Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 14 december 2022
- de mondelinge behandeling van 16 maart 2023, tijdens welke zitting de advocaten het woord hebben gevoerd aan de hand van spreekaantekeningen en van welke zitting de griffier aantekeningen heeft bijgehouden
- de uitlating van partijen waarbij vonnis is gevraagd.
3.De feiten
5.Resumé/slotopmerkingen:
- De brand lijkt te zijn ontstaan ter hoogte van de plek waar de heer Degeling de naad moest solderen. Er lijkt sprake te zijn geweest van een latent smeulproces dat op enig moment overging in vlammende brand.
- Het meest aannemelijk is, dat de brand werd ingeleid door een rechtstreeks contact tussen de open vlam van de gasbrander en/of daarvan afkomstige hete lucht met brandbaar materiaal onder of bij de daklijst (schutting). Wanneer dat gebeurde, is niet duidelijk geworden. Dit kan bij het aanbrengen van de laatste banen bitumen zijn gebeurd maar ook na het inschakelen van en/of het werken met de soldeerbrander.
- De heer Degeling was op het dak aan het werk via de brandermethode. Conform de NEN 6050 mocht hij binnen 75 centimeter van de dakrand en/of een opstand niet met open vuur werken. Uit de aangetroffen sporen blijkt dat hij dit wel deed.
Bent u aansprakelijk voor schade door brandgevaarlijke werkzaamheden op of aan daken, dakgoten, daktrimmen en schoorstenen? En maakt u bij deze werkzaamheden gebruik van warmtebronnen, zoals gas of bitumenketels? Dan bent u alleen verzekerd als u een doorvoer door een dak maakt in verband met installatiewerkzaamheden.ASR concludeert dat geen sprake is geweest van het maken van een dakdoorvoer in verband met installatiewerkzaamheden, zodat voor de schade geen dekking bestaat onder de aansprakelijkheidspolis.
4.Het geschil
5.De beoordeling
€ 2.366,00(2 punten à € 1.183,00)