Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter van 4 april 2023 in de zaak tussen
[verzoeker] en anderen, uit [plaats], verzoekers
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Alkmaar, verweerder
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: [naam] uit [plaats].
Inleiding
Beoordeling door de voorzieningenrechter
Bij uitspraak van 21 december 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:3871) heeft de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State (Afdeling) de besluitvorming van verweerder die strekt tot weigering van een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een berging op het perceel [adres] in [plaats] en waarbij derde-partij onder oplegging van een dwangsom is gelast de berging te verwijderen en verwijderd te houden, in stand gelaten. De Afdeling heeft daarbij geoordeeld dat een termijn van zes weken om een schuur met fundering af te breken en te verwijderen niet onredelijk kort is.
21 december 2022. Bij het bestreden besluit heeft verweerder het uitgangspunt gehanteerd dat de begunstigingstermijn niet langer mag worden gesteld dan noodzakelijk om de overtreding te kunnen opheffen. In de stelling van verzoekers dat een permanente gedoogsituatie ontstaat, kan verweerder zich niet vinden. Hij heeft derde-partij er in het bestreden besluit immers op gewezen dat het bouwwerk na afloop van de verlengde begunstigingstermijn ook daadwerkelijk dient te zijn verwijderd.