3.3.De kantonrechter ziet geen aanleiding om van dat oordeel af te wijken. Niet alleen omdat zij geen appelrechter is en zodoende de beslissing van haar collega niet zomaar kan wijzigen, maar ook omdat [eiser] in dit kader geen nieuwe feiten naar voren heeft gebracht. In aanvulling op hetgeen de rolrechter al heeft overwogen, overweegt de kantonrechter nog dat, nu de procedure op naam van [gedaagde] wordt voortgezet, iemand namens [gedaagde] het woord zal moeten voeren in deze procedure, aangezien de vordering van [eiser] anders als onbetwist, zonder verdere inhoudelijke beoordeling, zou moeten worden toegewezen, terwijl vaststaat dat [gedaagde] het niet eens was met de vordering en om die reden mr. Bruins had ingeschakeld. Dat dit via haar enige zoon, de heer [zoon] , zou zijn gegaan, doet hieraan niet af. Op oudere leeftijd nemen volwassen kinderen wel vaker de (financiële) belangen van hun ouders op hun verzoek waar, zeker als zij in een verzorgingstehuis verblijven en niet gezond zijn, zoals [gedaagde] . (Voldoende) gesteld noch (voldoende) gebleken is dat het niet de bedoeling van [gedaagde] was haar belangen op die manier door haar zoon te laten behartigen, laat staan dat gesteld of gebleken is dat [gedaagde] tegen haar zin bij leven werd bijgestaan door mr. Bruins, die [gedaagde] ook zelf heeft gesproken in de aanloop naar deze procedure. Daarbij komt dat het naar het oordeel van de kantonrechter niet meer dan redelijk en in het belang van elke erfgenaam van [gedaagde] is, dat de door [gedaagde] zelf aangewezen gemachtigde in de onderhavige procedure namens [gedaagde] het woord voert. Zoals gezegd zou een ander oordeel tot de conclusie leiden dat de vordering van [eiser] zonder inhoudelijke beoordeling zou moeten worden toegewezen, wat een – mogelijk ten onrechte – benadeling van de erfenis van [gedaagde] voor een bedrag van (meer dan) € 15.000,00 zou betekenen. Daarbij weegt de kantonrechter ook mee dat mr. Bruins heeft uitgelegd, dat het lastig is om op korte termijn toestemming te krijgen van alle erfgenamen, omdat één van de erfgenamen, een kind van de overleden partner van [gedaagde] , niet reageert op de oproepen. Weliswaar heeft mr. Bruins dit standpunt niet met stukken onderbouwd, maar gelet op het feit dat zij advocaat is, hecht de kantonrechter op dit processuele punt, gelet op alle omstandigheden van het geval, waarde aan deze verklaring van mr. Bruins. De conclusie is dat mr. Bruins de aangewezen persoon is om de belangen van (de erfenis van) [gedaagde] in deze procedure te blijven behartigen, zodat de conclusie van antwoord en de conclusie van dupliek, evenals hetgeen mr. Bruins ter zitting van 2 november 2022 heeft aangevoerd, bij de beoordeling zullen worden meegenomen.
De door [eiser] overgelegde overeenkomst kan niet tot bewijs dienen