in haar oordeel rekening gehouden met de relevante wet- en regelgeving, waaronder de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de planregels van het bestemmingsplan.