Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde1],
[gedaagde2],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- het tussenvonnis van 13 juli 2022, waarbij een mondelinge behandeling is gelast en waarbij partijen zijn bevolen om in persoon te verschijnen;
- de akte overlegging producties met 38 tot en met 44 van de curator;
- de mondelinge behandeling van 25 november 2022, waarbij zijn verschenen de curator en mr. Van Schuppen namens [gedaagde1] c.s. en mr. Van Schuppen een pleitnota heeft overgelegd. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen ter zitting is besproken.
3.De feiten
Contacten met AFM en DNB in 2015/2016
- Gelieerd aan Wiener Wirtschaft Verein
- 6% Rente per jaar
- Het beste alternatief voor uw spaarrekening .
- Betrouwbaar sinds eind jaren 80, aangesloten bij Kifid (...)”
Investment Team” en de “
Obligatie analisten van de Stichting Rentecertificaten Nederland”. In een eerste bericht van september 2016 wordt beschreven dat het rentepercentage van 6% gehandhaafd zal blijven, omdat de meeste obligaties uit de portefeuille een looptijd hebben van langer dan één kalenderjaar. In de daarop volgende marktberichten (in de periode oktober 2016 tot en met juni 2018) worden (positieve) ontwikkelingen in de obligatiemarkt beschreven.
Deelnameformulier Rentecertificaat” invullen en ondertekenen, waarna deze kon worden retour gezonden aan de Stichting. In het deelnameformulier worden de klant en de CV als partijen genoemd. In het formulier staat onder meer dat de klant 6% rente over de uitstaande hoofdsom per jaar ontvangt en na opzegging van het rentecertificaat zijn inleg (“de aangebrachte gelden”) terugkrijgt. Ook is vermeld dat een pandrecht zal worden gevestigd op de obligaties ten behoeve van de klant en dat aan de klant geen kosten in rekening zullen worden gebracht. Verder is onder meer het volgende vermeld:
(…) Partijen overwegen en bevestigen als volgt:
(…) Stichting Rentecertificaten Nederland die op haar beurt CV Nederlandse Rentecertificaten bestuurt is recent tot de constatering gekomen, na zorgvuldig de situatie te overwegen, dat de continuering van CV Nederlandse Rentecertificaten onmogelijk is geworden. In de afgelopen twee jaar is het CV Nederlandse Rentecertificaten niet gelukt om genoeg gelden aan te trekken, waardoor onvoldoende schaalgrote gerealiseerd kon worden teneinde rendabel te worden. Daarnaast zijn de resultaten uit beleggingen erg tegengevallen en is er een aanzienlijke tegenvaller geleden door valutaverlies. Dit omdat er veel in dollar effecten is geïnvesteerd terwijl de dollar ten opzichte van de euro veel aan waarde heeft verloren. Uiteindelijk is verreweg het grootste verlies geleden op koersverliezen van effecten en niet uit verlies voortvloeiend uit overhead kosten voor het bedrijf zelf. Op dit moment is Stichting Rentecertificaten Nederland tot de conclusie gekomen dat het niet langer verantwoordelijk is om nog langer gelden te lenen of om nog langer CV Nederlandse Rentecertificaten te laten continueren.
4.Het geschil
5.De beoordeling
vele jaren ervaring” en dat zij geen of weinig risico liepen door gelden in te leggen bij de CV.
- De Stichting/CV zou de beschikking hebben over “
- De Stichting zou “
- Ook de Vereniging zou sinds eind jaren ’80 actief zijn in Oostenrijk en sinds enige tijd ook internationaal opereren (vermeld is dat “
- De met namen genoemde echtparen in de brochure en de daarbij vermelde citaten (zoals “
- De toezegging dat van de door de beleggers ingelegde gelden geen kosten zouden worden voldaan, is onwaar is gebleken. Die toezegging veronderstelt dat voldoende startkapitaal aanwezig was, waarvan geen sprake is geweest. In werkelijkheid zijn wel degelijk kosten en privé opnames ten laste van de door de beleggers ingelegde gelden gebracht;
- Van een bufferwinst van 10% van de totale inleg is nimmer sprake geweest;
- Aan het vestigen van het toegezegde pandrecht ten behoeve van de beleggers is nooit uitvoering gegeven.
professionele en ervaren obligatieanalisten” kennelijk betrekking heeft op InteractiveBrokers slaagt niet, omdat tussen partijen vaststaat dat dit slechts een beleggingsplatform betreft dat geen advies geeft. Ter zitting is toegelicht dat [gedaagde1] c.s. erop speculeerden dat de kapitaalmarktrente, die al jarenlang daalde, ook een keer zou stijgen, maar dat die hoop verder nergens op was gebaseerd.
Ook in de marktoverzichten die werden gepubliceerd op de website van de Stichting (in de periode dat met het geld van de beleggers al werd belegd in kortlopende posities) is steeds uitsluitend melding gemaakt van (positieve) ontwikkelingen op de obligatiemarkt. Het betoog van [gedaagde1] c.s. dat de beleggers wel zullen hebben begrepen dat niet werd belegd in obligaties maar in kortlopende posities, is om die reden onnavolgbaar.
- de beleggers in de door de Stichting opgestelde brochure en de advertenties met feitelijke onjuistheden te misleiden over de betrouwbaarheid van de Stichting en over het risico dat de beleggers liepen door gelden in te leggen bij de door de Stichting beheerde CV;
- met de particuliere beleggers namens de CV overeen te komen dat belegd zou worden in relatief veilige obligaties, terwijl in werkelijkheid uitsluitend in kortlopende posities werd belegd, waardoor er een veel groter risico was dat de ingelegde gelden zouden verdampen (welk risico zich heeft verwezenlijkt).