ECLI:NL:RBNHO:2023:4249

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
31 maart 2023
Publicatiedatum
10 mei 2023
Zaaknummer
10120678 WM
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursstrafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen beslissing officier van justitie inzake proceskostenvergoeding in verkeersboetezaak

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan op een beroep dat is ingesteld door de gemachtigde van betrokkene, Verkeersboete.nl, tegen een beslissing van de officier van justitie. De officier van justitie had eerder een administratieve sanctie opgelegd aan betrokkene, welke door de betrokkene werd aangevochten. De officier verklaarde het beroep ongegrond, waarna betrokkene in beroep ging bij de kantonrechter. De zitting vond plaats op 22 maart 2023, waar de vertegenwoordiger van de officier van justitie en de gemachtigde van betrokkene, de heer Van den Aarsen, aanwezig waren.

De kantonrechter heeft overwogen dat de officier van justitie de boete heeft vernietigd en een proceskostenvergoeding van € 600,75 heeft toegekend. Het beroepschrift van de gemachtigde richtte zich echter alleen op de toekenning van deze proceskostenvergoeding. De kantonrechter heeft het beroep gegrond verklaard, in lijn met het verzoek van de officier van justitie, en de beslissing van de officier van justitie vernietigd voor zover deze betrekking had op de proceskostenvergoeding.

De kantonrechter heeft de proceskosten vastgesteld op een totaalbedrag van € 866,25, waarbij de kosten voor de procedure bij de officier van justitie en de kantonrechter zijn gespecificeerd. De uitspraak is gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer : 10120678 \ WM VERZ 22-871
CJIB-nummer : 237242852
Uitspraakdatum : 31 maart 2023
Uitspraak op een beroep als bedoeld in artikel 9 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (WAHV)
in de zaak van
[betrokkene]
gemachtigde : Verkeersboete.nl (N.G.A. Voorbach)

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Aan betrokkene is een administratieve sanctie (hierna te noemen: boete) opgelegd. Betrokkene heeft daartegen beroep ingesteld bij de officier van justitie. De officier van justitie heeft het beroep ongegrond dan wel niet-ontvankelijk verklaard. Tegen die beslissing is door betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter.
1.2.
De zaak is behandeld op de zitting van 22 maart 2023. Op de zitting is de vertegenwoordiger van de officier van justitie verschenen. Namens gemachtigde van betrokkene is de heer Van den Aarsen verschenen. De kantonrechter heeft na de zitting uitspraak gedaan.

2.Overwegingen

2.1.
De officier van justitie heeft de boete vernietigd en een proceskostenvergoeding van
€ 600,75 toegekend. Het beroepschrift van gemachtigde van betrokkene richt zich alleen tot de toekenning van deze proceskostenvergoeding. Het beroepschrift aan de kantonrechter dient dus behandeld te worden als een verzoek op de voet van artikel 13a WAHV.
2.2.
De vertegenwoordiger van de officier van justitie heeft ter zitting verzocht om het beroep gegrond te verklaren, gelet op het arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. [1] De kantonrechter is het hiermee eens en verklaart het beroep gegrond. Gelet op het voorgaande zal de kantonrechter de beslissing van de officier van justitie waarbij een kostenvergoeding ad € 600,75 is toegewezen, vernietigen.
2.3.
Met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht zullen die kosten worden vastgesteld op een bedrag van in totaal € 866,25. Daarbij is voor de procedure bij de officier van justitie een proceskostenvergoeding bepaald van € 447,75 (1,5 punten voor het beroepschrift en de hoorzitting, wegingsfactor 0,5, waarde per punt € 597,00) en voor de procedure bij de kantonrechter een proceskostenvergoeding van € 418,50 (2 punten voor het beroepschrift en de zitting, wegingsfactor 0,25, waarde per punt € 837,00). Omdat het enkel gaat om de proceskostenvergoeding past de kantonrechter wegingsfactor 0,25 (gewicht van de zaak = zeer licht) toe.
De uitspraak
De kantonrechter:
 verklaart het beroep tegen de beslissing van de officier van justitie van 4 maart 2021 in deze zaak gegrond en vernietigt die beslissing voor zover deze ziet op de proceskostenvergoeding in onderhavige zaak;
 veroordeelt de officier van justitie tot het vergoeden van de proceskosten van betrokkene tot een bedrag van € 866,25 en wijst de Staat aan als rechtspersoon die deze kosten moet vergoeden;
 bepaalt dat voormeld bedrag aan de gemachtigde van betrokkene zal worden uitbetaald door het Centraal Justitieel Incassobureau te Leeuwarden.
Deze uitspraak is gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, bijgestaan door de griffier, en in het openbaar uitgesproken.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze uitspraak kan op grond van artikel 14 WAHV hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, binnen 6 weken na de hieronder vermelde dag van toezending. Hoger beroep is in beginsel alleen mogelijk als de boete in de uitspraak is bepaald op een bedrag van meer dan € 110,00. Het beroepschrift moet worden verzonden aan de afdeling Kanton van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 251, 1800 BG Alkmaar. De wet gaat uit van een geheel schriftelijke procedure in hoger beroep, tenzij door u bij het beroepschrift uitdrukkelijk om een mondelinge behandeling van de zaak is verzocht.
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Datum toezending:

Voetnoten

1.Vgl. de uitspraak van Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 12 mei 2022, te vinden op www.rechtspraak.nl met zoekterm ECLI:NL:GHARL:2022:3771