Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 15 november 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve boete die aan betrokkene was opgelegd. De boete was opgelegd omdat betrokkene zijn motorvoertuig had geparkeerd op een plek waar een parkeerschijf verplicht was, maar hij had geen parkeerschijf achter de voorruit geplaatst. Betrokkene had beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard.
Tijdens de zitting op 15 november 2023 was de vertegenwoordiger van de officier van justitie aanwezig, maar betrokkene zelf was niet verschenen. De kantonrechter heeft vastgesteld dat betrokkene tweemaal was opgeroepen voor de zitting, maar dat beide oproepbrieven onbestelbaar retour waren gekomen vanwege een onvolledig adres. De griffier had de adresgegevens van betrokkene geverifieerd, en deze kwamen overeen met de gegevens in de gemeentelijke basisadministratie. De kantonrechter oordeelde dat het de verantwoordelijkheid van betrokkene was om zijn adres correct door te geven.
Betrokkene had aangevoerd dat zijn auto stuk was gegaan en dat hij deze zo goed mogelijk had geparkeerd om overlast te voorkomen. Hij was zich echter niet bewust van de verplichting om een parkeerschijf te gebruiken. De vertegenwoordiger van de officier van justitie handhaafde de beslissing en verzocht de kantonrechter om het beroep ongegrond te verklaren. De kantonrechter oordeelde dat de gedraging van betrokkene voldoende was komen vast te staan, aangezien hij erkende geen parkeerschijf te hebben geplaatst. De bebording ter plaatse was duidelijk, en het beroep werd ongegrond verklaard.
De uitspraak werd gedaan door mr. I.H. Lips, kantonrechter, en de griffier was aanwezig. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, mits de boete meer dan € 110,00 bedraagt. De procedure in hoger beroep is in beginsel schriftelijk, tenzij anders verzocht.