Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
2. [stichting 2]
1.Het procesverloop
3.De verzoeken
4.De beoordeling
5.De beslissing
rolzitting van woensdag 10 januari 2024 om 10.00 uur, alwaar partijen bij advocaat dienen te verschijnen;
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak hebben de stichtingen [stichting 1] en [stichting 2] een verzoek ingediend bij de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, om te verklaren dat de arbeidsovereenkomst met [verweerder] op 5 september 2023 rechtsgeldig is beëindigd wegens dringende redenen. Tevens wordt verzocht om schadevergoeding op basis van artikel 7:677 lid 2 jo lid 3 onderdeel a BW. De verzoeksters stellen dat [verweerder] zonder toestemming bedragen heeft onttrokken aan het zakelijke PayPal-account van [stichting 1] en [stichting 2], wat heeft geleid tot zijn ontslag op staande voet. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verzoeken van [stichting 1] grotendeels zijn toegewezen, terwijl de zaak van [stichting 2] is verwezen naar de handelskamer van de rechtbank. De kantonrechter oordeelt dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is en dat [verweerder] aansprakelijk is voor de schade die hij heeft veroorzaakt. De verzoeken van [stichting 1] tot schadevergoeding zijn toegewezen, terwijl de vordering van [stichting 2] om schadevergoeding is afgewezen en verwezen naar de handelskamer.